
Kabinet, neem beleidscoherentie nu eindelijk serieus!
Beleidscoherentie als vorm van ontwikkelingssamenwerking past goed in het huidige politieke en financiële klimaat. Door te investeren in een eerlijk beleid hier kan ontwikkelingslanden een eerlijke kans op ontwikkeling gegeven worden. Het kabinet heeft al toegezegd met coherentie aan de slag te gaan. Het wordt nu tijd om concreet invulling te geven aan dit beleidsonderwerp. In dit stuk geeft de EVS een aanzet tot een coherenter beleid.
In reactie op “Van Millenniumdoelen naar Coherentiedoelen” Paul Hassing – Vice Versa Online 28/09/2011.
De Evert Vermeer Stichting (EVS) sluit zich van harte aan bij het pleidooi van Paul Hassing om te investeren in een eerlijk en coherent beleid hier om ontwikkelingslanden kans op eerlijke ontwikkeling te geven daar. Het is echter nodig om het containerbegrip ‘beleidscoherentie’ verder uit te werken en concreet te maken. Alleen zo kan de overheid aangezet worden tot concrete acties.
De EVS zet zich al jaren in voor meer beleidscoherentie in Nederland en de EU, door met het Fair Politics programma een actieve politieke lobby te voeren. Coherentie is immers een kwestie van politieke wil en vooral van politieke actie. Zowel de Europese Unie als Nederland hebben in vele verdragen, waaronder het verdrag van Lissabon, vastgelegd dat op alle beleidsterreinen ‘rekening gehouden moet worden met de belangen van ontwikkelingslanden’. Maar het papier is geduldig, en politici moeten er voortdurend aan herinnerd worden dat we dit met zijn allen hebben afgesproken. Door de recente politieke aandacht voor beleidscoherentie en de vergaande bezuinigingen op ontwikkelingssamenwerking is nu hét moment om coherentiebeleid verder uit te werken.
Coherentie moet bevochten worden op verschillende beleidsterreinen. Fair Politics heeft gezorgd voor een concrete invulling van het concept coherent beleid, waardoor het voor politici in één oogopslag duidelijk wordt welke belangen in het geding zijn. Daarnaast doet Fair Politics handreikingen waarmee zowel het Nederlandse, als het Europese beleid gewijzigd kan worden om meer beleidscoherentie te bewerkstelligen.
Politieke wil
Het idee van beleidscoherentie binnen OS is niet nieuw: al in 1997 besloot de EU te streven naar coherentie van economisch- en ontwikkelingsbeleid zoals geformuleerd in het in het Verdrag van Amsterdam. Maar ondanks verschillende (politieke, maar niet wettelijk-bindende) initiatieven, is er nog geen sterke bestuurlijke inbedding voor coherentie.
In recente OS-debatten in de Tweede Kamer is er wel volop aandacht voor het onderwerp. Zo werd Knapen in het Algemeen Overleg over het WRR rapport uitgebreid ondervraagd over dit thema door de Tweede Kamer, en liggen er twee breed gedragen moties op dit gebied: de moties Ferrier/Dikkers (december 2010) en El Fassed (juni 2011). Deze roepen de regering op concreet met coherentie aan de slag te gaan en inzichtelijk te maken hoe Nederland zich inzet voor coherentie. De regering moet de negatieve gevolgen van Nederlands beleid op de effectiviteit van ontwikkelingssamenwerking berekenen, en de Tweede Kamer regelmatig informeren op welke terreinen Nederland actief is op het gebied van coherentie. Naar aanleiding hiervan zegde staatssecretaris Ben Knapen toe coherentie van OSmet andere betrokken beleidsterreinen verder uit te werken, in de beleidsagenda voor globalisering. Ook is toegezegd dat de Tweede Kamer jaarlijks op de hoogte gehouden zal worden van de ontwikkelingen op dit gebied. Dat is een stap vooruit, maar we zijn er nog lang niet.
Tijd voor actie
De globaliseringsagenda van Knapen is nog niet verschenen. Pas daarin kunnen we zien wat het kabinet voor ogen heeft als concrete invulling van haar coherentiebeleid. Maar er is geen tijd te verliezen: het coherentiebeleid moet nú vormgegeven worden, want zolang wij hier geen rekening houden met de belangen van ontwikkelingslanden, zijn mensen daar de dupe van ons beleid.
Het kabinet moet inzien dat het bij coherentie niet om eigenbelang gaat, maar om een eerlijk beleid ten opzichte van ontwikkelingslanden. Paul Hassing legde in dit verband ook al de vinger op de zere plek als hij zegt dat het kabinet nu uitgaat van de verkeerde interpretatie van beleidscoherentie. Het gaat niet om het afstemmen van verschillende beleidsinstrumenten om ons nationale belang (in ontwikkelingslanden) zo goed mogelijk te dienen. Het gaat erom dat op beleidsterreinen die raken aan ontwikkelingssamenwerking (zoals handel, klimaat en migratie) de OS-doelstellingen niet ondermijnd worden en bijgedragen wordt aan duurzame ontwikkeling.
Concrete voorbeelden
Hieronder volgen een aantal voorbeelden waarin het begrip coherentie verder uitgewerkt wordt in concrete punten. Als de regering coherentie echt serieus wil nemen, moet het breed geïntegreerd worden in alle relevante beleidsterreinen. En moet het nu eindelijk serieuze stappen nemen onderstaande beleidskeuzes die nadelig uitpakken voor ontwikkelingslanden- te veranderen zodat ze wél bijdragen aan ontwikkeling. Maak in ieder geval de afwegingen inzichtelijk!
Er is recent veel aandacht geweest voor het Fiscaal Verdragsbeleid. Door het gunstige belastingklimaat in Nederland dragen veel multinationals hier winstbelasting af, in plaats van in de ontwikkelingslanden waar het geld verdiend wordt. Zo lopen ontwikkelingslanden inkomsten mis en ondermijnt het Nederlandse belastingstelsel het ontwikkelingsbeleid. Via dit soort belastingroutes lopen ontwikkelingslanden naar schatting 500 miljard euro mis. Het moet dus op de eerste plaats inzichtelijk worden gemaakt hoe belastingontwijking door multinationals via Nederland plaatsvindt. Dit kan door bedrijven middels country-by-country reporting te laten tonen waar ze belasting afdragen. Daarnaast kunnen de financiële verdragen die Nederland met ontwikkelingslanden sluit ook een stuk eerlijker. Er moet rekening gehouden worden met de economische belangen aan beide kanten, zodat ontwikkelingslanden geen belangrijke inkomsten mislopen.
Een ander item dat hoog op de politieke agenda staat is grondstoffenzekerheid. In de Grondstoffennotitie die dit najaar behandeld wordt, zet het Kabinet in op een open markt waarin Nederland en de EU verzekerd zijn van (goedkope) toevoer van grondstoffen voor onze economie. Gevolg hiervan is dat belastingheffing op de uitvoer van grondstoffen in exporterende ontwikkelingslanden ontmoedigd wordt. Ook wordt het voor ontwikkelingslanden hierdoor moeilijk en duur om een verwerkende industrie op te zetten. Dit ontneemt overheden van ontwikkelingslanden de kans om duurzame inkomsten uit hun eigen grondstoffen te halen. In plaats hiervan moet er ingezet worden op een duurzaam en eerlijk grondstoffenbeleid, dat de belangen van zowel Nederland als ontwikkelingslanden dient.
Ook op het gebied van migratie speelt coherentie een rol. In de koers die dit kabinet kiest, ligt de focus van het migratiebeleid voornamelijk op de gevolgen voor Nederland en wordt weinig gekeken naar de kansen die migratie biedt voor ontwikkeling. Bijvoorbeeld door circulaire migratie, waarin migranten een aantal jaar hier komen leren of werken, om vervolgens na terugkeer de opgedane kennis in het thuisland toe te kunnen passen. Het kabinet is voornamelijk geïnteresseerd in het tot Nederland toelaten van hoogopgeleid personeel uit ontwikkelingslanden, wat leidt tot een braindrain. Juist lager opgeleide migranten moeten een kans krijgen om zich hier te ontwikkelen, zodat de positieve gevolgen daar later merkbaar zijn.
Aan de slag
Hiernaast zijn er nog vele andere beleidsterreinen waar beleidscoherentie van belang is, zoals landbouw en visserij, kinderarbeid, klimaat, wapenexport en maatschappelijk verantwoord ondernemen. Bij alle betrokken ministeries moet hier actief rekening mee gehouden worden. Hierbij moet verder gekeken worden dan Nederland, veel beleid wordt immers op Europees niveau gemaakt. Ook in EU-verband moeten afspraken over coherentie nu concreet ingevuld en waargemaakt worden.
De belofte van Knapen in reactie op het WRR rapport dat hij “in overleg met alle betrokken partijen tot een relevante beleidsagenda te komen” is in die zin veelbelovend. Het kabinet zegt dus het belang van coherentie te onderkennen, maar worstelt nog met de concrete invulling ervan. Maar juist deze vorm van ontwikkelingssamenwerking -de inzet op meer beleidscoherentie- past goed in het huidige politieke en financiële klimaat, en is bovendien goed te verkopen aan een kritisch publiek. Dus kabinet, neem die coherentieagenda nu eindelijk serieus en geef ontwikkelingslanden een kans op eerlijke ontwikkeling!
Over de organisatie: De Evert Vermeer Stichting (EVS) zet zich actief in voor een eerlijk Nederlands en Europees beleid ten aanzien van ontwikkelingslanden. Fair Politics voert een permanente politieke campagne voor beleidscoherentie in Brussel en Den Haag. Op 29 oktober organiseert de EVS de Afrikadag, waar tijdens verschillende debatten aandacht zal zijn voor coherentiethema’s.