
De toekomst van de rechten van het kind: wat heeft prioriteit?
Op 20 november 1989 werd het verdrag van de Universele Verklaring van de Rechten van het Kind door de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties aangenomen. Vandaag viert dit verdrag haar 25-jarig jubileum. Tijdens het internationale congres dat op 18 en 19 november werd gehouden in het Stadsgehoorgebouw in Leiden, hielden experts zich bezig met de vraag hoe de toekomst van dit verdrag eruit komt te zien.
Inmiddels hebben 191 van de 193 landen op de wereld dit verdrag ondertekend en zijn er belangrijke stappen gezet om de basisrechten van het kind vast te leggen.Micheal Freeman, professor in Engels staatsrecht aan de Universiteit van Londen zegt het volgende: ‘Ik heb twee visies voor de komende vijfentwintig jaar: een nachtmerrie en een droom. De eerste visie geeft aan dat we het hoogst bereikbare doel al hebben behaald. De komende vijfentwintig jaar zullen in het teken staan van afname en misschien wel de val van mensenrechten en daarmee ook kinderrechten. Er zal meer armoede, honger, ziektes, ongelijkheid, oorlog tussen religies, klimaatverandering en massale populatie bewegingen plaatsvinden. Dit alles is ook schadelijk voor kinderen.
‘Mijn hoopvolle, wellicht utopische visie, voorziet het einde van armoede, honger en ziektes onder kinderen. Daarnaast voorzie ik meer rechten voor het kind en meer aandacht voor verwaarloosde groeperingen, zoals mensen met een beperking, vluchtelingen, meisjes en homoseksuelen. Om dit te kunnen bereiken moeten we verder kijken dan alleen de Universele Verklaring van de Rechten van het Kind.’
Nieuwe problemen
Vitit Muntarbhorn, professor in staatsrecht in Thailand en voormalige VN-rapporteur over de verkoop van kinderen, kinderprostitutie en kinderpornografie, onderstreept dat het verdrag essentiële beslissingen in werking heeft gesteld. ‘Drie protocollen zijn aangenomen, speciale monitoringsmechanismen over kinderen in gewapende conflicten en geweld tegen kinderen zijn opgesteld en de Veiligheidsraad richt zich nu op de bescherming van het kind in conflictsituaties. Zowel op regionaal als nationaal niveau zijn er nu mechanismen in werking gesteld om kinderrechten te beschermen.’ Muntarbhorn deelt de mening van zijn collega Freeman dat het verdrag constant onderhevig is aan nieuwe uitdagingen en problemen, zoals klimaatverandering, rampen en aanhoudend geweld.
Tijdens een paneldiscussie proberen zeven deelnemers een beeld te schetsen over hoe de toekomst van het verdrag eruit zou moeten zien. Het is een gemengd gezelschap, doordat iedere expert als vertegenwoordiger optreedt voor zijn of haar organisatie. De verschillende prioriteiten komen duidelijk naar voren wanneer de discussie op gang komt. De een wil graag dat er in de toekomst een grotere focus is op de rol van het maatschappelijk middenveld voor de rechten van het kind, terwijl een ander juist van mening is dat kinderrechten een heel politiek gericht onderwerp is. Margaret Tuite, coördinator voor de Europese Commissie voor de rechten van het kind, wil dat kinderen zelf meer toegang krijgen tot gerechtigheid. Ook onderstreept zij het belang van kinderparticipatie bij beleidsvoorstellen.
Geen duidelijk antwoord
Door al deze verschillende visies en prioriteiten is het moeilijk om tot een gezamenlijk antwoord te komen over hoe het verdrag de komende vijfentwintig jaar uitgevoerd zal moeten worden en waar de focus moet komen te liggen. Een van de experts, Dr. Godfrey Odongo, weet met zijn beredenering een duidelijk standpunt te maken. ‘Het is niet de vraag of de prioriteit nu bij gezondheidszorg, onderwijs of migratie ligt. Er is geen standaardformule voor wat de prioriteit heeft wanneer het om kinderrechten gaat. Wat wij moeten doen is “onzichtbare problemen”, zoals bijvoorbeeld ondervoeding bij kinderen, naar de voorgrond brengen en hier een oplossing voor zien te vinden. Het is van essentieel belang dat zowel regeringen als het maatschappelijk middenveld de handen ineenslaan om tot het gezamenlijke doel uit te komen, namelijk de bescherming van het kind’.
Tags: