‘Afrika heeft recht op mango’s en gekoeld vlees’

Minister Ploumen krijgt veel waardering van de Kamer voor haar ambitie een honest broker te zijn in de onderhandelingen over de European Partnership Agreements* (EPA’s). Desalniettemin hebben GroenLinks en SP grote bezwaren tegen de EPA’s, terwijl de VVD de voordelen van vrijhandel toejuicht. Ploumen neemt vooralsnog geen positie in, maar wil in haar rol als honest broker eerst met alle partijen een dialoog voeren.

Minister Ploumen had gisteravond opnieuw een kritische oppositie tegenover zich – een kleine oppositie weliswaar, want bij afwezigheid van CDA, SGP, ChristenUnie en de Partij voor de Dieren slechts vertegenwoordigd door GroenLinks en SP en de PVV. Erg moeilijk kreeg ze het niet, want de discussie vond voornamelijk plaats tussen de vier heren Bram van Ojik (GroenLinks), Jasper van Dijk (SP), Jan Vos (PvdA) en René Leegte (VVD). Die bakkeleiden over de fundamenten van vrijhandel: is dat nu wel of niet gunstig voor ontwikkelingslanden?

Voor Leegte is daar weinig twijfel over mogelijk: vrijhandel is goed voor de wereld en dus ook voor ontwikkelingslanden. Voor Leegte is het onbegrijpelijk dat Nederland geen heffingen wil op zonnepanelen van China, maar dat Afrikaanse landen wel importheffingen willen op producten vanuit de Europese Unie. Hij vindt het zo klaar als een klontje dat EPA’s zullen leiden tot meer welvaart voor de ACS-landen (landen in Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan). Mochten de ontwikkelingslanden dat niet inzien, dan vindt hij dat ze gekort zouden moeten worden op ontwikkelingshulp.

SP en GroenLinks zetten echter grote vraagtekens bij de vermeende welvaartsvoordelen van de EPA’s. Van Ojik wijst op de controverse rondom de EPA’s die ervoor zorgen dat landen grote problemen hebben met het afsluiten van de akkoorden. Volgens hem zijn de ACS landen een heterogene groep die zich in verschillende fases van economische ontwikkeling bevinden. Daarom, stelt Van Ojik, moet het mogelijk zijn dat deze landen in een kritieke fase hun markten willen beschermen. Zo hebben de landen het erg moeilijk met de eis van de EPA’s waarbij 80 % marktliberalisering binnen 15 jaar gerealiseerd moet zijn.

Ook wijst Van Ojik er op dat de grenzen van de regionale douane-unies niet samenvallen met de grenzen van de EPA-blokken, waardoor regionale integratie door de EPA’s wordt bemoeilijkt. ‘En waarom vragen we van ontwikkelingslanden om hun belastingen op export uit te faseren? Is dat nu nodig? We weten allemaal dat ontwikkelingslanden problemen hebben rondom belastinginning.’

Van Dijk zit geheel op één lijn met de GroenLinks voorman. ‘De onderhandelingen verlopen moeizaam en daar is alle reden voor. China en Zuid Korea hebben hun grenzen ook lange tijd afgeschermd en ontwikkelingslanden moeten die ruimte ook kunnen nemen. Zelfs de VS en de EU hebben hun markt afgeschermd. De vergelijking met zonnepanelen van de heer Leegte gaat niet op, want de EU is geen ontwikkelingsland. Een ontwikkelingsland kan wel belang hebben bij importheffingen, want er is geen gelijk speelveld.’

Jan Vos van de PvdA vindt het vooral belangrijk dat de EPA’s ontwikkelingsrelevant zijn, groene groei bevorderen en duurzaam zijn. Hij vraagt zich wel af of de EPA’s niet de regionale integratie bemoeilijken, maar neemt verder geen duidelijk standpunt in voor of tegen de EPA’s. Van Dijk ergert zich aan de genuanceerde toon van de PvdA en wil van Vos een duidelijk standpunt horen, waarop Vos’ antwoordt luidt: ‘We moeten het neokolonialisme achter ons laten. In die landen kan groei plaatsvinden. We moeten zorgvuldig kijken wat er gebeurt. Vrijhandel is het beste middel, mits het rekening houdt met mensenrechten en het stap voor stap gebeurt.’

Mango’s

Het debat spitst zich na een tijdje toe op mango’s en koelcentra. Leegte vertelt hoe hij in Burkina Faso een mangofabriek op wilde zetten. ‘We hadden sorteermachines uit Nederland nodig, maar wegens alle importheffingen waren die enorm duur. Afrika heeft recht heeft op goedkope sorteermachines, dat zorgt voor werkgelegenheid voor honderden mensen en dus voor ontwikkeling.’

Dit is voor Vos aanleiding om ook zijn ervaringen met machines te delen. Vos wilde op zijn beurt een fabriek opzetten waarbij hij koelmachines nodig had. Deze moesten  geïmporteerd moesten worden, maar waren wegens importheffingen ook te duur. ‘Ik ben het niet altijd met de VVD eens, maar dit punt van de mango’s vond ik erg valide.’

Van Dijk moet toegeven dat hij inmiddels behoorlijke trek in een mango heeft gekregen maar zijn repliek wordt er niet zoeter door. ‘Wat aardig dat u Leegte te hulp schiet. Dat zegt ook iets over het profiel van uw partij’, schampert Van Dijk. Voor specifieke voorbeelden die het nadeel van vrijhandel zouden moeten bewijzen heeft Van Dijk echter even geen inspiratie. Na een onderonsje met Van Ojik tijdens de schorsing komt die inspiratie weer terug. Voorbeelden van schadelijke katoenexport en export van vlees- en zuivelproducten komen op tafel. ‘De dumping van melkplassen in Afrika maken de lokale boeren kapot en daarom is het terecht dat zij tariefmuren opwerpen’, zegt Van Dijk.

Leegte blijft er echter bij: ‘Afrika heeft recht op mango’s en gekoeld vlees.’ Toch is hij niet te beroerd zich in de oppositie te verplaatsen. Hij stelt dat ongetwijfeld lokale boeren het lastig zouden vinden als Friesland Campina de markt overspoelt met melkproducten. ‘Maar de consumenten in de stad kunnen profiteren van goedkopere producten. De boer kan dan mango’s gaan verbouwen. Dat is het principe van vrijhandel.’

Ploumen

In hun betoog vergeten de heren bijna dat minister Ploumen ook nog aan de andere kant van de tafel zit en graag steun wil voor haar rol als honest broker. Die krijgt ze sowieso van de Partij van de Arbeid. Vos zegt de minister enorm te waarderen voor het feit dat ze een dergelijke ambitieuze rol op zich neemt. ‘Maar zo kennen we haar ook.’ Hij erkent wel de spanningsvelden rondom de EPA’s, maar vindt het daarom extra lovenswaardig dat de minister daar middenin in gaat staan. ‘Ik kijk ernaar uit hoe ze het gaat doen’, stelt hij optimistisch.

Van Ojik heeft ook waardering voor de ambities van Ploumen, maar wil graag zien dat Ploumen ook een duidelijke positie inneemt. Daar ziet de minister echter niets in. Ploumen: ‘Mijn opvatting van een honest broker is niet om positie in te nemen. Ik ga goed luisteren naar wat alle stakeholders – ngo’s overheden en het bedrijfsleven –  te berde brengen. Eerst ga ik luisteren, dan analyseren, en dan bepaal ik mijn inzet.’

Desalniettemin lijkt de minister er wel op aan te willen sturen dat de EPA’s uiteindelijk worden afgesloten, en wel voor de deadline van 1 oktober 2014 die de Europese Unie heeft gesteld. ‘De impasse moet doorbroken worden in het belang van de landen zelf. De tijd dringt dus en ik wil graag tempo maken.’

Ze vindt wel dat landen binnen het kader van vrijhandel de mogelijkheid moeten krijgen hun markten af te schermen voor bepaalde industrieën. Dat Leegte de Nederlandse import van zonnepanelen vergelijkt met importheffingen in Afrika, is voor Ploumen appels met peren vergelijken. ‘De Afrikaanse dynamiek is anders dan de Europese. Afrika mag opkomende industrieën in deze fase beschermen.’

Omdat de minister verder nog geen concreet standpunt inneemt over de al niet wenselijkheid van EPA’s, is er weinig waarop de Kamer haar kan aanspreken. Het debat komt na anderhalf uur dan ook tot een spoedig einde. Het is de komende tijd vooral afwachten hoe de minister haar rol als honest broker zal spelen en welke conclusies zij zal trekken uit de stakeholder dialogen die ze gaat voeren.

* De European Partnership Agreements zijn vrijhandelsakkoorden tussen de Europese Unie en haar voormalig koloniën, de ACS-landen (landen in Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan). Deze landen genieten op het moment vrije toegang tot de Europese Unie, maar omdat volgens de WTO-regels voorkeursbehandelingen niet zijn toegestaan, wordt er sinds 2000 onderhandeld over een nieuwe akkoorden, de EPA’s. De ACS-landen zijn in verschillende regionale blokken opgedeeld. De onderhandelingen verlopen echter stroef omdat ontwikkelingslanden veel bezwaren maken tegen de EPA’s. Desalniettemin heeft de Europese Unie 1 oktober 2014 als deadline gesteld: dan moeten de landen de akkoorden ondertekenen, anders verliezen ze hun huidige preferentiële toegang tot de Europese Unie. Minister Ploumen heeft zich opgeworpen als honest broker en wil graag samen met alle partijen tot een akkoord komen. Over haar brief, waarin ze deze rol aankondigt, vond gisteravond een overleg plaats in de Tweede Kamer. 

Auteur
Selma Zijlstra

Datum:
20 juni 2013
Categorieën: