#VV5: Levinas geeft les in wereldburgerschap

Maandagochtend, half negen. Ik ben net op kantoor aangekomen en zet mijn computer aan. Dat duurt even, dus ik pak de krant erbij.

‘Aanvallen op Damascus’ roept de voorpagina. Door een foto met rokende gebouwen en vluchtende mensen is het weerzinwekkende effect verzekerd. Snel scannen mijn ogen verder: 1300 doden, 100.000 mensen op de vlucht en – jemig, ook dat nog – kindsoldaten. Soms lijkt de wereld achteruit te draaien.

Als mijn computer paraat staat, hoor ik mijzelf denken dat ik alleen toch niet zo veel kan betekenen in de strijd tegen zulke onmenselijke toestanden. En met twee muisklikjes ben ik al snel verzonken in een wereld van data en documenten.

Maar ik betrap mezelf op deze afleidingsmanoeuvre. Wat is dat verdorie toch met ons in Nederland? Protestmarsen lijken wel prehistorische rituelen geworden. Hallo, er worden onschuldige mensen vermoord! En de internationale gemeenschap laat dat zomaar gebeuren! Waarom blijven ik en zovelen met mij achter onze computers suffen, diep in de documentjes, alsof we ons nergens van bewust zijn?

Volgens Arjan van Veelen in nrc.next van 10 sept komt het doordat we in het tijdperk van het ‘realisme’ leven. We willen wel de wereld verbeteren, maar we weten dat bepaalde zaken gewoon oneerlijk en onfatsoenlijk zijn. En we vinden het zinloos om ons daartegen te verzetten. De realistische mens is pragmatisch, houdt zich aan de feiten en gelooft niet in de waan van de maakbare samenleving. Maar, zegt Arjan van Veelen, dit is absurd, want dit ‘realisme’ kan enkel gesticht zijn door mensen die daar baat bij hebben en is dus helemaal niet per se ‘realistisch’. Hij roept ons allen op om onrechtvaardigheid niet langer te accepteren.

Ik moet denken aan Ralf Bodeliers boek Kosmopoliet & Krottenwijk. Dat boek gaf mij onlangs een lesje wereldburgerschap via een beschrijving van het werk van filosoof Emanuel Levinas. Levinas werd geboren in 1906 in Litouwen. Hij wordt ook wel de filosoof van de Ander genoemd, want Levinas stelt ‘de Ander’ centraal in het handelen van het individu.

Broederschap

De kern van het mens zijn is volgens Levinas broederschap. Broederschap is geen ideaal zoals vrijheid en gelijkheid, maar een gegeven, zelfs de basis van mens zijn. Volgens Levinas zijn we mensen omdat we broeders zijn. Als broeders dragen we namelijk verantwoordelijkheid voor elkaar en dit maakt ons mens. Hoe zit dat?

De Ander maakt je allereerst bewust van jezelf. Denkende vanuit jezelf zou je er zo vanuit gaan dat alle anderen hetzelfde vinden als wat jij vindt. Het is pas in contact met een ander dat je merkt dat dat niet zo is. Hij of zij kan wel eens heel anders tegen de dingen aankijken.

Maar je beseft je in dat contact met de ander ook dat je in al je denken vooral bezig bent met jezelf! De ander maakt je je ervan bewust dat het taartje dat je eet niet meer door hem gegeten kan worden. Je zult hierdoor een gevoel van schaamte krijgen. Zo wekt de ander indirect jouw morele verantwoordelijkheid. Hij maakt jou ‘mens’, verantwoordelijk voor de ander. Als broeders ben je verantwoordelijk voor elkaar.

Hoe komt het toch dat ons Nederlandse broederschap niet tot Syrië reikt? Volgens Levinas is ons westerse denken doortrokken van twee zaken: idealisme en materialisme. In het idealisme staat de geest en het ideaal van het individu centraal. Dat individu onderwerpt constant de werkelijkheid aan zichzelf: het denkt na over idealen, over toekomstdromen, over hoe een situatie zou moeten zijn. Alles buiten dat individu kan zomaar in zijn ideale plaatje omgevormd worden. Het materialisme herleidt de werkelijkheid juist tot materie: de mens en al het andere zijn enkel materie. Emoties zijn bijproducten; het gaat om alle materie die we zien, dat is de werkelijke wereld.

Idealisme en materialisme zijn twee extremen, maar één ding hebben ze gemeen: ze nemen de Ander helemaal niet mee in het handelen en denken. Het gaat om de ik of om de werkelijkheid, maar de ander is helemaal verdwenen. In ons westerse denken maken we onszelf wijs dat reflectie over de Ander niet nodig is om mens te zijn.

Dit is volgens Levinas levensgevaarlijk. Als we enkel de verantwoordelijkheid voor onze eigen projectjes dragen, zullen we ons ook alleen maar schamen wanneer deze mislukken. Als de ander ons niet meer op onze morele verantwoordelijkheid aanspreekt, leven we er ongehinderd en onnadenkend op los. In zo’n samenleving zijn oorlog en geweld zeer reële gevaren.

Onmenselijk

Het ongemakkelijke gevoel dat ik krijg als ik de krant lees over Syrië stop ik snel weg. Maar eigenlijk is dit is natuurlijk schaamte! Omdat ik best weet dat die Ander, ook al is hij ver weg, mijn hulp nodig heeft. Of het nu uit realisme, idealisme of materialisme is, met mezelf verstoppen tussen digitale documenten wordt ik bijna net zo onmenselijk als de Syrische gewelddaden zelf.

Dit artikel verscheen in de laatste Vice Versa. Neem nu een abonnement op het vakblad en u ontvangt deze Vice Versa alsnog in de bus.

Auteur
Ellen Mangnus

Datum:
29 november 2012
Categorieën: