
Kennisbeleid raakt onvoldoende de kern waar het om gaat
Afgelopen dinsdag heeft staatssecretaris Knapen zijn kennisbeleid geschetst in een langverwachte brief aan de Tweede Kamer. Zoals verwacht stuurt Knapen aan op een nauwe focus op de vier OS-prioriteiten plus kennis over innovatieve, themaoverstijgende interventiestrategieën. Peter Gondrie en Beatrijs Stikkers-Muller van KNCV Tuberculosefonds plaatsen een aantal kritische kanttekingen bij het nieuwe kennisbeleid én een paar interessante uitdagingen voor een gouden piramide.
KNCV Tuberculosefonds omarmt de intentie van de staatssecretaris om in het kennisbeleid structureel de verbinding aan te gaan met kennisinstellingen, bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties. Deze brede verankering noemen wij ‘de gouden piramide’ en verdient navolging in het OS-bedrijfslevenbeleid.
Desondanks richten de plannen van de staatssecretaris zich nog teveel op het interne kennisbeleid van zijn ministerie. In onze ogen dient het OS-kennisbeleid juist vorm te krijgen vanuit de Nederlandse samenleving: organisaties én overheid. Met zijn benadering raakt Knapen onvoldoende de kern waar het om gaat. Een te nauw keurslijf creëert geen vruchtbare en toekomstbestendige kennisinfrastructuur. Indien Nederland een rol van betekenis wil blijven spelen als het gaat om de OS-uitdagingen van de toekomst, moet dat gestoeld zijn op meerwaarde vanuit expertise. Dit vergt een bredere basis voor de kennisinfrastructuur dan de huidige prioriteiten van de staatssecretaris.
Het voordeel van een bredere basis is dat kennis ook buiten de directe OS-omgeving wordt ontsloten. Zo kan de overheid flexibel anticiperen op mogelijkheden voor Internationale Samenwerking (IS) in samenhang met de politieke en maatschappelijke prioriteiten van de toekomst. Een bredere verankering van OS-kennisbeleid draagt dus bij aan de nieuwe rol die Nederland zoekt in het buitenlandbeleid, zoals geschetst door de WRR-rapporten ‘Minder pretentie, meer ambitie’, en ‘Aan het buitenland gehecht’.
Wij hebben twee aanbevelingen om tot een toekomstbestendige kennisinfrastructuur te komen:
1. Veranker het OS-kennisbeleid in de bredere beleidsagenda, ook in die van andere ministeries.
2. Haak breed aan bij het topsectorenbeleid van het ministerie van Economische Zaken, Landbouw & Innovatie (EL&I).
Tevens hebben wij een derde aanbeveling om met het toevoegen van maatschappelijke organisaties als vierde speler binnen het kennisbeleid een gouden piramide te creëren en deze tevens te benutten in het OS-bedrijfslevenbeleid en het OS-topsectorenbeleid
Veranker OS-kennisbeleid in de bredere beleidsagenda
In tegenstelling tot de staatssecretaris pleit KNCV Tuberculosefonds voor een brede verankering van OS-kennis. Dit is de manier voor OS om zich binnen de overheid en de samenleving te verbinden in plaats van zich af te zonderen. Bovendien riskeert een OS-kennisbeleid dat zich beperkt tot de vier huidige OS-prioriteiten de afbraak van kennisgebieden waar Nederland nu beschikt over een unieke positie. Dit is zonde en kortzichtig. Zoals Partos al signaleerde, zijn de huidige prioritaire OS-thema’s niet voor de eeuwigheid gekozen. De OS-kennisinfrastructuur moet kunnen putten uit Nederlandse innovatiekracht in toekomstrelevante niches. Zo behoudt het ministerie van Buitenlandse Zaken manoeuvreerruimte voor IS.
Een voorbeeld: de mondiale kennisrol van KNCV Tuberculosefonds draagt rechtstreeks bij aan de bestrijding van tuberculose in ontwikkelingslanden en is daarnaast uiterst belangrijk voor onze eigen volksgezondheid. Bestrijding aan de bron voorkomt multiresistente vormen van tuberculose (MDR-tbc) in Nederland, waar de zorgkosten € 200.000 per patiënt bedragen. KNCV Tuberculosefonds heeft met innoverende kennis en capaciteitsopbouw in het Zuiden en het Oosten zijn significante rol in de internationale bestrijding van MDR-tbc vormgegeven voor een jaarlijks bedrag gelijk aan de behandelkosten van een handjevol MDR-tbc patiënten in Nederland. Een ruimere blik op kennis verbetert dus de samenhang tussen en effectiviteit van het beleid van de verschillende ministeries.
Een intensievere bundeling van kennisbeleid met de vakministeries maakt een breder palet aan kennisgebieden mogelijk. Dit opent perspectieven voor de OS-kennisinfrastructuur en voor toekomstige vormen van OS/IS. Aansluiting en kruisbestuiving stimuleren wederzijds de kwaliteit, synergie en duurzaamheid van kennisgebieden. Dit kan in internationale samenwerkingsverbanden en door bundeling van krachten binnen de Nederlandse maatschappij. De veelheid aan projecten en nieuwe ideeën die ontstaan in het kader van de topsectoren laten dit zien. Niet voor niets constateerde De Adviesraad voor Wetenschaps- en Technologiebeleid (AWT) in zijn advies ‘Kennis zonder grenzen, kennis en innovatie in mondiaal perspectief ‘(2010) dat het Nederlandse ontwikkelingsbeleid inhoudelijk steeds meer raakt aan het kennis- en innovatiebeleid, maar dat door ontschotting veel meer de synergie gerealiseerd kan worden.
Haak breed aan bij topsectorenbeleid EL&I
Terecht verbindt de staatssecretaris de kennisplatforms met de topteams. Het topsectorenbeleid wordt immers voor 20% gefinancierd uit ODA-middelen. De nauwe aansluiting (alleen voor de huidige OS-prioriteiten) is ons inziens te weinig gericht op de toekomst. Aansluiting in de volle breedte van het topsectorenbeleid is dat wel en komt ook tegemoet aan de wens van het bedrijfsleven. Het erkennen van de verwevenheid van innovatie binnen de topsectoren met de ODA-middelen levert uiteindelijk de beste borging op van de OS-belangen.
Van Gouden Driehoek naar Gouden Piramide
Minister Verhagen wil met zijn innovatie- en topsectorenbeleid de wisselwerking stimuleren tussen bedrijven, kennisinstellingen en de overheid. EL&I noemt dit de ‘gouden driehoek’, Toevoeging van maatschappelijke organisaties als vierde speler creëert een gouden piramide. Dit beleid wordt mede gefinancierd met ODA-middelen. Daarom is het verbinden van maatschappelijke expertise en inzichten uit de OS-sector aan het overheidsbeleid op het gebied van kennis en ondernemerschap simpelweg een must. Kennis over het betrekken van vele stakeholders, capaciteitsopbouw, monitoren van maatschappelijke impact en het betrekken en stimuleren van het midden- en kleinbedrijf (MKB) ter plekke (het kennisgebied ‘ontwikkelingsprocessen’) heeft ook meerwaarde voor andere stakeholders. Het is des te belangrijker dit goed te benutten nu de budgetten voor OS-bedrijfslevenbeleid en voor Public Private Partnerships in een rap tempo omhoog gaan.
Maatschappelijke OS-organisaties hebben hoogst relevante expertise en inzichten. In de gouden piramide kunnen bedrijfsleven, kennisinstellingen, overheid en maatschappelijke organisaties met elkaar initiatieven ontwikkelen en prioriteiten stellen. Elk van de dimensies is verbonden met de andere drie dimensies, in evenredige relatie tot elkaar, en met een gemeenschappelijk publiek doel waarin een ieder zijn aandeel levert. Dit leidt tot solide IS-activiteiten en duurzame verankering van het OS-gedachtegoed in IS. Dit betekent meer stabiliteit, meer relevantie, meer effectiviteit en meer synergie. Zo versterkt de gouden piramide ook het overheidsbeleid.
Een voorbeeld uit de dagelijkse praktijk van KNCV Tuberculosefonds illustreert de baten van een dergelijke samenwerking. Inspelend op een geavanceerde diagnostische innovatie zagen wij samen met kleinschalige bedrijven in Nederland het voordeel van een tussenstap met radiologische apparatuur. Hiermee kan de nieuwe technologie doeltreffender, kosteneffectiever en grootschaliger worden ingezet. In deze radiologische toepassing is Nederland een marktleider. Een Nederlands bedrijf ontwikkelt het product in samenwerking met KIT Biomedical Resarch en de Universiteit van Nijmegen. KNCV Tuberculosefonds ontwikkelt vanuit haar betrokkenheid bij een landelijk bestrijdingsprogramma samen met lokale onderzoekers de grootschalige toepassing. De lokale overheid in de OS-landen committeert het merendeel van de middelen voor de bestelling, de Nederlandse overheid wordt om een stimulerende bijdrage gevraagd. Wij verwachten dat dit proefproject in één van de Nederlandse partnerlanden straks markten opent in de BRICs (Brazilië, Rusland, India en China).
De OS-sector staat voor een keuze in het kennisbeleid: ofwel aansluiting zoeken bij andere ministeries en stakeholders, ofwel zichzelf terugtrekken door te focussen op enkele zelf gekozen thema’s. Dit laatste betekent dat OS gaat opereren als een eiland. Een brede verankering van het kennisbeleid daarentegen levert een steviger maatschappelijke basis en daarmee een toekomstbestendige OS-kennisinfrastructuur op. Ingezet volgens het concept van de gouden piramide ontstaat een krachtig uitgangspunt voor IS voor de lange termijn.
Peter Gondrie – Algemeen Directeur KNCV Tuberculosefonds
Beatrijs Stikkers-Muller – Senior adviseur Public Affairs