
Bram van Ojik: ‘Ik ben een liefhebber van het politieke bedrijf’
Bram van Ojik, huidig directeur Sociale Ontwikkeling op het Ministerie van Buitenlandse Zaken staat op de tweede plaats van de GroenLinks kandidatenlijst. Vice Versa belde met hem en peilde enkele reacties uit de sector.
In een radio-interview werd u onlangs gevraagd of u zo hoog op de lijst staat door een lobby vanuit de OS-sector. Is het voor die sector niet juist een ramp een bondgenoot binnen het ministerie te zien vertrekken?
(Lacht) ‘Kun je meer doen op het ministerie of in de Tweede kamer? Dat is dan eigenlijk de vraag. Dat is moeilijk te vergelijken. De Tweede Kamer controleert het ministerie. Als je vanuit de Tweede Kamer een stevige positie kunt betrekken en je krijgt daarvoor voldoende medestanders, dan kun je uiteindelijk ook het beleid van het ministerie veranderen. Ik ben zelf een liefhebber van het politieke bedrijf, dus het primaat ligt bij de politiek, bij de Tweede Kamer dus. Niet bij het ministerie. Ik zou dus zeggen dat het beter is naar verandering te streven vanuit de Kamer dan vanuit het ministerie.’
Als ambtenaar voert u beleid uit. Als politicus zult u beleid maken. Wat zijn de belangrijkste veranderingen die u door wilt voeren?
‘Dat kan ik nog niet onmiddellijk zeggen. GroenLinks is een partij die probeert om altijd vanuit internationaal perspectief naar problemen te kijken. Nederland kan in haar eentje weinig doen aan mondiale problemen. Wij proberen voortdurend een internationaal perspectief te geven aan thema’s als duurzaamheid, mensenrechten, handelspolitiek en dus ook ontwikkelingssamenwerking. Veel problemen laten zich niet nationaal, maar alleen internationaal oplossen. Dat wil ik graag uitdragen.
De discussie over ontwikkelingssamenwerking is daar maar een onderdeel van. Wij willen graag dat Nederland haar rol van voorloper op het gebied van ontwikkelingssamenwerking blijft spelen. Dat gaat breder dan alleen maar hulp. Of het nu gaat over duurzaamheid, handel of financiën: we moeten proberen vanuit een internationaal perspectief naar Nederland te kijken. We moeten er ons bewust van zijn dat ons handelen in Nederland internationale effecten heeft. Dat geluid zou ik graag versterken in de Tweede Kamer.’
Het valt op dat weinig mensen uit de OS-sector hoog op de verschillende kandidatenlijsten staan. GroenLinks kiest juist wel voor mensen een ‘OS-stempel’, zoals El Fassed en u.
‘Bij GroenLinks hebben we dat bewust gedaan. Ik weet niet welke overwegingen hebben meegespeeld bij andere partijen. GroenLinks heeft duidelijk gekozen dat kandidaten met een internationaal profiel in de top van de lijst staan. Dat heeft te maken met hoe wij tegen de wereld en het oplossen van mondiale problemen aankijken. Mijn collega bij Buitenlandse Zaken, Désirée Bonis, staat hoog op de PvdA-lijst, en Frans Timmermans en Angelien Eijsink ook. Deze mensen hebben allemaal hun sporen verdiend op internationaal terrein. Ik zie daar juist bondgenoten, eerder dan een tegenstelling.’
Hoopt u via de politieke weg terug te komen op het ministerie, als staatssecretaris of wellicht als minister?
‘Dat is wel erg voorbarig. Ik moet eerst door het congres van GroenLinks, aanstaande zaterdag, definitief op de lijst worden gezet. Dan hebben we ruim twee maanden verkiezingscampagne voor de boeg waarin we hard moeten werken om een mooi verkiezingsresultaat te halen. Dan gaat eventueel een kabinetsformatie beginnen waar GroenLinks ook aan tafel zit en dan pas zou die vraag aan de orde kunnen komen… Dus ik ben daar nog niet mee bezig. Misschien ooit.’
En wat zijn de reacties uit de sector? Is deze nu de best denkbare ambtenaar voor ngo’s kwijtgeraakt? Alexander Kohnstamm van branche-vereniging Partos reageert: ‘Ik was bijzonder verrast. Ik heb Van Ojik van harte gefeliciteerd met een prachtige plek op de kandidatenlijst. Het is jammer dat het ministerie van Buitenlandse Zaken een zeer kundige topambtenaar verliest. Maar zijn kennis en kunde zal ook van waarde zijn in de politiek. Even los van de portefeuille die hij zal krijgen, is het goed dat in de Tweede Kamer mensen zitten met verstand van de globaliserende wereld en die ook de andere kant van de globalisering kennen.’
Farah Karimi (directrice Oxfam Novib) geeft aan dat ze altijd goed met Van Oijk heeft kunnen samenwerken. ‘Dat geldt overigens voor veel andere ambtenaren. De band met het ministerie hangt niet af van één persoon’, aldus Karimi.