President Burundi: “We kunnen geen democratie bouwen zonder ons verleden in acht te nemen.”

President Nkurunziza en oud-minister van Buitenlandse Zaken Bernard Bot. Foto: NIMD.


Op maandag 31 maart bezocht de Burundese president Pierre Nkurunziza Den Haag om diplomatieke contacten aan te halen, waaronder die met het Nederlands Instituut voor Meerpartijen Democratie (NIMD). De partners wilden toenadering zoeken in een belangrijke tijd voor Burundi, want het is de aanloop naar de presidentiële, parlementaire en lokale verkiezingen in Burundi volgend jaar.

Even na de lunch arriveerde de president onder Nederlands politie-escorte met een aanzienlijke delegatie – waaronder de minister van Buitenlandse Zaken,  de nieuwe Burundese ambassadeur en een groep Burundese journalisten – in de mondaine Passage in Den Haag, waar het NIMD is gevestigd. Het instituut heeft als doel het begeleiden van democratiseringsprocessen in landen die willen overschakelen naar een democratisch politiek systeem met meerdere politieke partijen. Het NIMD werkt al sinds zijn verkiezing in 2005 samen met de president van Burundi aan democratisering en stabiliteit in het land. Maandag  bespraken beide partijen de voortgang en de doelstellingen in aanloop naar de verkiezingen in 2015.

Bijzondere loopbaan

Er zijn weinig staatshoofden met een loopbaan zoals die van Nkurunziza. De huidige president van Burundi werkte als docent aan de universiteit te Bujumbura, maar sloot zich in 1993, toen de burgeroorlog tussen Hutu’s en Tutsi’s uitbrak, aan bij de Hutu-rebellenmilitie in zijn land. Nkurunziza wist carrière te maken binnen de beweging. De politieke en gewapende takken van de beweging voegden zich nadat de oorlog in 2005 ten einde kwam samen tot een politieke partij, de CNDD-FDD. In 2005, bij de eerste vrije verkiezingen sinds de oorlog, werd de voormalig docent namens deze partij president en erfde hij een land dat geruïneerd was door een van de bloedigste burgeroorlogen in de geschiedenis.

Sinds de verkiezingen in 2005 lijkt de rust in het land wedergekeerd, maar volgens het NIMD is het politieke landschap van Burundi vandaag, een kleine tien jaar na de oorlog, nog steeds niet volledig stabiel. De verkiezingen in 2010 werden geboycot door een aantal belangrijke oppositiepartijen die geen vertrouwen hadden in een eerlijk verloop. Het NIMD hoopt de oppositiepartijen, ondanks hun wantrouwen in de zittende regering, bij het democratisch proces te kunnen betrekken en te overtuigen mee te doen aan de volgende verkiezingen.

“We moeten werken aan onderling vertrouwen”

Het eerste contact tussen het NIMD en president Nkurunziza vond tien jaar geleden plaats. Egbert Pos, programma-manager en verantwoordelijke voor de activiteiten van het NIMD in Burundi, en Fabien Nsengimana, directeur van partnerorganisatie Burundi Leadership Training Program (BLTP), voelden zich ‘zeer vereerd’ om de president te mogen ontvangen. NIMD en BLTP werken sinds 2008 samen om de capaciteit van politieke partijen te versterken en hebben geïnvesteerd in de zogeheten Scholen voor Democratie: trainingsprogramma’s waarbij burgers vaardigheden en kennis worden aangereikt  om hun betrokkenheid bij de democratie te vergroten. Volgens de collega’s gaf het bezoek van de president blijk van zijn vertrouwen in hun werk en liet het zien dat er een waardevolle relatie is opgebouwd.

Nsengimana: ‘Mensen kunnen veranderen, maar je moet bereid zijn om door te zetten. Als organisatie moet je onthouden dat je alleen kan werken aan de omstandigheden waarin vertrouwen kan floreren. De werkelijke beslissingen komen vanuit de mensen zelf. Dat gezegd hebbend: de betrokkenheid van de mensen waar we in Burundi mee werken is indrukwekkend. Zeker sinds de leiders van politieke partijen actief aan ons programma bijdragen en we hen regelmatig raadplegen over wat zij belangrijk vinden.’

Pos: ‘De president heeft gelijk als hij zegt dat het verleden nog steeds meespeelt in de huidige ontwikkelingen. De politieke geschiedenis van de afgelopen veertig jaar is heel gewelddadig. Een aantal van de huidige politieke partijen zijn begonnen als gewapende groeperingen.’

Nsengimana: ‘We moeten realistisch zijn. Het verleden blijft altijd aanwezig in ons denken. We moeten beseffen waar Burundi vandaan komt om te zien waar het land naartoe moet.’

Pos: ‘Burundi heeft veel obstakels zoals armoede en een disfunctionele overheid. Tijdens de verkiezingen in 2010 is gebleken dat het politieke klimaat nog steeds instabiel was. De aankomende verkiezingen worden spannend en zullen de toon zetten voor het democratisch proces van de komende jaren. Het risico van geweld blijft vooralsnog aanwezig.’

Nsengimana is optimistisch: ‘Ik heb er vertrouwen in dat het verkiezingsproces zal verbeteren volgend jaar. In 2010 boycotte de oppositie de verkiezingen nog, maar nu willen ze graag deelnemen. Als de stabiliteit in Burundi verder toeneemt, komt er ook meer ruimte voor alle partijen om beter politiek te bedrijven.’

Het antwoord van het NIMD over een vraag naar een eventuele derde ambtstermijn van de president was bondig: ‘We willen graag dat de wet wordt nageleefd, dat is het belangrijkste wat ons betreft.’

De beide collega’s geven aan dat een democratiseringsproces zich niet alleen afspeelt binnen de muren van overheidsgebouwen. Internationale hulp op economisch vlak zal volgens Pos nog een tijd nodig blijven. Nsengimana vult aan dat er nog veel te winnen is met de betrokkenheid van vrouwen en jongeren: ‘De Scholen voor Democratie die we hebben opgezet maken hen politiek mondiger en geven ze hulpmiddelen om conflicten in hun eigen omgeving en in hun eigen dagelijks leven op een vreedzame manier op te lossen. Dat systeem willen we dit jaar verder uitbreiden.’

Op de vraag wanneer het werk is voltooid en beide heren tevreden zijn, blijft het even stil. De twee kijken elkaar even aan. Nsengimana legt uit: ‘Het is lastig om echt tevreden te zijn. De politieke verhoudingen veranderen steeds. Een langzaam opgebouwde relatie kan zomaar omkeren en behaalde resultaten kunnen snel verdwijnen. Dit proces is nooit klaar en vraagt permanente aandacht en onderhoud.’

Pos: ‘Ik hoop vooral dat de Burundezen binnenkort de nog steeds aanwezige angst voor opnieuw oplaaiend geweld achter zich kunnen laten. Dat zou een heel goed begin zijn.’

De weg naar democratie heeft hobbels en valkuilen

Alle politiek geëngageerde ogen zijn gericht op de Burundese presidentsverkiezingen van 2015. Nkurunziza stevent af op het einde van zijn tweede ambtstermijn, maar heeft er geen geheim van gemaakt dat hij een derde termijn ambieert. Nkurunziza’s partij bracht onlangs een grondwetswijziging in stemming om dat mogelijk te maken, maar die is nipt – met 84 van de 85 benodigde stemmen – afgewezen. Minister van Binnenlandse Zaken Edouard Nduwimana suggereerde daarop een referendum over deze grondwetswijziging te laten plaats vinden, maar er zijn geen aanwijzingen dat dat gaat gebeuren. Daarnaast is de regerende partij omringd met controverse, zoals geruchten over intimidatie van politieke tegenstanders en strenge restricties op vrije journalistiek en politieke bijeenkomsten.

Toch staat de president niet onwelwillend tegenover verandering, wat blijkt uit zijn bezoek aan Den Haag en eerdere uitlatingen over democratie als opstapje naar verdere ontwikkeling en het in acht nemen van de verschillende maatschappelijke belangen binnen Burundi. Ook beseft Nkurunziza – die persoonlijk heeft geleden in de burgeroorlog – het belang van het traumatische verleden voor de nog fragiele democratische toekomst van zijn land: ‘Vergeleken met democratieën als Nederland, België en de Verenigde Staten is die van ons een pasgeboren baby. We kunnen geen solide democratie opbouwen zonder aandacht te hebben voor ons verleden.’

Achter gesloten deuren

De bijeenkomst tussen het NIMD en de Burundese delegatie vond plaats achter gesloten deuren. Twee politieke en diplomatieke veteranen – Bernard Bot (Minister van Buitenlandse zaken van 2003 tot 2007) en Eimert van Middelkoop (Minister van Defensie van 2007 tot 2010), beiden lid van de Raad van Toezicht van het NIMD – wisselden na afloop in een ontspannen sfeer geschenken uit met de president. De president was niet beschikbaar voor vragen, omdat hij voor zijn vertrek nog werd verwacht door Koning Willem-Alexander.

In het najaar volgt een uitgebreide analyse van het democratiseringsproces in Burundi in de democratie special van Vice Versa.

Auteur
Maarten Vreeburg

Datum:
02 april 2014