
Beleidsmakers en bendeleden bespreken jeugdcriminaliteit
Nederlandse beleidsmakers en ex- bendeleden uit El Salvador die in gesprek gaan over hun ervaringen met jeugdcriminaliteit. Dat gebeurde tijdens de conferentie Urban Youth Matters, die Cordaid op 26 en 27 januari organiseerde. Hoewel de situatie in El Salvador, met een verleden van burgeroorlog en voortdurende problemen met gewelddadige jeugdbendes in veel opzichten niet te vergelijken is met Nederland, werd duidelijk dat de problemen met jongeren universeel zijn. Experts uit Nederland en El Salvador wisselden ervaringen uit over de beste manier om probleemjongeren aan te pakken. Is dat met harde hand neerslaan of juist perspectief bieden?
Rene Grotenhuis, directeur van Cordaid en Karsten Klein, wethouder Jeugdzaken in Den Haag, openden de woensdagochtend in Den Haag met een duidelijke boodschap: jongerenoverlast moet in perspectief gezien worden en integraal worden aangepakt. Jongeren die problemen veroorzaken kunnen niet als enige schuldige worden aangewezen, vinden ook de andere sprekers. Ze zijn net zo goed slachtoffer van een sociale situatie waarin ze geen kansen krijgen. Pas als ook het sociale netwerk en de fysieke omgeving van de jongeren worden aangesproken, kan een echte oplossing gevonden worden.
Op zoek naar identiteit
Vooral het gezin blijkt cruciaal in het voorkomen van de ontsporing van jongeren. Aida Santos de Escobar, kinderrechter en voorzitter van de Nationale Raad voor Publieke Veiligheid in El Salvador, benadrukt de waarde van liefde en sociale controle, die alleen het gezin kan bieden. ‘Instanties kunnen verwaarloosde kinderen faciliteiten en materiële ondersteuning bieden, maar deze kinderen missen het gevoel van warmte en ergens bijhoren. In dat gebrek aan sociale controle ligt het succes van jeugdbendes.’ Ook in Nederland kijken de deskundigen als eerste naar de gezinssituatie van probleemjongeren. Vaak wordt al tijdens de zwangerschap gesignaleerd dat de gezinssituatie schadelijk kan zijn voor een kind.
Carlos Alberto Benitez Menjivar, ex- bendelid uit El Salvador, benadrukt het belang van ergens bijhoren. Hij werkt nu bij Homies Unidos, een centrum in San Salvador dat jongeren arbeidsperspectieven en een sociaal netwerk biedt. ‘Jongeren zijn op zoek naar identiteit en broederschap en vinden dat bij de bendes’, legt hij uit. ‘Buiten die bendes is er niemand die deze jongeren structuur brengt en daarom is het niet aantrekkelijk om uit te bende te stappen.’ Bij Homies Unidos wordt de bendejongeren een alternatief geboden. ‘In deze methode van werken ligt een uitdaging voor de regering van El Salvador’, vindt Aida Escobar. ‘Kinderen die opgroeien in gevaarlijke wijken lopen allemaal het risico om crimineel te worden. We moeten hen uit de cirkel van geweld halen door ze een alternatief leven te bieden.’ Jongeren zouden bijvoorbeeld de kans moeten krijgen om verder te leren of een eigen bedrijfje op te richten.
‘Geef jongeren de kans om zichzelf te bewijzen en spreek ze aan op hun verantwoordelijkheid’, zegt Elly van Koten, directeur wijken bij het ministerie van BKZ. Ze geeft voorbeelden van experimenten waarbij kinderen hardnekkige problemen zelf oplossen. Op de vreedzame school in Utrecht worden kinderen bijvoorbeeld opgeleid tot mediator, zodat ze kunnen bemiddelen in conflicten in de klas en de wijk. In achterstandswijken krijgen jonge wijkportiers de taak om hun straat netjes te houden. Padre Antonio, een Spaanse priester die in de achterbuurten van San Salvador met jeugdbendes werkt, benadrukt dat het belangrijk is vertrouwen te hebben in de motivatie van jongeren om te veranderen. ‘Je blijft je leven lang lid van een bende’, legt hij uit, ‘maar je kan daarbinnen wel de kans grijpen om je leven anders in te richten.’
Harde hand
Jongeren in Nederland en El Salvador hebben dezelfde behoeften en moeilijkheden, maar de jeugd uit El Salvador krijgt minder kansen. ‘Het grote verschil is de politiek’, stelt Escobar. ‘ De regering in El Salvador straft jeugdcriminaliteit keihard af. Maar binnen de linkse regering die nu aan de macht is proberen we een evenwicht te vinden tussen repressie en preventie.’ Volgens Escobar heeft de preventieve methode veel meer potentie dan het onderdrukken met harde hand. Reinier ter Kuile, directeur justitieel jeugdbeleid in Nederland, wil jongeren wel een tweede kans geven, maar vindt ook dat veelplegers hard gestraft moeten worden. Het nieuwe kabinet wil criminaliteit minder aantrekkelijk maken door te laten zien dat een overtreding zware consequenties heeft. De jeugd moet worden opgevoed, zodat de kans op herhaling kleiner wordt. Hoewel de regeringen van beide landen de voorkeur geven aan harde repressie, zijn de aanwezigen het erover eens dat de kern van de oplossing ligt in het bieden van perspectief voor kansarme jongeren.
Ondanks de vele overeenkomsten blijft het wat ongemakkelijk om de Nederlandse werkelijkheid naast die van El Salvador te leggen. De verhandelingen over beleidsverandering steken af bij de indrukwekkende verhalen over het moord en geweld in El Salvador. Toch geeft deze uitwisseling vanuit twee totaal verschillende perspectieven nieuwe inzichten. Zowel de deskundigen uit Nederland als El Salvador noemen deze vorm van internationale samenwerking vruchtbaar en leerzaam.