Oppositie en Knapen in gevecht


Staatssecretaris Ben Knapen deed gisteren tijdens het begrotingsdebat een aantal belangrijke handreikingen naar de Tweede Kamer. Niettemin werd er hevig gediscussieerd en stonden de Kamerleden en de staatssecretaris op sommige punten lijnrecht tegenover elkaar.

Wereldbank

Over de wenselijke uitgaven voor de Wereldbank konden de oppositie en de staatssecretaris elkaar niet vinden. Zelfs toen Knapen de goedbedoelde handreiking deed 20 miljoen minder te bezuinigen op Aids en daarvoor 10 miljoen euro uit het Wereldbank potje te halen, waren veel Kamerleden niet tevreden gesteld.

Irrgang (SP) nam met 10 miljoen euro minder naar de Wereldbank geen genoegen: hij vond dat IDA 14 en 15 best uitgesmeerd konden worden en dat het ook niet nodig was zoveel aan IDA 16 te geven. ‘Is het nu te veel gevraagd dat de staatssecretaris zich wat inschikkelijker opstelt?’, vroeg hij. Ook de PvdA en GroenLinks maakten duidelijk dat Knapen hier een ‘politieke keuze’ maakte, waarin zij zich niet kunnen vinden.

Maar Knapen bleef bij zijn punt dat hij al eerder had gemaakt: op de uitgaven aan de Wereldbank willde hij geen stap terug doen. ‘Omdat we de doelstelling van het Nederlandse ontwikkelingsbeleid via de Wereldbank goed kunnen realiseren. (..) Via onze bijdrage houden we in de Wereldbank onze stem en onze invloed in een belangrijke multilaterale instelling.’

Ook relativeerde hij de ‘vervijfvoudiging’ van de Nederlandse bijdrage aan de Wereldbank: de hoge bijdrage van 2011 komt volgens hem voort uit eerdere afspraken die al zijn gemaakt over het betalingsritme en eerdere kasschuiven in de richting van 2011. Hij gaf te kennen dat er een grens is aan het alsmaar vooruitschuiven van de betalingsverplichtingen. ‘Als we telkens gebruik maken van een kasschuif, dan komen we onszelf op een gegeven moment tegen. Dat kunnen we niet doen.’

Daarbij bleef hij bij zijn standpunt dat de Wereldbank een effectieve instelling is. Hij haalde daarbij onder meer een rapport van het Centre for Global Development naar voren, waarin volgens Knapen wordt gesteld dat de Wereldbank op het gebied van effectiviteit en transparantie hoger scoort dan welke instelling dan ook. Irrgang wist te vermelden dat het Global Aids Fund door ditzelfde rapport nog beter was beoordeeld.

Serious request

Door de ChristenUnie en D66 werd Knapen onder druk gezet om toch een aanmoedigingsbijdrage te geven aan Serious Request. De regering heeft namelijk besloten niet meer het bedrag dat wordt opgehaald met deze radio-actie van 3FM te verdubbelen. Knapen: ‘Het gaat hier om een private charitatieve spontane actie, niet een actie waarin wij de belastingbetaler kunnen betrekken. Laat de burger meedoen.’

Zowel Voordewind (ChristenUnie) als Hachchi en Pechtold (D66) vonden dat Knapen hiermee een verkeerd signaal af gaf. Pechtold: ‘Al zou u alleen maar een pet door de Trèvezaal laten gaan. Maar de regering zegt: wij doen dat niet. Dat is foute symboliek.’ Het gaat Pechtold daarbij niet zozeer om de hoogte van het bedrag, maar om ‘het gevoel dat gecreëerd is rondom de mensen in Nederland’ door als regering je afzijdig te houden van deze actie.

Sectorale begrotingssteun

Voordewind voelde Knapen verder stevig aan de tand over de sectorale begrotingssteun aan Rwanda. Voordewind had een motie ingediend om deze te stoppen, omdat het geen effect zou hebben. Volgens Knapen werkt de sectorale begrotingssteun in Rwanda wel degelijk. Maar Voordewind, die zich hier al vele jaren mee bezighield, was het hier niet mee eens. Hij vroeg de staatssecretaris één voorbeeld te noemen van succesvolle begrotingssteun, waarop Knapen geen duidelijk antwoord kon geven.

MFSII

Zoals in een eerder artikel aan was gegeven, besloot Knapen 10 miljoen euro vrij te maken voor het medefinancieringsstelsel, waardoor de bezuinigingen niet 50 miljoen, maar 40 miljoen euro zullen worden. Het geld hiervoor haalde hij uit een van de klimaatfondsen. Hij ging echter niet mee in het voorstel van Kathleen Ferrier (CDA), om per jaar te bekijken wat de mogelijkheden zijn en te beslissen over het uit te keren bedrag. ‘De plannen van de betrokken organisaties hebben een meerjarig karakter. Het gaat niet om incidentele uitgaven die als een harmonica kunnen worden uitgebreid of verminderd.’ Wel zei hij Ferrier toe zijn uiterste best te gaan doen om NGO’s zoveel mogelijk in te schakelen op het gebied van de prioriteiten die de regering heeft aangeduid, bijvoorbeeld water-en landbouwprojecten. Overigens moest Knapen zich corrigeren op het percentage van de bezuinigingen: deze zijn niet 12,5 %, maar 11,9 %. Nog een kleine meevaller dus.

Ferrier kwam in de loop van het debat hier niet meer op terug en leek vooralsnog tevreden te zijn met het antwoord van Knapen. De oppositie had echter liever de hele 50 miljoen bezuinigingen teruggedraaid zien worden en was alsnog kritisch. Hachchi constateerde dat Knapen blijkbaar de betrouwbaarheid tegenover de Wereldbank belangrijker achtte dan de betrouwbaarheid tegenover maatschappelijke organisaties.

Het stuitte GroenLinks natuurlijk tegen de borst dat de tien miljoen euro voor MFSII uit het klimaatpotje komt. Arjan El Fassed vroeg de staatssecretaris dan ook of van uitstel van de afbetalingen geen afstel kwam, waarop Knapen bevestigend antwoordde. Toch vond El Fassed het wrang dat blijkbaar wel geld uit het Klimaatfonds gehaald kon worden, en niet bij de Wereldbank beknibbeld kon worden.

Dijkhoff (VVD) vroeg zich af waar die 10 miljoen voor MFSII opeens vandaan kwam en was samen met de PVV de enige partij die de toezegging van 10 miljoen niet verwelkomde. De PVV ging echter nog een paar stappen verder dan de VVD omdat zij het liefst zouden zien dat de gehele subsidie aan ‘die verschrikkelijke medefinancieringsorganisaties’ zou stoppen.

Onderwijs

De staatssecretaris had begrip voor de zorgen die de Kamerleden zich maakten over de afbouw van onderwijsprogramma’s. Zoals ook in het Wetgevingsoverleg duidelijk gemaakt, beloofde hij dat geen enkel kind abrupt met school zou hoeven stoppen. Hoe de afstemming met donoren er concreet uit zouden komen te zien, maakte hij duidelijk met een voorbeeld uit Mozambique. Door het vertrek van de donoren Nederland en Denemarken zal Mozambique voor haar onderwijsbegroting een tekort krijgen van 360 miljoen dollar. De Mozambiquaanse overheid kan dit zelf niet opvangen. Het Education for All Initiative heeft 90 miljoen dollar toegezegd aan Mozambique en de Wereldbank heeft in totaal 200 miljoen dollar beschikbaar gesteld. Daarmee zal het land inderdaad een stukje teruggaan, zo vertelde Knapen: ze moeten de gewenste uitbreidingen in investeringen in klaslokalen en ICT middelen vooruitschuiven. Knapen bekent dat de transitie niet pijnloos zal gaan, maar wel zorgvuldig.

Dikkers en Ferrier hadden echter graag een concreter antwoord willen zien. Maar daarvoor is het nog te vroeg. Zij moeten volstaan met het antwoord van Knapen dat Nederland met de landen die actief zijn als donoren samen met de overheid van het ontvangende land om de tafel zullen gaan zitten om te kijken hoe het verder moet gaan met de programma’s.

Voor Voordewind was de opmerking dat een land als Mozambique geen geld meer zal hebben om investeringen in klaslokalen te doen een reden om zich bezorgd te blijven maken over de bezuinigingen op onderwijs. ‘De kinderen blijven misschien wel zitten, maar inderdaad zonder op een bankje of stoel te kunnen zitten en zonder toiletfaciliteiten.’

ODA-criteria

Voordewind, toch wel de grootste criticaster van het nieuwe ontwikkelingsbeleid mogen we concluderen, gezien zijn vele interrupties en grote inbreng op thema’s als onderwijs, MFSII en sectorale begrotingssteun, had behalve deze punten nog één belangrijk struikelblok: de oprekking van de ODA-criteria. De regering wil tijdens de High Level Meeting bespreken of (delen van) vredesmissies toch niet onder de ODA-criteria zouden kunnen vallen. Op de vraag van Voordewind, al gesteld tijdens het Wetgevingsoverleg van 6 december, wat de inzet van de regering precies zal zijn tijdens die High Level Meeting, kreeg hij tot zijn grote spijt nog steeds geen duidelijkheid. Het CDA vond dat hij zich geen zorgen hoefde te maken omdat het slechts ging om ‘delen van’ vredesmissies. Voordewind interpreteerde dit als ‘hele delen van vredesmissies’: om hiermee maar aan te geven dat hij het vooralsnog een zorgelijke ontwikkeling vond.

Ondanks de toezeggingen dus op het gebied van MFSII en aidsbestrijding, verlieten de bewindsvoerders en de Kamerleden het debat bepaald niet in innige omhelzing. Het is duidelijk dat de staatssecretaris een stevige oppositie van ChristenUnie, SGP, GroenLinks en Partij van de Arbeid voor zich heeft. Op steun van het CDA kan hij vooralsnog rekenen, gezien de opstelling van Ferrier in het debat.

De redactie van Vice Versa houdt u op de hoogte van de verdere ontwikkelingen van het debat, zoals de stemmingen die vanmiddag plaatsvinden