
Noodhulp en de noodzakelijke nuance
Kun je als goed doel te veel geld binnenkrijgen? Moet je het falen van hulpprojecten onder de pet houden? Is het acceptabel om ingewikkelde kwesties vanwege fondsenwerving zo te versimpelen dat een sterk vertekend beeld van een crisis ontstaat? In de afgelopen tien jaar kreeg Artsen zonder Grenzen te maken met deze en andere dilemma’s, en maakte ze eigenzinnige keuzes om het beeld van haar hulp zuiver te houden. Katrien Coppens, adjunct-directeur Artsen zonder Grenzen reflecteert.
Het sloeg in als een bom in fondsenwervend Nederland. Op 4 januari 2005, de dag voor de grote tv-avond voor de slachtoffers van de Tsunami in Azië, maakte Artsen zonder Grenzen bekend dat ze geen geld meer zou accepteren voor haar hulpprojecten in de getroffen gebieden. Het leidde tot grote irritatie bij onze toenmalige partners van Giro555, maar we hadden geen keus. De kantoren van Artsen zonder Grenzen in een aantal landen hadden zo overweldigend veel donaties ontvangen dat onze projecten in het Tsunami-gebied ruimschoots gefinancierd konden worden. Sterker nog, in de loop van 2005 benaderden we wereldwijd grote aantallen donateurs om hen te vragen of we het Tsunami-geld ook voor andere doeleinden mochten gebruiken, of dat we het terug moesten storten.
Transparantie
Het Tsunami-incident is tekenend voor hoe Artsen zonder Grenzen (fondsenwervend) wil communiceren met haar achterban en de Nederlandse maatschappij: transparant zijn over wat we met onze hulp wel en niet kunnen en zo compleet mogelijk het hele verhaal vertellen, zowel dat van onze hulp als van de realiteit van de crises waarin we werken. Ook als dat onszelf mogelijk ‘pijn’ kan doen of lastig samen te vatten is in een oneliner of in een twitterbericht van maximaal 140 tekens.
Een ander voorbeeld daarvan is de humanitaire crisis van 2011 die bekend werd als ‘De droogte in de Hoorn van Afrika’. Enorme aantallen Somalische vluchtelingen stroomden in de zomer van dat jaar naar Kenia en Ethiopië. Behalve de droogte waren ook de voortdurende conflicten in Somalië een oorzaak van de crisis, maar dat aspect kwam in veel van de beeldvorming totaal niet aan bod. Artsen zonder Grenzen legde consequent de nadruk op alle kanten van deze complexe crisis, onder meer in een opiniestuk in NRC Handelsblad.
Reflectie
Onderdeel van de communicatiestrategie van Artsen zonder Grenzen is een zo reëel mogelijk beeld van een crisissituatie te schetsen en daarbij uit te leggen wat we wél, maar ook wat we níet kunnen doen voor de getroffen bevolking. Deze helderheid vinden wij noodzakelijk om op een transparante wijze verantwoording af te leggen aan onze donateurs.
Artsen zonder Grenzen publiceerde in 2011 de kritische zelfstudie ‘Negotiations revealed’ waarin onze compromissen in een aantal politiek beladen conflictsituaties werd geanalyseerd. Het was een reflectie voor onszelf, voor de sector en donateurs. Voor Artsen zonder Grenzen was dit een spannende stap omdat we ons kwetsbaar opstelden door op zeer open wijze inzicht te bieden in onze werkwijze en de complexe context van de gebieden waar wij werken. De studie werd de opening van de Volkskrant van 21 november 2011 en leidde tot een debat in het Humanity House in Den Haag.
Voor ieder wat wils
De vraag die wij onszelf echter moeten stellen bij het streven naar transparantie en volledigheid is: sluit onze drive om het genuanceerde verhaal te vertellen wel aan bij het algemene publiek? Zitten mensen te wachten op deze vaak complexe verhalen en leidt dit tot meer begrip voor de dilemma’s of is dit slechts relevant voor een kleine groep sterk geïnteresseerden?
Het antwoord op die vraag is niet eenduidig. Ook Artsen zonder Grenzen voelt de druk van een veranderende (geef)omgeving. Een nieuwe groeiende groep pragmatische idealisten is op zoek naar korte, heldere boodschappen en laagdrempelige manieren om steun te betuigen. Zij worden geraakt door persoonlijke en inspirerende verhalen in plaats van complexe dilemma’s. Om ook deze nieuwe generatie te bereiken en te binden zullen wij in onze communicatie en fondsenwerving op deze behoeften moeten inspelen. Zo organiseren wij nu zowel intensieve betrokkenheid via de achtdaagse sponsorfietstocht Tour for Life, maar geven we ook korte, treffende impressies van ons werk door verhalen van onze veldwerkers via sociale media te brengen.
Voor ieder wat wils: inzicht geven in onze werkwijzen en keuzes én vertellen over onze dagelijkse realiteit aan mensen die vooral via persoonlijke ervaringen en emoties geraakt willen worden. De rode draad moet blijven: het vertellen van een zo realistisch en compleet mogelijk verhaal in de overtuiging dat een geloofwaardig beeld nog altijd het beste beeld is.