Begrotingsbehandeling 2015: kleine deukjes in de romp

Twee jaar geleden koos het schip het ruime sop. Minister Ploumen, kapitein, stuurman en boegbeeld tegelijk, had een heldere visie op waar het heen zou gaan. Hulp en handel, dát is wat de wereld verdient. Vier speerpunten in de bestrijding van armoede. Focus op ontwikkeling van private sector in ontwikkelingslanden. Waar mogelijk kansen creëren voor het Nederlandse bedrijfsleven. Multilaterale organisaties in staat stellen hun belangrijke werk te doen. En tot slot noodhulp. Meer dan ooit, want ook meer dan ooit nodig. Wat vinden de volksvertegenwoordigers hiervan? Eddie Krooneman, politiek adviseur bij Woord en Daad, blikt terug op de begrotingsbehandeling van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking.

De volksvertegenwoordigers werd uitgebreid de kans gegeven om hun visie te geven op het beleid van minister Ploumen, en haar koers waar nodig en mogelijk te beïnvloeden. Onvermijdelijk ging het debat over de bezuinigingen op ontwikkelingssamenwerking. Een deel van de Kamer kan daarmee leven, zo bleek. Het zijn zware tijden, ontwikkelingssamenwerking kan prima met wat minder toe. Ploumen heeft bovendien toch de ambitie uitgesproken dat ze met minder geld meer gaat bereiken? Voor Van Laar (PvdA) en Leegte/De Caluwé (VVD) in het geheel niet problematisch. Van Ojik (GroenLinks) had zich voorgenomen zijn kostbare tijd niet op te offeren aan het bezuinigingsvraagstuk maar kon het toch niet laten, en uiteindelijk stond driekwart van zijn bijdrage in het teken van ODA percentages, de hoogte van het BNP (werkelijk en op papier) en ingewikkelde bedragen en berekeningen.

Duidelijk werd dat er nogal wat verwarring bestaat onder Kamerleden over de financiële kant van de zaak. Netto resultaat van dit onderdeel van de begrotingsbehandeling: de minister kan haar koers vervolgen. Ook al heeft de minister geen enkel inhoudelijk argument gegeven waarom voor allerlei andere uitgaven het nieuwe BNP als uitgangspunt genomen wordt, terwijl voor berekening van de uitgaven aan OS de oude BNP berekening wordt gehanteerd.

Noodhulp met curatief en preventief karakter

Collectief was er waardering voor de verhoging van het budget voor noodhulp. Deze moet zowel een curatief als preventief karakter hebben, zo betoogde Smaling (SP). Van der Staaij (SGP) repte van een spanningsveld tussen preventieve hulp, bijdragen aan de ontwikkeling, en noodhulp achteraf. Het een kan niet los gezien worden van het ander. Een helder signaal richting de minister. Helaas bleef haar visie op deze materie wat onduidelijk.

VN de grote verliezer

De grote verliezer van het debat is niet Ploumen, noch enig Kamerlid. Dat zijn de Verenigde Naties. In een soepel samenspel tussen Sjoerdsma (D66), Van Laar en Van der Staaij werd de Volkerenbond dol getikt. €50 miljoen extra, en dat vijf jaar op rij, werd er gevraagd voor GAVI, de Vaccine Alliance. Met voor zichzelf sprekende cijfers werd kort en bondig toegelicht waarom hier toch echt 250 miljoen euro per jaar naartoe moet, in plaats van de huidige €200 miljoen. Door niemand werd de vraag gesteld of GAVI dit extra geld wel nodig heeft. “Wat de Partij van de Arbeid betreft, zetten wij er een stap bij en verhogen wij onze bijdrage,” aldus Van Laar. GAVI voorkomt, wat altijd beter is dan genezen. Elke euro die wij investeren in vaccinaties, levert ons in een latere fase €8 op aan kostenbesparingen en welvaartswinst. Dat soortgelijke argumenten op veel typen programma’s geplakt kunnen worden, inclusief iets als basisonderwijs (wat al een tijdje geen prioriteit meer is in het Nederlandse ontwikkelingsbeleid), leek niet te deren. Uitkomst van het debat is een niet gering bedrag van 250 miljoen euro voor GAVI, gedekt uit de vrijwillige bijdragen voor de multilaterale organisaties. Daarmee is GAVI de grote winnaar van de begrotingsbehandeling- budgettair gezien. Maar toch bekruipt me het gevoel dat er nog een winnaar aan te wijzen is.

GAVI en Gates

De nonchalance waarmee Ploumen op de motie-GAVI reageerde, was namelijk treffend. Zelden eerder vertoond: zo’n grote verschuiving in het budget waarbij een minister laconiek ‘het oordeel aan de Kamer’ laat. Alsof ze al helemaal op de hoogte was van wat er zou gebeuren. Alsof ze zelf de coach was, verantwoordelijk voor het soepele spel der Kamerleden… GAVI is nauw gelieerd aan de Bill en Melinda Gates Foundation. Filantroop (of krent?) Bill Gates was anderhalve week terug in Nederland. Liep lunchzalen en torentjes binnen om zijn visie te geven op mondiale solidariteit. Eén en één is twee, en voorzichtig geconcludeerd: Bill moet wel een zeer innemende persoon en een uitstekend lobbyist zijn. Wat mij betreft is hij winnaar nummer twee.

Sturen op kanalen

Vanuit de Kamer klonk een krachtige roep om de bezuinigingen op het maatschappelijke kanaal te verminderen, wederom ten koste van de multilaterale instellingen. Agnes Mulder (CDA) gaf aan dat je best vraagtekens kunt zetten bij de wijze waarop het geld wordt besteed door de VN. Bij kleinere organisaties hier in Nederland lukt dat beter. Daar ziet het CDA ruimte. Van Ojik ging hier tegenin. Volgens hem lag aan het betoog van mevrouw Mulder de veronderstelling ten grondslag dat het particuliere kanaal effectiever is dan die VN-instellingen. Hij vroeg zich af waar die veronderstelling op gebaseerd is. “Ik wil het idee dat hier vanavond een beetje rondzoemt als zouden we allemaal geld geven aan VN-instellingen die er niks nuttigs mee doen, ook weleens onderbouwd zien.” Die onderbouwing is hem ruimhartig toegezegd. Overigens heeft kapitein Ploumen in het verleden meermaals aangegeven niet te sturen op kanalen.

Hete hangijzers

De hete hangijzers in het debat bleken uiteindelijk toch de kernaannames achter het beleid van Ploumen te zijn: de combinatie van hulp en handel. Thieme (PvdD) betoogde dat het kabinet de eigen economische kortetermijnbelangen en de Nederlandse exportpositie centraal stelt, ten koste van de overstijgende mondiale belangen. Nederland schuift de rekening door naar toekomstige generaties en schuift de rekening door naar het Zuiden, en dat allemaal vanuit ons eigen kortetermijnbelang. “We hebben de keuze: zetten we in op business as usual in een groene verpakking, in essentie niet anders dan de ‘hulp is handel’-benadering, of zetten we in op de aarde als gedeelde verantwoordelijkheid van mensen, zowel daar als hier?” Een vraag die de kern van het beleid van Ploumen in twijfel trekt. Sjoerdsma refereerde in dit verband aan het bezoek van Bill Gates, die aangaf dat het uit den boze is om in sommige landen zo de nadruk op handel te leggen. Fragiele staten zijn over het algemeen toch de landen die zitten te wachten op ontwikkelingssamenwerking.

Thieme gaf aan dat het klimaatbeleid volstrekt onvoldoende is. Andere Kamerleden lieten weten dat Ploumen zich nog meer zou moeten inzetten voor een textielconvenant. Voor de PvdA gaat het steenkolenconvenant nog niet ver genoeg. En Nederland moet nu eens echt werk maken van een eerlijk belastingstelsel, aldus Van Ojik. Uiteindelijk thema’s die raken aan een belangrijke vraag: is Nederland bereid een coherent beleid te voeren, ook als dat strikt genomen tegen onze eigen (economische) belangen ingaat?

Bezweringsformule

Helaas bleef de reactie van Ploumen op de meeste van dit soort essentiële vragen wat vaag en algemeen. En op die lijn wordt ze gesteund door VVD, PvdA en enkele oppositiefracties. Dus kan ze door. “De term ‘hulp en handel’ klinkt misschien soepeltjes en gemakkelijk, maar er zitten heel veel lagen onder,” zo horen we de minister zeggen. “De debatten daarover hebben te maken met de vraag welke manier het beste is voor landen om zich te positioneren in een geglobaliseerde wereld. Op welke manier kunnen ze zich voegen in de mondiale waardeketens, zodat ze niet alleen hun grondstoffen verkopen maar ook waarden toevoegen? Op welke manier geven we landen een podium en een plek aan de onderhandelingstafels? Ik denk aan opkomende economieën in Afrika en het IMF. Al die facetten spelen daarin een rol.” Haar reactie laat zich nog het beste omschrijven als een bezweringsformule.

Glas halfvol

Ploumen benadrukt de kracht van de combinatie hulp en handel. Dat het een uitdaging is om de programma’s zodanig in te richten dat ze uiteindelijk een positief effect hebben op mensen in armoede, geeft Ploumen grif toe. Maar bij Ploumen is het glas halfvol, we gaan het fiksen.

Op een aantal belangrijke punten zijn vraagtekens geplaatst bij de keuzes die de minister maakt. Toch lijkt de conclusie gerechtvaardigd dat Ploumen, met links en rechts kleine deukjes in de romp, haar koers zoals in de inleiding in grote lijnen geschetst, kan vervolgen.

Auteur
Eddie Krooneman

Datum:
24 november 2014
Categorieën: