Ondervoeding in de wereld: de verdere bestrijding

Mark Eyskens, de voormalig premier en minister van Buitenlandse Zaken en Ontwikkelingssamenwerking van België, is optimistisch over de voedselproblematiek naar aanleiding van een conferentie over ondervoeding op 5 december 2012 in het Brusselse Stadhuis. Eyskens ziet een duurzame en effectieve oplossing voor de voedselproblematiek niet langer als denkbeeldig. ‘Tijdens de conferentie stelden alle vertegenwoordigers van internationale organisaties, ngo’s en bedrijven met elkaar intensief en professioneel te willen samenwerken binnen de globale voedselketen.’

Op 10 december werd de Europese Unie bekroond met de Nobelprijs voor de Vrede. De prijs, die jaarlijks wordt uitgereikt aan een persoon of organisatie die zich op uitzonderlijke wijze voor de vrede heeft ingezet, werd aan de EU toegekend ‘voor haar bijdrage gedurende meer dan zes decennia aan de vrede, de verzoening, de democratie en de mensenrechten in Europa.’ Een snelle blik op de geschiedenis van de twintigste eeuw bevestigt vrij snel de motivatie van het Nobelcomité.

Zorgwekkende humanitaire kwesties

Afgezien van de controverse die ontstond na de toewijzing van de prijs, stelt zich de vraag hoe de unie deze morele erkenning in de toekomst verder kan uitdragen over de grenzen heen. De EU is nu al zeer actief op het vlak van humanitaire en ontwikkelingssamenwerking en is zelfs de grootste donor voor humanitaire hulp ter wereld. Haar vredehandhavingsacties, die vaak militair worden ondersteund, werden al in meer dan twintig onrustige gebieden op poten gezet en boekten over het algemeen positieve resultaten. Europa zou echter nog meer aangemoedigd mogen worden om meer pro-actief, voorkomend en dynamisch op te treden in de meest zorgwekkende humanitaire kwesties.

Het probleem van ondervoeding en honger is er daar zeker een van. Volgens een gezamenlijk rapport uit 2012 van de Voedsel- en Landbouworganisatie (FAO) van de Verenigde Naties en het Wereldvoedselprogramma (WFP)  lijden bijna 870 miljoen mensen aan ondervoeding, en de overgrote meerderheid (850 miljoen) daarvan leeft in ontwikkelingslanden. De omvang en draagwijdte zijn een schandaal op zich, en is vooral beschamend en onaanvaardbaar als men weet dat de Wereldbank ongeveer 11 miljard dollar per jaar bijdraagt ter inspanning van de uitroeiing van ondervoeding. Na de zojuist verkregen Nobelprijs voor de Vrede moet de Europese Unie een moreel geïnspireerd antwoord bieden aan de uitdaging die gesteld is.

Onopgemerkt

Het probleem van de honger is niettemin zeer complex. Zo is de aandacht van ngo’s en de media vaak gericht op de wereldwijde hongersnoden en in het bijzonder de rampzalige situatie in de Sahel en de Hoorn van Afrika, maar het specifieke probleem van chronische ondervoeding blijft veelal onopgemerkt. Dat is dweilen met de kraan open. Deskundigen op dit gebied stellen dat chronische ondervoeding in de wereld en de gevolgen daarvan, uitgedrukt in mensenlevens en geld, hogere kostenposten voor de samenleving zijn dan honger op zich; inderdaad zijn de kosten verbonden aan het voorkomen van honger lager dan het bestrijden van de gevolgen ervan!

Onlangs heb ik als voorzitter van de PA International Foundation een conferentie voorgezeten waar een aantal interessante elementen werd aangedragen die een effectieve oplossing op dit gebied zouden kunnen bieden. Verschillende topexperts en politici uit het ‘Noorden’ en het ‘Zuiden’ werden het eens over een aantal belangrijke uitgangspunten. Ten eerste moet een doeltreffende bestrijding van ondervoeding worden voorbereid door een gezamenlijke, gecoördineerde en voortgaande actie van de verschillende actoren betrokken bij de voedselketen. Deze actie vraagt noodzakelijkerwijs om een multisectorale benadering. Ten tweede moet de volledige deelneming van alle belanghebbenden op het gebied van voedsel, in het bijzonder het bedrijfsleven, worden geoptimaliseerd.

Het was zeer bemoedigend om van de Directeur-Generaal van de Europese Commissie verantwoordelijk voor humanitaire hulp (DG ECHO), Claus Sørensen, de aankondiging te horen dat binnenkort een gezamenlijke Communicatie over het probleem van Ondervoeding door DG ECHO en hun collega’s van DG Ontwikkelingssamenwerking (DG DEVCO) zal worden gepubliceerd. In eerste instantie zullen de Europese en nationale overheden – in degelijke onderlinge afstemming – het strategische voortouw moeten nemen en binnen het kader van een Public Private Partnership de strategie bepalen. Samen met haar partners WFP en UNICEF en alle betrokken ngo’s en bedrijven zal ook PA haar inbreng leveren.

Hollande

Inderdaad blijken alle ‘stakeholders’ nu op een lijn verenigd! Tijdens de conferentie stelden alle vertegenwoordigers van internationale organisaties, ngo’s en bedrijven met elkaar intensief en professioneel te willen samenwerken binnen de globale voedselketen. Een duurzame en effectieve oplossing is derhalve niet langer denkbeeldig. Daarvoor is op het hoogste niveau regeringssteun nodig. De Franse president François Hollande geeft het voorbeeld: in zijn schriftelijke boodschap aan de conferentie zegt hij dat Frankrijk ‘groot belang’ hecht aan een oplossing voor het ondervoedingsvraagstuk; hij verwijst naar de komende Europese Commissie Communicatie als het middel om dat doel te bereiken.

De Belgische minister van Buitenlandse Zaken, Didier Reynders, viel hem ter conferentie bij en ook de verklaring van aartsbisschop Desmond Tutu gaat in dezelfde richting. De Duitse verzekeraar Allianz, het Nederlandse DSM, en bovenal de pan-industriële organisatie GAIN sluiten zich aan via een industriële ‘Corporate Social Responsibility’-benadering die op een pan-Europese ‘Public Private Partnership’ aansluit. In een uniek document, tot stand gekomen via een ‘elite-peiling’ onder de meest vooraanstaande CEO’s in de Europese Unie, wordt deze ‘doorbraak-samenwerking’ niet alleen volledig gesteund maar ook van gedetailleerde voorstellen voorzien.

De Global Directors for Nutrition van het WFP en UNICEF, Dr. Martin Bloem en Dr. Werner Schultink, legden de conferentie hun op ervaring gebaseerde technische benadering voor: ‘Ieder jaar sterven meer dan drie miljoen kinderen een hongerdood. Dat vereist ‘Direct Nutrition Intervention’. Tegelijkertijd zal sprake moeten zijn van een structurele oplossing waarbij de gehele voedselketen moet worden betrokken, vooral via ‘food fortification’. Dat betekent het verhogen van essentiële groeibevorderende ingrediënten in het basale voedselpakket.’

Één miljard

De voorzitter van de Europese Commissie, José Manuel Barroso, heeft inmiddels aangegeven deze benadering te willen bevorderen; daarvoor is een budget van tenminste één miljard euro nodig. Dit kan binnen de huidige meerjarenbegroting van de EU worden gevonden – al was het maar door minder doelmatige projecten en activiteiten zoals aangegeven in het Rapport van het Europese Hof van Auditoren te stoppen. De recente wijzigingen in de structuur van DG DEVCO kunnen waarborgen dat dit budget effectief en doelmatig zal worden ingezet.

Dat zal evenwel niet kunnen zonder nauwe samenwerking en overleg met de (bedrijfs)structuren in de ontvangende landen, zoals minister Mavroyiannis namens het Cypriotische EU-voorzitterschap stelde. Hij stuurt aan op samenwerking met onder meer de ASEAN Foundation, die daarmee ook direct heeft ingestemd. Daarnaast zal op strategische en gestructureerde manieren moeten worden samengewerkt met alle betrokkenen in de voedselketen. Die hebben hun visie daarop al uiteengezet in het document Time for Leadership. Dat is de democratisch geijkte en technisch optimale basis voor hun inbreng in de komende ‘Communication on Nutrition’ van de Europese Commissie.

Als dat lukt zit er misschien een tweede Nobelprijs in – maar dan voor ‘All Stakeholders’.

Auteur
Jeroen Aerts

Datum:
14 januari 2013
Categorieën: