‘Term “moeder” bagatelliseert kracht vrouwen’

 

 

 

 

 

 

 

 

Het zijn niet alleen vredesonderhandelingen die bijdragen aan vrede. Dat zegt Ruth Ojiambo Ochieng, directeur van Isis-Women’s International Cross Cultural Exchange (Isis-WICCE). Zij was vorige week met haar ervaring en ideeën een belangrijke gast van de International Expert Conference: Women – Powerful Agenda for Peace and Security, georganiseerd werd door het Ministerie van Buitenlandse Zaken.

Tussen het drukke programma van de conferentie in, vindt Ruth Ojiambo het geen probleem om haar lunch over te slaan voor een interview. Liever vertelt ze haar verhaal onafgebroken en laat ze zich slechts af en toe onderbreken door een vraag. Haar boodschap: een andere manier van denken over vredesopbouw en conflictresolutie is nodig om vrede te realiseren, en daarbij moeten vrouwen een cruciale rol spelen.

‘Vrouwen spelen een enorm belangrijke rol in vredesonderhandelingen’, meent Ojiambo. ‘Als je kijkt naar de wereldwijde statistieken, zijn vrouwen vaak het slachtoffer van conflicten. Het zijn tegelijkertijd de vrouwen die de scherven bij elkaar vegen en de zaak weer op de rails zetten. Vrouwen transformeren in feite de gemeenschap.

‘Maar als we over vredesonderhandelingen praten, moeten we eerst begrijpen wat vrede is. Ik geloof heel erg dat we moeten doorgaan met het definiëren van vrede. De onderhandelingen zoals ze nu zijn, gefocust op macht en controle, zullen nooit leiden tot duurzame vrede.’

Waarom is het zo moeilijk om vrouwen plaats te laten nemen aan de onderhandelingstafel?

‘Ik denk dat er geen man in de wereld is die zich niet bewust is van de kracht van vrouwen. De reden ons niet uitnodigen voor een plek aan de onderhandelingstafel is omdat vrouwen niet op de gewoonlijke manier denken. Onze perceptie van vredesopbouw en veiligheid is niet hetzelfde als die van mannen.

‘’Jullie zijn onze moeders”, zeggen de mannen. Ze gebruiken de term moeders om de macht die vrouwen hebben te bagatelliseren. Nu vertellen we hen dat ze moeten stoppen met ons ‘moeder’ te noemen. Niet elke vrouw is tenslotte een moeder. In plaats daarvan zouden ze moeten vragen naar de kracht die vrouwen hebben. Ik herinner me geen situatie in Afrika waar vrouwen geen belangrijke rol speelden in vredesprocessen, of we het nu hebben over Liberia, Sierra Leone of mijn eigen land, Oeganda. De wereld zal nooit vredig zijn als men zich niet realiseert dat het nu de tijd is om te beseffen dat de krachten van vrouwen essentieel zijn.’

Waarin onderscheidt de perceptie van de vrouw zich dan?

‘Als de mainstream praat over vrede en veiligheid, praten ze over militairen, defensie en het verdelen van macht. Wanneer een vrouw praat over vrede en veiligheid, praat ze over de toegang tot gezondheidszorg, het streven naar vrijheid van meningsuiting, voedselzekerheid, et cetera. Eerst zijn de basisdingen nodig, terwijl mannen eerder geneigd zijn de bestuurlijke systemen onder de loep te nemen.

‘Je moet dus beginnen met de menselijkheid als prioriteit. Het gevaar is dat als je praat over machtsverhoudingen en overheidssystemen, je alleen vrede probeert te bereiken met de elite. Maar als een land zo beschadigd is, kost het veel tijd en moeite om de basisbenodigdheden bij de mensen te brengen. De overheid is belangrijk en natuurlijk hebben we leiders nodig, maar dat zou niet de enige prioriteit moeten zijn.’

Wat zijn de strategieën van ISIS-WICCE om vrouwen te laten deelnemen aan de vredesonderhandelingengesprekken?

‘Onze strategieën zijn eenvoudig, de mens staat altijd voorop. Resolutie 1325 is een belangrijke stap om vrouwen centraal te stellen in vredesprocessen, maar wij zien het nog niet genoeg gebeuren. Misschien is het maar een droom… maar stel je voor, als we internationale vredesbewaarders zouden hebben, mannen en vrouwen, die de capaciteiten van de lokale vrouwen verbeteren. Dan worden ook deze vrouwen vredesbewaarders en kunnen ze zich verbinden met de regionale en internationale vredesbewaarders. Dat zou een enorme stap vooruit zijn.

‘Vrouwen zijn zo gepassioneerd. Ze zijn bereid om zich vrijwillig volop in te zetten voor vrede en zullen er niets voor terugvragen. Deze vrouwen zien graag dat de internationale gemeenschap hun modellen erkent, maar ook verbetert en kopieert om deze modellen elders te laten werken.’

Het zijn dus niet alleen vredesonderhandelingen die zorgen voor vrede.

‘Onderhandelingen zijn meestal geen rondetafelgesprekken. Het zijn gesprekken die kunnen plaatsvinden onder de bomen of van deur tot deur. Dat kost tijd, maar de vrouwen doen wat nodig is. Zo hebben lokale vrouwen de Kony rebellen van het Lord Resistance Army weggestuurd, rebellen die twintig jaar lang vochten in het noorden van Oeganda. Ze waren ervan overtuigd dat de overheid hun regio niet serieus nam, na een verleden waarin leiders voornamelijk afkomstig waren uit Noord-Oeganda. Waarom lukte dat deze vrouwen? Omdat de rebellen ook hun zonen en broers waren. Vrouwen proberen het gesprek met hen aan te gaan, door duidelijk te maken dat vechten het niet altijd waard is. Weliswaar op de achtergrond, zijn vrouwen tot veel in staat. Als de internationale gemeenschap deze vrouwen ondersteunt, zullen we veel bereiken.

‘Als we onze resources delen, op verschillende niveaus te werk gaan, mensen verbinden en goed communiceren. De internationale gemeenschap heeft heel veel geld uitgegeven, we appreciëren dat… maar waarom is er geen vrede in Afrika? Waarom is er geen vrede in het Midden-Oosten? Omdat ze de meest vitale stem missen. Omdat ze de benadering van collectiviteit missen. En omdat ze de niet-gewelddadige manier van conflictresolutie missen.

‘Als ik uitreken hoeveel geld Isis-WICCE heeft besteed de afgelopen twintig jaar en hoeveel wij bereikt hebben. Dat komt niet eens in de buurt van tien miljoen dollar. Isis-WICCE heeft bijvoorbeeld, met behulp van het Exchange Programme Institute, meer dan 1500 vrouwen laten deelnemen om leiderschapsvaardigheden aan te leren en ze bewust te maken van mensenrechten. Dit stelt ze in staat om als change agents verbetering te brengen aan hun gemeenschap. Er is niet veel geld nodig, maar het westen zou zich beter kunnen bezighouden met het  verbinden met de vrouwenbewegingen, zoals ICCO doet. Respecteer de gender experts, zij zullen alle kosten reduceren.’

Zijn we al op de goede weg of is er nog een lange weg te gaan?

‘We hebben resolutie 1325 al. Dit is pro mens en vooral: pro vrouw. Maar ik denk dat we nu op 20% zitten van wat mogelijk is. Er is wat vooruitgang. Overheden zoals die van Nederland, die samen met partners samenwerkt en naar ons luistert, dat is al een grote stap. Maar er is nog steeds oorlog en er is sprake van escalatie. Het heeft het leven gekost van de meest kwetsbare mensen, zelfs van kinderen. Kijk naar Boko Haram, kijk wat er gebeurt in Syrië, de wereld is in een crisis. De vrouwelijke activisten zeggen: neem een stap terug, reflecteer en verander de strategieën. We hebben innovatieve strategieën! Waarmee we nu moeten beginnen om ze te implementeren.’

Auteur
Iris Visser

Datum:
23 februari 2015