‘Duurzaam voedsel: begin bij de boerin’

Morgen is het Wereldvoedseldag, een dag waarop wereldwijd wordt stilgestaan bij het feit dat er nog altijd mensen honger lijden. Maar liefst 842 miljoen mensenzijn chronisch ondervoed. Dat is wereldwijd 1 op de 8 mensen en in Afrika 1 op de 5. Anselm Iwundu, directeur van Fairfood International, pleit voor het verduurzamen van de wereldwijde voedselproductie en zet drie speerpunten op en rij.

 

De wereld aan het ontbijt

Als we ’s morgens aan ons ontbijt zitten, dan zien we de wereld voor ons op tafel. Koffie uit Guatemala, thee uit Sri Lanka, vlees uit Brazilië… ons eten komt uit alle windstreken. In Nederland is er genoeg te eten en maar al te vaak gooien we wat overblijft achteloos weg. De Nederlandse consument werpt jaarlijks voor minstens 2,4 miljard euro aan eetbaar voedsel weg. Per huishouden is dat gemiddeld €400 op jaarbasis. Een derde van al het voedsel dat wereldwijd wordt geproduceerd wordt verspild, een verlies van 565 miljard euro met schadelijke gevolgen voor het klimaat. Volgens de FAO zorgt het onnodig verloren gaan van voedsel voor een hogere uitstoot van CO2, extra waterconsumptie en de verlaging van biodiversiteit. Ook in ontwikkelingslanden wordt veel voedsel verspilt, maar daar ligt de oorzaak vooral in slechte oogsttechnieken.

Begin bij de boerin

Ik ben ervan overtuigd dat het mogelijk is om ons voedsel te verduurzamen. De tijd is er rijp voor. Een wereld met duurzaam voedsel, hoe ziet dat er uit? Laat ik beginnen bij het begin, bij de boerin. Maar liefst 60 tot 80 procent van het voedsel in ontwikkelingslanden wordt door vrouwen geproduceerd. Zij zijn de stuwende kracht van de kleinschalige landbouw. Maar vrouwen ervaren meer problemen dan mannen bij de toegang tot land en het verkrijgen van kredieten en andere agrarische hulpbronnen en diensten. De voedselproductie kan met 30 procent omhoog als vrouwen dezelfde toegang tot die middelen zouden krijgen als mannen. Genoeg om 100 tot 150 miljoen mensen te voeden.

Transparantie

Ten tweede: consumenten willen weten wat ze eten. Overheden moeten er op toe zien dat het bedrijfsleven transparant te werk gaat en verantwoordelijkheid neemt voor de integriteit en veiligheid van producten, dus ook voor betrouwbare productinformatie en maatregelen om risico’s te voorkomen. De consument heeft recht op betrouwbare informatie over de duurzaamheid van producten om op die manier zelf een bewuste keuze te kunnen maken.

Ananas voor één euro

Tot slot ligt er ook een belangrijke taak bij ons, de consumenten. Het is nog niet zo lang geleden dat een ananas een bijzondere en behoorlijk dure vrucht was. Natuurlijk is het prettig dat we nu een verse ananas kunnen kopen voor slechts één euro, maar het gevolg is dat er aan de andere kant van de wereld mensen onderbetaald worden en werken onder ongezonde omstandigheden. Die prijs is veel te hoog. Het woord is nu aan de consument: als wij met elkaar eisen dat het eten in onze supermarkt op een eerlijke en duurzame manier wordt geproduceerd, dan luisteren de supermarkten naar ons. Kijk maar naar wat er gebeurde consumenten massaal hun boosheid uitten over de plofkip en het legbatterij-ei.

Als we allemaal – bedrijfsleven, consumenten en overheden – onze krachten bundelen, dan is het mogelijk om ons eten te verduurzamen en daarmee de honger uit te bannen. Wat zou het mooi zijn als we daarvoor geen Wereldvoedsel-dag meer nodig hebben.

 

Anselm Iwundu

Directeur Fairfood International