
De invloed van de media op het migratiedebat
Beeldvorming beïnvloedt niet alleen onze mening over asielzoekers, maar, andersom, ook hoe zij naar ons kijken. Daarom is het hoog tijd, vindt Nico Kussendrager, om eens aandacht te besteden aan de rol van de media in het migratiedebat. ‘Journalisten zijn niet langer waarnemers op afstand, maar deelnemers aan het debat.’
Tanzania, Dar es Salaam, Safari Inn, een simpel hotel bij Mosque Road. Bij het ontbijt wordt een Engelse televisiedocumentaire vertoond over tuinen in Kent: een glooiend groen landschap, een stralende zon, schilderachtige dorpen. De ober stopt meteen met bedienen, laat bijna de heetwaterkan uit zijn handen vallen, staart naar het scherm en mompelt: ‘Is this Europe, is this really Europe? I want to go there.’
Toegegeven, het is eind jaren negentig, maar het zegt iets over beeldvorming. En over de rol die beeldvorming speelt bij het besluit te vertrekken naar een ander land. In Burkina Faso ging het verhaal dat er in Nederland melk uit de kraan zou komen. Onzin natuurlijk, maar het zegt iets over het beeld dat over Nederland en de westerse wereld bestaat.
Met de komst van social media is het belang van beeldvorming alleen maar groter geworden. Was het voorheen de televisie die het imago bepaalde, nu zijn het vooral de social media.
Niet alleen de tuinen in Kent, maar ook de ‘glossy’ Amerikaanse televisieseries die een buitengewoon eenzijdig, zo niet vertekend beeld geven van de Amerikaanse samenleving. Maar wel een beeld dat blijft hangen. As the world turns…
Geen migrant zal toegeven dat hij in het land van aankomst ‘mislukt’ is, dat de tocht barbaars was, het verblijf tegenvalt en de inkomsten minimaal zal zijn. Nee, doorgaans wordt via social media het beeld verspreid van de geslaagde migrant, die achterblijvers oproept toch vooral ook de reis te ondernemen. (Naast nog het andere belang van nieuwe media bij migratie: waar zijn de geschikte grensovergangen, waar de ‘goedkoopste’ mensensmokkelaars, waar ben ik precies, waar zijn mijn lotgenoten, wat is de weersverwachting. Een mobieltje is voor een asielzoeker geen luxe maar noodzaak.)
Andere beeldvorming
Wat kan er tegenover die eenzijdige beeldvorming worden gezet? Bijvoorbeeld televisieprogramma’s die een ander beeld geven van de westerse samenleving. Van problemen waarmee asielzoekers te maken krijgen, van de sobere huisvesting, van het gebrek aan toekomstperspectief. Er zijn ettelijke soaps over klassentegenstellingen, machtsverhoudingen, familieconflicten, gezonde leefpatronen, geslaagde ondernemers. Naar het effect daarvan is nog weinig onderzoek gedaan, maar dat er een effect is, is zeker.
Waarom geen televisiebeelden van de opvang in westerse landen? Toen in de jaren negentig asielzoekers in Nederland werden opgevangen in lekkende legertenten, gingen via CNN de beelden de wereld over en liep het aantal asielzoekers terug. Je kunt dat soort berichtgeving ook niet willen en het inzetten van de media als een paardenmiddel beschouwen. Met als gevolg dat het aantal asielzoekers zeker niet zal afnemen.
Voor asielzoekers die hun land ontvluchten wegens oorlogsdreiging en vervolging zal de invloed van de media minimaal of nihil zijn. Liever onder slechte omstandigheden in een veilig land, dan in een oorlog in eigen land. Maar juist voor migranten die om andere (bijvoorbeeld economische) redenen vertrekken, kan een andere beeldvorming net het verschil maken tussen blijven of weggaan. En ook al gaat het om relatief kleine aantallen, bij het huidige aantal asielzoekers kan een beperkt percentage al een behoorlijk verschil maken.
Waar het om gaat is dat de rol die media spelen bij migratie, tot nu toe behoorlijk onderbelicht blijft. Bij het doorbreken van eenzijdige beeldvorming in land van herkomst, maar zeker ook in het land van aankomst.
Uitkerings- en messentrekkers
Wie de media volgt, krijgt al snel de indruk dat we op dit moment te maken hebben met uitzonderlijk grote aantallen asielzoekers. In de jaren negentig waren het er bijna net zoveel. De suggestie wordt gewekt dat asielzoekers veel overlast zouden bezorgen. De feiten: criminaliteit rond asielzoekerscentra is nauwelijks groter dan elders en ‘beperkt’ zich tot relatief kleine zaken als winkeldiefstallen. Veelzeggend was dat een asielzoeker jarenlang werd verdacht van de moord op Marianne Vaatstra, terwijl de dader uiteindelijk een oorspronkelijke dorpsbewoner bleek te zijn.
Wat wellicht helpt om eenzijdige beeldvorming te doorbreken, is een programma als Rot op naar je land, uitgezonden door de EO. In ieder geval een deel van de deelnemers kwam na hun kennismaking tot de conclusie dat het niet alleen maar ging om uitkerings- en messentrekkers. Waarom geen Expeditie Robinson waar deelnemers niet proberen te overleven op een onbewoond eiland, maar juist in een bewoonde, cultureel andere omgeving? Waarom geen Puberruil over de grens? En zo zijn er ongetwijfeld meer formats te bedenken om vastgeroeste patronen te doorbreken.
Waarom niet asielzoekers in praatprogramma’s? Jeroen Pauw. Een groep BN’ers – dat dan weer wel – had een ontmoeting met asielzoekers. Geen mensen in ‘lompen’, maar perfect sprekende migranten, onder wie een architect. (Zo’n 30 procent van de asielzoekers heeft een hogere opleiding).
Wat niet helpt zijn BN’ers die ‘zeker weten’ dat er dit jaar ‘een miljoen vluchtelingen komen’ – ze hadden het van facebook.. – en dat het ‘verdomme niet gekker moet worden’ (Gerard Joling).
Een andere benadering leent zich niet alleen voor televisie. Neem de Duitse krant Bild. Niet het voorbeeld waar iedereen meteen aan denkt, maar wel een krant die een heel eigen benadering heeft van de vluchtelingencrisis. Met foto’s van vluchtelingen anno nu die over hekken klimmen en in bossen de grens oversteken naast beelden van vluchtende DDR-burgers eind jaren tachtig. Met een speciale editie waarin de eerste negentien artikelen van de Duitse grondwet in simpele bewoordingen worden uitgelegd én naar het Arabisch zijn vertaald. En met een uitgave waarin geen enkel beeld te vinden is, na de foto van het Koerdische jongetje dat aanspoelde om het strand van Bodrum. Bedoeling: duidelijk maken hoe iconische foto’s de loop van de geschiedenis mede kunnen bepalen (het ‘napalmmeisje’ in Vietnam, het ‘concentratiekamp’ in Bosnië) en impliciet een steunbetuiging aan het beleid van kanselier Merkel en kritiek op het beleid van een aantal andere Europese landen.
Schreeuwers en dwarsliggers
Niet alle lezers namen Bild dit soort initiatieven in dank af. Reactie van hoofdredacteur Kai Diekmann: ‘Een populaire krant moet op het niveau van de gewone man praten, maar dat wil niet zeggen dat je die gewone man naar de mond moet praten’.
Naar de mond praten, nee. Serieus nemen, ja. Het zou de moeite waard zijn te onderzoeken in hoeverre media de afgelopen maanden daarin zijn geslaagd. Bij protesten tegen de komst van asielzoekerscentra komen doorgaans de hardste schreeuwers en de grootste dwarsliggers in beeld en worden oprechte zorgen door de media vaak niet serieus genomen.
Dat er in het verleden meer waren, dat tot nu toe geen grote problemen rond azc’s zijn geweest, het zal inwoners van plaatsen waar ineens een paar honderd asielzoekers worden ondergebracht worst zijn. Wie enigszins de nuance zoekt, wordt meteen weggezet als ‘racist’ of erger. Een opmerking (Nieuwsuur) over het met ‘open armen’ of ‘met gestrekte arm’ ontvangen van asielzoekers, draagt ook al niet bij aan een inhoudelijke discussie. Noch enquêtes met de vraag: ‘bent u voor of tegen de komst van asielzoekers?’
Het is een taak voor de overheid, maar zeker ook een verantwoordelijkheid van de media, om de lokale bevolking op een adequate manier te informeren over de komst van asielzoekers en de mogelijke gevolgen.
Constructieve journalistiek
In feite hebben we het hier over framing en de persoonlijke rol van journalisten. Framing is een relatief nieuw maar daarmee niet minder werkbaar begrip in de mediawereld. Er wordt mee bedoeld hoe groepen worden geframed, binnen een kader worden gebracht. Wie het begrip probeert toe te passen op asielzoekers komt meteen een aantal bekende frames tegen: human interest frame (knuffels voor asielzoekers), gevolgenframe (wat betekent de komst van migranten), verrijkingsframe (voordelen van migratie), moraliteitsframe (wie is of voelt zich verantwoordelijk), conflictframe (welke spanningen kunnen we verwachten), horseraceframe (wie roept het hardst over maatregelen) enzovoort. Ook die framing heeft gevolgen voor de beeldvorming van asielzoekers.
En dan de persoonlijke rol van journalisten. In de klassieke journalistiek worden journalisten verondersteld hun persoonlijke mening voor zich te houden. Facts are sacred, comments are free is nog steeds het motto van New York Times. Maar steeds meer nemen journalisten een persoonlijk standpunt in en maken hun lezers deelgenoot van hun mening of zelfs van hun verontwaardiging. Journalisten van BNR en RTL deden het na de ‘minder-minder’ uitspraken van Geert Wilders, anderen na de terminologie en vuilspuiterij op sociale media over bijvoorbeeld de ‘dobbernegers’. Journalisten – zo is het idee – moeten niet langer de afstandelijke waarnemer op afstand zijn maar deelnemer aan het debat.
Ze zouden een opbouwende rol moeten spelen in dat debat. Constructieve journalistiek is een in Denemarken begonnen fenomeen. Journalisten die niet alleen aandacht besteden aan conflicten en schandalen maar ook aan positieve ontwikkelingen, niet alleen problemen signaleren maar ook met oplossingen komen. In de woorden van Cathrine Gyldensted, een van de grondleggers van de constructieve journalistiek, betekent dat een positieve manier van verslag doen, gericht op ‘wat goed gaat in de wereld’. Niet alleen nadruk op conflicten en problemen, maar op oplossingen en vooruitgang. Björn Soenens, de hoofdredacteur van het Vlaamse VRT Nieuws, wil mensen ‘verbinden’ in plaats van ‘conflicten oppoken’, schreef hij in een column op de website van tijdschrift Knack.
Lijstje
Tot slot: hadden de media de huidige vluchtelingencrisis kunnen voorzien? Ontwikkelingen in Noord- en West-Afrika en de Arabische wereld (de doorziekende oorlog in Syrië), de oplopende spanningen in Afghanistan? Wie durft een zinnig woord te zeggen over ontwikkelingen in Oost-Europa?
Staatssecretaris Fred Teeven waarschuwde al tijdig voor het toenemen van het aantal migranten en werd amper serieus genomen, zo niet weggehoond. Achteraf: hij had goeddeels gelijk, misschien niet wat betreft de herkomst maar wel wat betreft de aantallen.
Wat betreft de komst van migranten worden de gevolgen van de klimaatveranderingen door de media onderbelicht. De crisis in Syrië is voor een deel te wijten aan droogte en verarming van het platteland. En veel meer plekken krijgen te maken met droogte of met overstromingen, met uitzonderlijke weersomstandigheden als gevolg van een veranderend klimaat.
Bestaat er een early warning system voor migratie? In ieder geval zouden waarschuwingen door de media veel serieuzer moeten worden genomen. Een kwart eeuw geleden kwam Max Snijders bij zijn aantreden als hoogleraar journalistiek in Groningen al met een praktisch lijstje ‘voorspellende journalistiek’. Journalisten zouden het weer eens uit de kast moeten pakken.