
Fauten en mislukkngn: een dubbel cultureel perspectief
Cultuurverschillen zijn vaak een belangrijke reden voor mislukkingen binnen de ontwikkelingssamenwerking. Maar wat kun je eigenlijk leren van fouten? Om de stap te maken naar een norm dat fouten maken oké is en zelfs een rijke leerbron vormt, komt behoorlijk wat interculturele stuurmanskunst kijken, schrijft Yvonne van der Pol in haar nieuwste column.
Ik had laatst een afspraak op een hogeschool die meerdere gebouwen verspreid in de stad heeft. Eenmaal op de locatie aangekomen, ontdekte ik dat ik op de verkeerde plek stond. Weliswaar zouden daar de trainingen plaatsvinden, maar de manager hield elders kantoor. Vliegensvlug rende ik richting metro en met een kwartier vertraging konden we alsnog aan de slag. Een fout? Jazeker. Ik had als vanzelfsprekend aangenomen dat we onze afspraak op de trainingslocatie zouden hebben. Wat leer ik ervan? Check en dubbelcheck, mezelf telkens de vraag stellen: klopt het wel wat ik verwacht, aanneem of zelf logisch vind?
Briljante Mislukkingen zijn er om van te leren
Zo werkt het ook in internationale samenwerking. Dat werd onlangs duidelijk aangetoond bij de uitreiking van de Briljante Mislukkingen Award op Partos Plaza. Bij een groot deel van de nominaties bleek dat cultuurverschillen een rijke bron voor misverstanden vormen, die indien onopgemerkt, leiden tot fouten en zelfs regelrechte mislukkingen. Hier is veel van te leren. Maar hoe we ook ons best doen, we kunnen niet voorkomen dat we toch weer eens de fout ingaan. Belangrijker is dan hoe we met fouten omgaan. Dat heeft een culturele laag: hoe open ben je over je fouten, laat staan mislukkingen? Welke implicaties heeft het om fouten te tonen of anderen erop aan te spreken? Wanneer we als sector willen leren van fouten vraagt dat inzicht in de culturele dynamiek van fouten en mislukkingen.
Met welke spelregels spelen we dit spel?
Fouten ontstaan omdat de partijen die samenwerken uitgaan van een enorme hoeveelheid impliciete veronderstellingen die niet getoetst worden. Pas als ze leiden tot een issue komen die vooronderstellingen naar boven. Het expliciteren van het impliciete is een uitdaging die in interculturele communicatie veel belangrijker is dan bij communicatie met mensen uit je eigen cultuur.
Een voorbeeld: een Nederlandse NGO heeft na goed overleg afspraken gemaakt met de Afrikaanse counterpart over een programma. De Nederlandse partij verwacht daarna dat het ook daadwerkelijk gaat gebeuren. De tijd verstrijkt: “Waarom gebeurt er niets, waar wachten ze op, wat is er aan de hand?” Aan de andere kant ontstaat inmiddels ook onduidelijkheid: “Waarom geeft de donor geen startteken? Is er iets aan de hand wat wij niet weten?”
Het kan namelijk zijn dat de Afrikaanse partij nog één signaal nodig had dat aangaf dat er nu echt gestart kon worden. Voor mensen die hiërarchischer denken en voelen dan wij is dat een logische spelregel, ondanks alle gelijkwaardige en wederkerige gesprekken daarvoor. De verwarring bij hen ontstaat omdat dat finale signaal niet doorkomt en bij ons nadat we denken dat ze wel kunnen starten. Cultuur is niets anders dan de sociale regels van het spel. De kunst is dus telkens weer te ontdekken wat je eigen spelregels en die van de anderen zijn.
De vuile was
Maar er is meer. Bij de uitreiking van de Briljante Mislukking Award bleek dat het aantal inzendingen te wensen overliet: 15 uit de hele sector. Kennelijk zit hier iets universeel menselijks onder, namelijk: de vuile was hang je niet buiten. Ook al zijn we ervan overtuigd dat leren van fouten en mislukkingen een enorme rijkdom herbergt, dan nog hebben we ermee te maken dat we met het toegeven van fouten grote moeite hebben. Fouten maken associëren we met losers, en we zijn immers professionals, toch? Eén foutje oké, maar keer op keer, laat staan faliekante mislukkingen! Iemand van een ministerie die ik laatst sprak, zei dat treffend. “Met de mond belijden we dat fouten maken mag en zelfs goed is omdat we er zoveel van kunnen leren. Maar in elke vergadering zorg je er wel voor dat je slimme dingen zegt en probeer je domme opmerkingen en fouten te voorkomen. Iedereen weet dat je uiteindelijk afgerekend wordt op je fouten”.
Gezichtsverlies en fouten
Als deze norm al zo sterk leeft in onze eigen cultuur, hoe zit dat dan elders? In veel landen waar we met IS werkzaam zijn, speelt gezichtsverlies en eer een belangrijke rol bij het toegeven van fouten. Je goede naam, status en waardigheid zijn van zo’n immens belang, daar passen fouten echt niet bij en die probeer je dus koste wat het kost te voorkomen. Mochten ze toch zijn gemaakt, dan kunnen mensen op veel manieren reageren en die moet je leren doorzien.
Fouten worden bijvoorbeeld verdoezeld; soms individueel, soms collectief. In dat laatste geval is de fout niet meer toe te schrijven aan een individu, maar neemt de groep de verantwoordelijkheid ervoor. Om de stap te maken naar een norm dat fouten maken oké is en zelfs een rijke leerbron vormt, komt behoorlijk wat interculturele stuurmanskunst kijken. Sensitiviteit voor de werking en impact van eer en schaamte en een passende communicatiestijl (indirect, in de wandelgangen, bilateraal) zijn essentiële vaardigheden. Als we dat voor elkaar weten te krijgen zijn we echt op weg naar een lerend werkveld. Ik kijk nu al uit naar de Briljante Mislukkingen Award 2012.