
Human Development Report: laat het Zuiden profiteren van het Zuiden
Sociale ontwikkelingen moeten de economische groei in het Zuiden meer tegemoet komen, de grote spelers moeten minder ontwikkelde landen helpen leren én profiteren van hun successen en nieuwe instituties en partnerschappen moeten regionale integratie en Zuid-Zuid-relaties versterken, waardoor kennis, ervaringen en technologie makkelijker kunnen worden gedeeld. Deze en andere aanbevelingen zijn terug te vinden het jongste Human Development Report, The Rise of the South: Human Progress in a Diverse World, van het Ontwikkelingsprogramma van de Verenigde Naties (UNDP), dat dinsdag bij het ministerie van Buitenlandse Zaken haar Nederlandse presentatie kende.
Nota bene in een zaal die nog het meeste wegheeft van een klassieke War Room – een grote, sober ingerichte ruimte waarin een enorme ronde tafel de blikvanger vormt – en doet denken aan oude verhoudingen binnen de internationale politiek, vindt de Nederlandse presentatie van het met vooruitstrevende boodschappen gelardeerde Human Development Report plaats. Wellicht is dit voor minister Ploumen van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking de aanleiding om na in ontvangst name van het rapport de aanwezigen te trakteren op een anekdote van de Braziliaanse ex-president Lula da Silva over het onterechte stigma waarmee veel grote spelers in het Zuiden nog vaak te kampen hebben.
‘Tijdens een bezoek aan Brazilië vertelde Lula mij dat het land altijd het etiket van “opkomende economie”opgeplakt krijgt’, vertelt de bewindsvrouw. ‘Hij vertelde mij toen dit niet te begrijpen omdat de Braziliaanse economie al jaren geleden is begonnen met opkomen en dat nu het stadium is bereikt waarin het economisch een speler van belang is. Bij het lezen van het meest recente Human Development Report kom ik gelukkig tot de conclusie dat dit niet alleen meer de heersende opvatting in Brazilië is. Dat is een duidelijk teken van de veranderingen die de wereld ondergaat.’
Veranderingen die bovendien niet allemaal volgens hetzelfde traject ontstaan. ‘Ieder land heeft weer op een andere manier behoefte aan hulp, handel en investeringen’, zegt Ploumen, die nogmaals benadrukt dat economische groei alleen niet voor verbeteringen van sociale verhoudingen in een land zorgt. Sigrid Kaag, assistent administrator bij het UNDP, die na Ploumen’s speech een toelichting op het rapport geeft, kaart dezelfde kwestie aan. ‘In het Zuiden zijn veel landen die zich allemaal op hun eigen manier hebben opgewerkt. Er bestaat geen blauwdruk voor groei. Het ene land heeft weer heel erg ingezet op haar kenniseconomie, de ander weer op luchtvaart en weer een ander op export van goederen. Er zijn meerdere wegen die naar succes leiden’, vertelt zij.
Human Development Index
Deze razendsnelle economische ontwikkeling van een groot aantal zuidelijke landen heeft de afgelopen jaren voor een geopolitieke aardverschuiving gezorgd. Bovendien toont de in het rapport verwerkte Human Development Index (HDI) aan dat de meeste landen cijfers kunnen overleggen die een aanzienlijke stijging van het bruto nationaal product en de kwaliteit en aanbod van het onderwijs en gezondheidszorg aantonen. ‘Wat we zien is dat er in navolging van de zo gelauwerde BRICS-landen heel veel andere naties in opkomst zijn’, zegt Kaag. ‘En dan heb ik het niet alleen over landen als Turkije, maar ook naties als Rwanda, Mauritius en Tunesië staan tussen de best presterende landen uit het Zuiden.’
In vergelijking met het begin van deze eeuw is er zelfs geen enkel land dat mindere resultaten binnen de index overlegt. Niettemin moet nog een hoop werk worden verzet, zeker met het oog op de groeiende middenklasse waarmee de Zuidelijke landen de komende decennia geconfronteerd zullen worden.
Aanbevelingen
De UNDP doet hiervoor in het rapport een aantal aanbevelingen voor zowel het Zuiden als het Noorden. Om duurzame en inclusieve ontwikkeling te waarborgen worden hiervoor een aantal speerpunten aangedragen. Zoals het bevorderen van meer gendergelijkheid, het aanzetten tot meer burgerparticipatie, het verder aankaarten van milieuproblematiek en het zo soepel mogelijk managen van demografische veranderingen. Ook moet er meer aandacht uitgaan naar voeding, (beroeps)onderwijs en gezondheidszorg.
Nu meer zuidelijke landen op het gebied van handel, migratie, informatie- en communicatietechnologie met elkaar in verbinding staan, is het geen wonder dat politieke besluitvorming in het ene land, diverse gevolgen in verscheidene andere landen kan hebben. Het UNDP roept dan ook op om nieuwe instituties in het leven roepen die gericht zijn op de ‘nieuwe’, steeds vaker voorkomende Zuid-Zuid-verhoudingen in plaats van de klassieke Noord-Zuid-verhoudingen. Daarnaast moeten achterhaalde beleidsstructuren van de klassieke global governance-instituties worden herzien en afgestemd worden op de nieuwe economische en geopolitieke verhoudingen.
Kaag: ‘Het Zuidelijke marktverbond neemt de laatste jaren steeds meer toe. Hier hebben we het niet alleen over de handel in goederen, maar ook op het gebied van publieke goederen. Ghana richt zich echt niet meer alleen maar op de cacaohandel. Zorg dus dat je elkaar helpt en dat de achterblijvende landen van je kunnen leren. ’ Ook schreeuwt de opkomende middenklasse volgens haar om een nieuwe aanpak: ‘Bestaande instituties moeten zich aanpassen aan de nieuwe verhoudingen, maar in dit nieuwe tijdperk is er ook behoefte aan passende, regionale instituties en financiële mechanismen. Daarnaast kunnen burgers zelf ook aan goede beleidsuitvoering bijdragen door het opzetten van burgernetwerken en het gebruik maken van sociale media. Zo kunnen zij helpen bij het promoten van nieuwe beleidsnormen die zowel de staat als private actoren moeten aanzetten tot het verantwoorden van hun beleid.’
Zelf het Human Development Report 2013 lezen? Download het hier!