VVD: polderen in het verkiezingsprogramma

Afgelopen maandag organiseerde de VVD Amsterdam een ‘Politiek Café Libertijn’ in de Heeren van Aemstel aan het Thorbeckeplein in Amsterdam. Op het programma stond een debat tussen Ingrid de Caluwé, het VVD-Kamerlid dat onlangs in De Volkskrant een bezuiniging van drie miljard euro op ontwikkelingssamenwerking voorstelde, en Farah Karimi, directeur van Oxfam Novib.

Het is nog rustig rond de aanvangstijd van half negen ‘s avonds. Een paar verdwaalde liberalen hebben zich genesteld aan de bar, voor op het terras rookt een enkeling een sigaret. Het is stil in de zaal, door de ruiten heen klinkt het geluid van de voetbalwedstrijd Ierland – Spanje die door de kroegen aan de overkant van het Thorbeckeplein live wordt uitgezonden. Af en toe zwelt het geluid verder aan, wanneer de deur open gaat en een nieuwe bezoeker de zaal betreedt.

Ongeveer een kwartier later dan gepland, is er dan ook toch een redelijk aantal bezoekers gearriveerd. De organisatoren (en tevens gespreksleiders) kijken even rond, tellen zo’n dertig aanwezigen en besluiten dat het voldoende is om te beginnen, hoewel gedurende de hele avond het oplaaiende rumoer van een voetbalwedstrijd nieuwe bezoekers zal blijven aankondigen.

Het moet een interactieve avond worden. Met interruptiemicrofoon en vragen aan het publiek. ‘Wie van jullie geeft geld aan ontwikkelingsorganisaties?’ vraagt een van de presentatoren dan ook om de avond te openen. Een groot deel van de handen in het publiek gaat omhoog. ‘En wie vindt ontwikkelingshulp weggegooid geld?’ vraagt de ander. Slechts een drietal steekt bevestigend de vingers in de lucht.

Aan sympathie voor ontwikkelingshulp dus geen gebrek bij de aanwezige liberalen. Wel vragen zij zich af wat daarbij de rol van de overheid zou moeten zijn én of de huidige versnipperde aanpak ideaal is. Nog lang niet alle aanwezigen hadden een uitgekristaliseerde mening klaar, maar de vraag of ontwikkelingshulp een functie van de staat moet zijn mag van hen op zijn minst gesteld worden. Daarnaast zetten de meesten ook wel vraagtekens bij de mate waarin ontwikkelingshulp efficiënt geregeld is.

Dood hout

Zij kunnen zich in beginsel dan ook wel vinden in de plannen van De Caluwé, die wil dat de Nederlandse staat zich in de toekomst gaat beperken tot directe samenwerking met tien landen op het gebied van voedselzekerheid, watermanagement en HIV/Aids en de financiering van hulporganisaties aan particulieren laat, onder andere door giften 125% aftrekbaar te maken van de belasting. Uitspraken als ‘Het is geen overheidstaak om geld te geven aan ngo’s’ en ‘De overheid moet zich terugtrekken, het is aan particulieren om te geven’ kunnen dan ook op luide bijval uit de zaal rekenen. Het zijn de spaarzame momenten dat het rumoer uit de zaal het geluid voetbalwedstrijd aan de overkant overstemde, op een avond die verder rustig en in een goede sfeer verliep.

Ondanks deze forse voorgestane bezuinigingen ziet de politica zichzelf, net als haar medeliberalen, als niet onsympathiek tegen ontwikkelingshulp. Ze is zelf donateur van Oxfam Novib en noemt de organisatie ‘een goede club’. Desalniettemin is er ‘de afgelopen decennia een wildgroei aan ngo’s ontstaan die vaak ook nog eens hetzelfde doen’. De Caluwé : ‘In het bedrijfsleven waren in een dergelijke situatie al lang fusies ontstaan’ en dus ‘moet de kraan dicht’. Het dode hout moet eruit en daarbij kijkt De Caluwé met name naar een aantal VN-hulporganisaties en de Internationale Arbeidsorganisatie (ILO) in het bijzonder.

Ze wijst erop dat de successen op het gebied van gezondheidszorg in Afrika met name hebben geleid tot een verhoging van het aantal armen. Dat het aantal schoolgaande kinderen wereldwijd enorm is toegenomen vind zij irrelavant wanneer deze vervolgens na voltooiing van hun opleiding werkeloos thuis zitten. Uiteindelijk, zo geeft ze aan, is economische groei de enige oplossing.

Fact Free Politics

Farah Karimi lijkt met name gekomen om dat beeld van een inefficiënte, falende ontwikkelingssector te corrigeren. Ze geeft aan dat een dergelijke kijk een ernstig anachronisme is en verwijt haar opponente meermaals aan ‘fact free politics’ te doen. Daarvoor schermt zij vrij uitgebreid met cijfers, wat niet bij elke aanwezige even goed resoneert. Dat Oxfam Novib inmiddels nog maar voor een derde van haar budget afhankelijk is van de Nederlandse overheid komt voor de zaal als een verassing en oogste wel veel lof. Het lukt haar echter niet om duidelijk over te brengen welke concrete successen de hulpsector de afgelopen decennia heeft bereikt, waarom die norm van 0,7% zo belangrijk is en, met name, waarom het de overheid is dat deze moet geven.

Daarvoor wijst ze vooral op de reputatieschade die Nederland hiermee in het buitenland zou lopen. Ze verwijt haar opponente dat de VVD ‘zich achter de dijken terugtrekt’ en vraagt zich af welke plaats zij voor Nederland in de wereld ziet. Het geroezemoes in de zaal neemt tegelijkertijd hoorbaar toe en hier en daar is men een nieuw rondje gaan halen aan de bar: in een dergelijke morele discussie hebben blijkbaar niet alle aanwezigen evenveel zin.

Voor een deel zal dit te maken hebben met de wetenschap dat de soep uiteindelijk toch niet zo heet gegeten zal worden als hij wordt opgediend. Zoals één van de organisatoren van de avond achteraf uiteindelijk verwoordde: ‘Je kan beter van te voren laag inzetten en dan uiteindelijk na onderhandelingen op een consensus uitkomen, dan in je verkiezingsprogramma al beginnen met polderen’.

Foto: Jessica Grootenboer

 

Auteur
Nick Mastenbroek

Datum:
20 juni 2012
Categorieën: