Het gebroken hart van Afrika

Medisch antropologe Judith van de Kamp woont voor twee jaar op het platteland van Kameroen. Ze verwondert zich al maanden over de religieuze tolerantie van de lokale bevolking. Nu zich in buurland de Centraal-Afrikaanse Republiek een drama afspeelt waar religie een grote rol in speelt, vraagt ze zich af waarom het soms zo goed gaat tussen verschillende religies, en soms zo verschrikkelijk fout.

Het is vijf uur ’s ochtends. Ik lig in bed en hoor de eerste hanen kraaien. Kameroen wordt wakker. In de verte klinkt het gezang vanuit de moskee. Ik luister ernaar. Religie is enorm zichtbaar in dit land. Het is verweven met het leven. Bij mijn printshop moest ik laatst wachten omdat mijn printmevrouw even was gaan bidden in de protestantse kerk. Onze hulp Christine gebruikt ons strijkijzer voor haar uniform van het koor in de katholieke kerk. Op vrijdag koopt niemand in onze buurt vlees, want de twee buurtslagers zijn islamitisch, en dus dicht.

Religieuze tolerantie

Wat ik zo mooi vind aan ‘het geloof’ in Kameroen; het is precies zoals het zou moeten zijn: het maakt niet uit welk geloof je aanhangt, iedereen leeft door elkaar en met elkaar. Ik had verwacht dat de christenen op de markt bij de christenen hun inkopen doen, en de moslims bij de moslims. Blijkbaar zegt die gedachte meer over mij dan over de lokale bevolking, en gelukkig.

Helemaal mooi vind ik dat de moslims in het lokale katholieke ziekenhuis meermalen per dag hun gekleurde kleedjes uitleggen om op te bidden, gewoon in de gang. Patiënten, bezoekers en de ziekenhuis-nonnen lopen er met een gepaste boog omheen. Ook bidden de moslims vaak samen, met hun gezicht richting Mekka, pal voor de katholieke kapel. Een beeldender voorbeeld van religieuze tolerantie op micro-niveau kan ik niet bedenken.

Centraal Afrikaans Republiek

Ondertussen is het in buurland de Centraal-Afrikaanse Republiek (CAR), het hart van Afrika,  goed mis. Krantenkoppen berichten over ‘crisis’, ‘chaos’, ‘hongerige kinderen’ en zelfs ‘genocide’. Afgelopen maart pleegde een islamitische rebellencoalitie uit het verwaarloosde noordoosten van het land een coup. De christelijke president Bozize vluchtte naar Kameroen, en de rebellen stelden een nieuwe president aan: Djotodia. Die kon de onrust in het land niet onder controle houden; er wordt geplunderd, verkracht en vermoord.

Natuurlijk gaat het om een combinatie van factoren die tot escalatie leidden, zoals een gebrek aan politie en een rechtsysteem en extremistische groeperingen uit aangrenzende landen die de boel opstoken. Maar dat religie een rol speelt valt niet te ontkennen.

Twee buurlanden

Ondertussen vliegt Kameroen haar landgenoten uit Bangui, de hoofstad van CAR. Zaterdagochtend kwam het eerste vliegtuig met Kameroenezen aan. Ook doet Kameroen aan de grens zijn uiterste best om het geweld uit CAR niet binnen te laten komen. Toch begrijp ik niet goed waarom Kameroen zo’n vredesreputatie heeft. Dit land is ook niet bepaald het lieverdje van de klas. Het heeft een aantal hoofdingrediënten voor onrust, zoals verkiezingsfraude, mensenrechtenschendingen en corruptie.

Als ik in mijn buurtje wat rondvraag, krijg ik antwoorden zoals: “God chose Cameroon to be a peaceful nation”. En: “It is not because of the president, but because of the people that Cameroon has been peaceful”. Hmmm. Ik word er niet wijzer van. En ook niet vrolijker. Want ondertussen huilt het hart van Afrika. En velen huilen mee.

Auteur
Selma Zijlstra

Datum:
17 december 2013
Categorieën:
Tags: