
Malaria de wereld uit
COLUMN – Malaria, zo onderstreept de WHO telkens weer, is te voorkomen en te genezen.
Malaria was jarenlang de ‘vergeten ziekte’ of misschien wel de ‘vergeten ramp’. Nu nog, in 2013, waren er 584.000 malariadoden, voor 90 procent in Sub-Sahara Afrika, van wie 80 procent bestaande uit kinderen onder de vijf jaar. Dat malaria vergeten werd – zeker in verhouding tot hiv/aids – kan nog het best worden geïllustreerd met het feit dat er 15 jaar geleden maar 100 miljoen dollar in de pot voor de bestrijding van malaria zat.
Ere wie ere toekomt: de Bill en Melinda Gates Foundation en de campagne Roll Back Malaria hebben dat landschap behoorlijk veranderd: in 2013 was er bijna 20 keer zoveel, namelijk 1,97 miljard dollar, beschikbaar voor de bestrijding van malaria. Nog mooier: de successen zijn groot. Er is een daling van 30 procent van het aantal van nieuwe gevallen van malariabesmetting en het aantal doden door malaria is zelfs met 47 procent afgenomen. In Sub-Sahara Afrika daalde het percentage geïnfecteerde kinderen van het totale aantal kinderen tussen twee en tien jaar van 26 procent in 2000 naar 14 procent in 2013, een daling van 46 procent met als gevolg een daling van de sterfte onder kinderen met 58 procent. Wie zegt dat hulp niet helpt? 82 procent van deze financiering komt van internationale donoren, tegenover 18 procent van de nationale regeringen in de betrokken landen.
Belangrijkste oorzaak voor deze spectaculaire resultaten is de verspreiding van met insecticiden geïmpregneerde klamboes. Ongeveer de helft van de bevolking in gebieden waar malaria heerst in Afrika, slaapt nu onder zo’n klamboe. Dat was in 2004 nog maar 3 procent. Tweederde van de huishoudens heeft nu tenminste één klamboe. Sprayen met insecticiden zou een tweede reden kunnen zijn voor de successen, maar nog geen 5 procent van de mensen in malariagebieden gebruikt deze.
Snelle detectie van malaria is een tweede belangrijk punt waarop gewonnen is, niet alleen omdat dan snel met medicijnen voor genezing kan worden gezorgd, maar ook omdat de verdere verspreiding naar anderen via nieuwe muggenbeten voorkomen kan worden.
Bijzonder is dat er uit deze middelen ook veel onderzoek wordt gefinancierd, naar onderwerpen als het gedrag van de muggen tot en met het ontwikkelen van vaccins. Dat onderzoek is vaak veel moeilijker dan op het eerste gezicht lijkt. Bijvoorbeeld wat werkt nu beter: het gebruik van alleen klamboes of van klamboes en sprayen tegelijkertijd? De uitkomsten van het meest recente onderzoek geven aan dat sprayen niet zoveel toevoegt aan de bescherming die er al door klamboes is, maar soms ook wel. Dat is waarschijnlijk maar een klein stukje van het verhaal, want het probleem is heel wat complexer dan sprayen of niet. Er zijn zo’n vijftien muggensoorten die de parasiet kunnen overdragen. We zien dat sommige daarvan in sommige landen, zoals Tanzania, al resistent worden tegen de insecticiden die op de klamboes zijn gespoten, zoals de parasiet ook weerstand heeft ontwikkeld tegen sommige afweermedicijnen als nivaquine, en tegen het belangrijke medicijn voor genezing, artemisinin. Het gebruik van de klamboes kan hoog of laag zijn en de muggen kunnen migreren naar het volgende dorp, wat niet leuk is als je over langere periodes moet meten.
Dat leidt eigenlijk tot de conclusie dat het monitoren van de resultaten van malaria-interventies een essentieel onderdeel zou moeten zijn van preventie en behandeling. De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) geeft in het kader van haar Global Malaria Programme al een aantal jaren ‘Guidelines’ en ‘Manuals’ uit voor de behandeling van malaria en voor het gebruik van klamboes en sprays. De WHO zou daarin nog wat duidelijker mogen aangeven dat monitoren van essentieel belang is om succes te hebben.
Bijzonder is nog dat de Bill en Melinda Gates Foundation ook onderzoek financiert naar landen waar malaria verdwenen is of waar de regering die verdwijning via een programma op niet al te lange termijn probeert te bereiken. In deze serie zijn inmiddels negen landenstudies verschenen, van Turkmenistan en Kaapverdië tot Bhutan. Die studies moeten lessen opleveren voor landen die hetzelfde pad opgaan. En ook hier geldt: dat is complex. Een nationaal strategisch plan tegen malaria houdt een voorstudie in van soorten parasieten en muggen, een versterking van de eerstelijnszorg en training van staf, systematische diagnose en testen, behandeling van patiënten en zo verder.
Malaria, zo onderstreept de WHO telkens weer, is te voorkomen en te genezen. In dat licht zijn de meer dan een half miljoen doden nog steeds een grote schande. Op de laatste Wereld Malaria Dag eind april maakt de WHO bekend dat er dan nu 3,6 miljard dollar beschikbaar was voor malariabestrijding, maar dat feitelijk 5,1 miljard nodig is om de internationale doelstellingen te halen. Dat is natuurlijk niet alleen een aansporing aan de internationale gemeenschap om meer op tafel te leggen, maar vooral ook aan nationale regeringen om hun prioriteiten bij te stellen. Over vijftien jaar kan malaria de wereld uit zijn.
Paul Hoebink is Bijzonder Hoogleraar Ontwikkelingssamenwerking en directeur van het Centrum voor Internationale Ontwikkelingsvraagstukken (CIDIN) van de Radboud Universiteit Nijmegen.