
Hoorzitting beleidsnota (deel 4/4) Speerpunten: ‘Bundel kennis, kunde en investeringen’
In het vierde deel van de hoorzitting kwam een ratjetoe van onderwerpen aan bod: voedselzekerheid, watervoorzieningen, vrede en veiligheid en gendergelijkheid. Kortom, de speerpunten en crosscotting issues van Ploumen’s beleid. En ook daarbinnen kan het Nederlands bedrijfsleven een grote rol spelen.
Thomas de Man, voormalig directeur van Heineken Afrika, mag in de laatste sessie, waarbij lang niet iedere woordvoerder van de Tweede Kamerpartijen nog aanwezig is, de spits afbijten. Hij zegt blij te zijn met de aandacht die voedselzekerheid binnen het beleid krijgt en ziet een kans weggelegd voor Nederlandse bedrijven en kennisinstituten om hun ervaring op dit gebied te delen. Niet alleen met lokale partners, maar ook met het maatschappelijk middenveld. ‘Zo zouden bijvoorbeeld integrale voedselketens opgezet kunnen worden waardoor gewassen kunnen worden verbouwd voor zowel de lokale markt als export. Op het gebied van zuivel is hier al veel succes mee geboekt. Als je dit model voor de hele keten hanteert, dan profiteert iedereen daarvan. Succesvolle projecten kun je op die manier blijven herhalen.’
Binnen het thema voedselzekerheid heeft Nederland vooral veel te bieden op het gebied van landbouw, volgens Hedwig Bruggeman, directeur van Agri-ProFocus. Zij vindt dat daar zowel in Nederland als in het zuiden veel meer kennis naar uit moet gaan. ‘Boeren en boerinnen maken een opmars in ontwikkelingslanden. Juist Nederland zou met alle kennis op dit gebied een koploper kunnen zijn in het stimuleren van de agrarische sector in het zuiden. Heel belangrijk is het bundelen van kennis, kunde en investeringen. De focus moet hierbij liggen op ondernemende boeren. Zij hebben vaak een veel te beperkt netwerk, kapitaal en kennis. Hier moet meer aan gedaan worden.’
Zij ziet wat dat betreft een rol weggelegd voor het Dutch Good Growth Fund. Hier mee kan worden geïnvesteerd in de lokale voedselproductie. ‘Kijk maar eens in Afrikaanse supermarkten, daar vind je overwegend producten uit China en het Midden-Oosten. Hier valt nog zoveel winst te behalen voor lokale producenten.’
Toch merkt zij dat dit bijna geen aandacht krijgt in Nederland. ‘Agrarisch beroepsonderwijs komt niet of nauwelijks aan bod. Er zijn veel managers en nog meer mooie plannen, maar waarom wordt er niet binnen het onderwijs op dit soort kansen ingezet? Kortom: investeer meer en beter in de agrarische sector van ontwikkelingslanden.’
De rol van bedrijven
De Man ziet op zijn beurt een rol weggelegd voor het Nederlands midden- en kleinbedrijf om te helpen bij het uitbreiden van de productieketen. ‘Sinds het High Level Forum on Aid Effectiveness in Busan in 2011 is er veel belangstelling van het bedrijfsleven om te investeren in ontwikkelingslanden. Veel meer dan aanvankelijk werd gedacht’, antwoordt De Man op vragen van Agnes Mulder (CDA) en Ingrid de Caluwé (VVD) over de manier waarop Nederlands bedrijfsleven hierbij meer betrokken kan worden en hoe veel kansen er voor hen liggen. ‘Het is nu zaak om ook het midden- en kleinbedrijf deze sprong te laten maken. Als er in ontwikkelingslanden voldoende wordt geïnvesteerd in onderwijs, dan wordt het op den duur makkelijker voor hen om daar aan de slag te gaan. Maar een deel van de benodigde kennis en kunde kan ze ook door ons bedrijfsleven worden bijgebracht. Drinkwatervoorzieningen zijn vaak in handen van de overheid. In ontwikkelingslanden is dat niet altijd even slim, daarom is het juist goed om het bedrijfsleven er bij te betrekken. Een probleem is echter: ze zijn niet actief in de buitengebieden. De vraag is dus hoe we ze ook daar naartoe krijgen.’
Eenzelfde probleem doet zich voor op het gebied van watervoorzieningen, zo vertelt Allert van der Ham algemeen directeur van SNV. ‘Ik heb op dit gebied heel veel goede dingen gezien, ook binnen publiek-private-partnerschappen. De bottleneck is echter dat heel veel bedrijven zich alleen richten op de grote steden. Terwijl er op het platteland ongelooflijk veel werk te verzetten is en daar vruchtbare samenwerkingen met ngo’s en locals voor de hand liggen.’
Dit is niet het enige probleem dat Van der Ham bespeurt bij watervoorzieningen. ‘Na constructie wordt er door teveel mensen gedacht dat de klus geklaard is, terwijl er gigantisch veel gebreken opspelen. Er zijn meer dan driehonderdduizend waterpompen in Afrika die het niet doen. Die voorliefde voor bouwen is dus verkeerd. Constructie, wat gezien kan worden als ‘hardware’, moet samengaan met een ‘software’ component. Zorg ervoor dat je kennis aanlevert over het belang van goedwerkende pompen en hoe je deze kunt onderhouden. Lever tevens onderdelen aan. Hetzelfde geldt voor toiletten: bouw ze niet alleen, maar leeg ze ook.’
Veiligheid
Een ander speerpunt dat uitgebreid behandeld wordt is veiligheid. ‘Dit is immers de grootste voorwaarde voor een succesvolle ontwikkeling in het zuiden’, stelt IKV Pax Christi-directeur Jan Gruiters, die vindt dat Nederland meer zou kunnen doen op het gebied van internationale veiligheid. ‘De Tweede Kamer zou hierop moeten toezien en er voor zorgen dat er nieuwe initiatieven voor op tafel komen. Nederland kan hierin echt een voortrekkersrol spelen. Veiligheid van burgers, en met name vrouwen, moet hoog op de internationale agenda worden geplaatst.’
Volgens Gruiters is het misschien niet zo’n gek plan om te kijken hoe het revolverend fonds bij kan dragen aan het scheppen van banen in fragiele staten. ‘Dit soort landen hebben behoefte aan drie dingen: veiligheid, recht en banen. Is het niet een idee om een deel van het revolverend fonds in te zetten voor werkgelegenheid in fragiele staten?’
Veiligheid, maar dan met de nadruk op vrouwen, is ook een speerpunt waar Elisabeth van der Steenhoven, directeur van WO=MEN zich vanmiddag op richt. Hoewel zij blij is met de aandacht voor vrouwenrechten en gender in Ploumen’s nota, zou zij graag zien dat daar ook op andere terreinen buiten het ontwikkelingsbudget meer aandacht wordt besteed. Want alleen geld is niet de oplossing; in alle delen van het Nederlands buitenlands beleid zouden vrouwenrechten geïntegreerd moeten worden. ‘Zorg ook dat ministeries krachten bundelen, zodat er zo goed mogelijk aandacht kan worden besteed aan vrouwenrechten. We hebben het hier immers over 51% van de wereldbevolking. Het aantal inwoners van Afrika zal de komende periode verdubbelen, nog een goede reden om vrouwenrechten volledig te integreren in het beleid.’
Waakhond
De sessie over de speerpunten roept nog de minste controverse op tijdens de gehele hoorzitting. Waar iedere spreker overwegend positief is en de Tweede Kamerleden blij zijn te horen dat niemand de speerpunten in twijfel trekt, trekt Gruiters toch aan de bel over een eventueel probleem dat kan opspelen bij de waakhondfunctie van ngo’s. ‘In essentie moedig ik een sterkere waakhondfunctie aan, al kan dit ook een keerzijde hebben. Zo kunnen sterke multinationals bij teveel bemoeienis beginnen met het zwart maken van ngo’s en ze zelfs voor de rechter slepen.’
Voor Marit Maij (PvdA) is dit reden om Gruiters te vragen of ook Nederlandse bedrijven en ngo’s hiermee te maken hebben. ‘Dat niet’, zegt Gruiters. ‘Maar het komt wel in veel landen voor die wij als bondgenoten zien, zoals de Verenigde Staten. Hoe het ook zij, het is misschien verstandig om dit soort gevallen voor te zijn en een resilience fund in het leven te roepen. Zodat ngo’s hun taken uit kunnen blijven oefenen en waar nodig altijd op juridische steun kunnen rekenen.’
Lees ook de verslagen van deel één, twee en drie van de hoorzitting.
Heeft de hoorzitting u geïnspireerd tot Kamervragen? Stuur ze dan nu via redactie[a]viceversaonline.nl in! Wellicht worden ze binnenkort op deze website gepubliceerd, naar een idee van Lau Schulpen.