
Nederlands EU-voorzitterschap: kansen op Kattenburg
In 2016 hoopt Nederland een halfjaar voorzitter te zijn van de Europese Unie. Alette Paul, deelneemster aan de masterclass MP Watch van Woord en Daad, kijkt in deze blog vooruit en spreekt verwachtingen uit over dit voorzitterschap.
Inmiddels zijn we gewend aan nieuwe gezichten op EU-niveau. ‘Onze’ oud-minister Timmermans, Jean-Claude Juncker en Féderica Mogherini zijn al ingeburgerd op hun leidinggevende positie binnen de Europese Unie. Wat veel mensen niet weten is dat ook Mark Rutte in 2016 een leidende rol heeft binnen de Europese Unie. Nederland is dan namelijk een half jaar lang voorzitter van de Europese Unie.
Voorzitterschap
Nederland neemt op 1 januari 2016 het voorzitterschap van de Europese Unie over van Malta. Elk half jaar wordt de Europese Unie voorgezeten door een lidstaat. Samen met Malta (voorgaande voorzitter) en Slowakije (opvolger) vormt Nederland de zogenoemde trojka. Met deze groep worden de prioriteiten voor anderhalf jaar afgestemd om de continuïteit van het EU beleid te bewaren.
Wat zijn de taken van een voorzitter? Als voorzitter van de Europese Unie heb je de leiding over de vergaderingen van de Raad van de Europese Unie, met uitzondering van de Raad Buitenlandse Zaken. Naast het afstemmen met de andere twee lidstaten van de gevormde trojka, heeft de voorzittende lidstaat een zekere vrijheid om zelf prioriteiten te stellen.
De voorzitter heeft een sturende rol in het wetgevende en politieke besluitvormingsproces. Het is zijn taak om compromissen te bevorderen en de verschillende lidstaten op een lijn te krijgen om zo coherent mogelijk te zijn. Een hele uitdaging dus, met 28 lidstaten.
Er zijn niet alleen formele vergaderingen. Als voorzitter kun je ook informele vergaderingen organiseren in eigen land waarbij je zelf de thema’s kan vaststellen. Nederland is dit blijkbaar van plan, want ze heeft hiervoor al een vergaderlocatie gekozen: het voormalig marineterrein Kattenburg in Amsterdam.
Strategische Agenda
Voor het voorzitterschap van de Europese Unie in 2016 heeft Nederland thema’s opgesteld binnen een zogenoemde ‘Strategische Agenda’. Deze zijn in een brief naar de Tweede Kamer gestuurd. Volgende week woensdag 11 en donderdag 12 maart vindt er twee keer een Algemeen Overleg plaats in de Tweede Kamer waarin over de inhoud van de brief gedebatteerd zal worden.
Wat zijn de uitdagingen voor Nederland? En welke rol kan de aandacht voor hulp en handel spelen in dit voorzitterschap?
Hoewel Nederland de Raad van Buitenlandse Zaken niet voorzit, kan ze de thema’s die er besproken gaan worden wel beïnvloeden. Zowel handel als ontwikkelingssamenwerking staan op de agenda en passen onder het punt ‘de Unie als sterke mondiale speler’ uit de Strategische Agenda. Maar hoe goed past ‘de Unie als mondiale speler’ bij een goed ontwikkelingsbeleid?
Combinatie Hulp en Handel
Op het gebied van handel heeft Nederland naast de grote onderwerpen zoals de TTIP ook aandacht voor eerlijke wereldhandel. Aandacht voor mens en milieu, door middel van het bevorderen van duurzame handel via handelsakkoorden en de promotie van internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO).
Een ambitieus plan, maar het moet nog wel handen en voeten krijgen. Ergens aandacht aan geven kan iedereen. Ik mis in de Strategische Agenda juist de strategieën van Nederland om van eerlijke wereldhandel en MVO een succes te maken. De Kamerleden kunnen de Nederlandse regering volgende week in het debat stimuleren om het politiek concreet te maken.
Over handelsakkoorden gesproken: het is nog onduidelijk wat Nederland concreet in EU verband wil doen om de ACP–landen te helpen om goed voorbereid te zijn voor de invoering van de Economic Partnership Agreements, zouden deze geratificeerd worden. Te denken valt aan Aid for Trade-maatregelen, zoals het verbeteren van infrastructuur, goede marktinformatie, het opzetten van systemen voor productstandaarden, het verbeteren van waardeketens en de reductie van Non Trade Barriers. Dit zodat niet alleen de EU een sterke mondiale speler wordt, maar dat ook ACP landen een eerlijke kans krijgen voor duurzame handel met Europa.
Op OS-gebied wil Nederland de ‘hulp en handel agenda’ van Minister Ploumen op Europees niveau te promoten. Dit is een consequente uitvoering van Ploumens agenda op verschillende niveaus. Naast deze agenda wil Nederland ook aandacht voor internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen en de verduurzaming van mondiale waardeketens.
Een ideale gelegenheid om in het verbeteren van de mondiale waardeketens in het bijzonder de agrosector aan te pakken. De toegang van kleine boeren tot de waardeketens is tenslotte in veel landen nog erg slecht en ook veel bedrijven krijgen te maken met gaten in waardeketens. Dit door slechte markttoegang, handelsbarrières of gebrek aan kennis. Hier kan Nederland Europa opmerkzaam op maken en niet alleen werken aan de EU als mondiale speler, maar ook aan de EU als mondiale aandrijver voor ontwikkeling.
Lessen uit 2004
De toko draaiend houden, dat is een belangrijke taak van het voorzitterschap. Uit de IOB evaluatie van het voorzitterschap van 2004 blijkt dat het grootste deel ervan bestaat uit ‘het waarborgen van continuïteit van de besluitvormingsprocessen’. Juist op dat punt kan Nederland het in 2016 beter doen dan in 2004.
In 2004 was het grootste punt waar Nederland tegenaan liep de coördinatie van de beleidsdossiers tussen de verschillende ministeries. Deze was volgens de IOB-evaluatie niet effectief genoeg, doordat de ministeries verschillende belangen hadden bij de dossiers.
Het is de taak van de voorzitter om alle lidstaten op één lijn te krijgen. Hoe gaat Nederland de lidstaten op een lijn krijgen als het al moeite heeft intern om de dossiers te coördineren?
We willen allemaal dat Nederland maximaal de kansen benut van het voorzitterschap, aangezien deze eens in de 14 jaar plaatsvindt. Om dat voor elkaar te krijgen, is het nodig dat de afstemming tussen de ministeries goed op orde is. Interne coherentie is een belangrijke voorwaarde om extern, in de EU, een krachtig voorzitterschap te kunnen realiseren, zodat ook op EU-niveau coherentie doordringt.
Hopelijk geven de Kamerleden in de debatten van 11 en 12 maart de regering een stevige impuls om de Strategische Agenda krachtig uit te voeren. Wat mij betreft is het Nederlandse voorzitterschap écht geslaagd als het bijdraagt aan een coherent EU beleid ten opzichte van ontwikkelingslanden.