
PKN zet samenwerking met ICCO niet stop
De Protestantse Kerk Nederland(PKN) zal de samenwerking met de interkerkelijke ontwikkelingsorganisatie ICCO niet stopzetten. Hiermee slaat de PKN het advies van diens twee oud-zendelingen Jaap Breetvelt en Philip Quarles van Ufford in de wind.
Afgelopen vrijdag werd in de Thomaskerk in Amsterdam het boek ‘Als uw leerlingen onder de volken’ gepresenteerd aan de PKN voorman Arjan Plaisier. Al voor de verschijning kon het boek op veel aandacht in de media rekenen, zo ook op de website van Vice Versa. Een aantal van de achttien auteurs, waaronder ook enkele PKN-prominenten, nemen namelijk geen blad voor hun mond in hun kritiek over de samenwerking van de PKN met ICCO. In opdracht van PKN voert Kerk in Actie de buitenlandse hulp samen met ICCO uit. Door deze samenwerking is de PKN overgeleverd aan voorwaarden die de overheid stelt aan hulporganisaties en wordt zo een staatskerk, zo stellen de critici. Het zendingswerk zou hierdoor in het gedrang komen.
Plaisier stelt de auteurs in het ongelijk. Zo beweert hij in zijn toespraak dat ‘het zendingswerk buiten de samenwerking met ICCO staat.’ Het mag dan ook niet in een keurslijf worden gedrongen. Hij keurt het ideologisch beschrijven en het romantiseren van het zendingswerk af, want dan wordt het de kritiek van ‘angry old men.’
In een reactie naar Vice Versa benadrukt ook Jack van Ham, voorzitter van de Raad van Bestuur van ICCO, het verschil tussen beide organisaties. ICCO staat nadrukkelijk niet voor zendingswerk en Kerk in Actie voert het zendingswerk dus vanuit een eigen afdeling uit. Ook Van Ham beticht de auteurs te zijn blijven hangen in het verleden. ‘Dat deze critici zich niet herkennen in de huidige werkwijzen kan dan ook kloppen, want de wereld is in al die jaren grondig veranderd. Het is niet meer van deze tijd om vanuit Europa mensen naar ontwikkelingslanden te sturen om te vertellen wat er moet gebeuren.’
De kritieken dat de PKN door de samenwerking met ICCO overheidsafhankelijk zou worden vindt hij onjuist. ‘Niemand kan ons verwijten dat wij zorgvuldig omgaan met het geld dat wij van ministerie en Nederlandse burgers, onder wie veel kerkleden, ontvangen. ICCO en Kerk in Actie moeten en willen hun bestedingen helder en open verantwoorden. En dat vragen wij ook van organisaties in ontwikkelingslanden.’