De meest invloedrijke man waar u nog nooit van heeft gehoord

Hoe kan een dictator van zijn zetel worden gestoten? Politicoloog Gene Sharp (83) predikt geweldloos verzet. Na het zien van de film: ‘How to start a revolution’ tijdens het Movies that Matter Festival, wordt duidelijk dat Sharp enorme invloed heeft op vele verzetsbewegingen over de hele wereld, waaronder de Arabische Lente. Hij schreef  onder meer het boek: ‘From Dictatorship to Democracy’. Volgens sommigen de bijbel voor verzetsbewegingen en volgens bepaalde regeringen juist een bom. Vice Versa bekeek de film, las het boek en sprak met de protegé van Gene Sharp: Jamila Raqib.

De meest voorkomende reactie op de film ‘How to start a revolution’ is volgens Jamila Raqib: ‘Ik kan niet geloven dat ik nog nooit van Gene Sharp had gehoord.’ Dat is ook helemaal niet erg volgens Raqib, want: ‘De mensen die Gene’s werk nodig hebben vinden het meestal wel.’ Gene Sharp zegt in de film: ‘Ik probeer het karakter van geweldloos verzet te begrijpen en de potentie ervan om dictators te ondermijnen.’

Sharp is wereldwijd de grootste expert op het gebied van geweldloze revoluties. Zijn bekendste boek From Dictatorship to Democracy, waarop ook de film is gebaseerd, is een gids voor verzetsbewegingen om een succesvolle revolutie te kunnen bewerkstelligen. De laatste pagina’s van het boek bestaan uit een lijst van 198 geweldloze wapens en methodes die zij kunnen gebruiken. Sharp wil laten zien dat er een realistisch alternatief is voor oorlog. Hij werkt samen met Jamila Raqib aan zijn onderzoek vanuit het Einstein Instituut, een onderzoeksinstelling die wegens gebrek aan financiering inmiddels is gevestigd op de onderverdieping van zijn huis in Boston.

Sharp schreef From Dictatorship to Democracy op verzoek van U Tin Maung Win, een democraat uit Birma. Via ex-generaal Bob Helvey was Sharp in contact gekomen met de Birmese verzetsbeweging. Zij zaten te springen om de informatie die Sharp had. Ze vroegen hem om iets te schrijven dat te begrijpen was. Omdat Sharp niet genoeg wist van Birma zelf schreef hij het boek in algemene termen, maar wel gebaseerd op meer dan veertig jaar wetenschappelijk onderzoek.

Essentie

De film begint met een citaat van Sharp: ‘Dictators zijn nooit zo sterk als ze zeggen. Mensen zijn nooit zo zwak als ze denken.’ Dit is de essentie van de film en Sharps boek. Sharp beargumenteert dat elke vorm van landsbestuur afhankelijk is van de bevolking. ‘Zelfs een totalitaire dictator is afhankelijk van de samenleving die hij bestuurt.’

Sharp identificeerde machtsbronnen zoals legitimiteit, steun van de bevolking en instituties en toegang tot hulpbronnen. Als duidelijk is wat een regime nodig heeft om te overleven wordt je opdracht als verzetsgroep ineens heel makkelijk, vertelt Sharp. Elke bron van politieke macht hangt af van de mensen. Als je de steun en gehoorzaamheid van mensen vermindert, valt het regime vanzelf. Het is belangrijk dat het protest geweldloos is. Voor een regime is dat bijzonder moeilijk te bestrijden. Kiezen voor geweld betekent kiezen voor een front waarop de dictator het sterkst is.

Ontdekking

Aan het begin van de film komt in beeld: ‘Gebruik kleuren en symbolen,’ nummer 18 uit de lijst van geweldloze wapens. De voorbeelden komen voorbij, waaronder: de Oranje revolutie in Oekraïne en de opstand in Iran na de verkiezing van Ahmandinejad waarbij iedereen in het groen was. Ook van de les ‘Gebruik borden in het Engels’ komen voorbeelden voorbij, zoals uit Egypte en Iran: ‘where is my vote?’. Als kijker doe je als het ware dezelfde ontdekking als regisseur Ruaridh Arrow.

Arrow deed als dagbladjournalist verslag van de zogenaamde ‘kleurenrevoluties’ in onder anderen Joegoslavië in 2000, Georgië in 2003 en Oekraïne in 2005. Hij merkte op dat in veel van deze revoluties dezelfde soort tactieken werden gebruikt. In eerste instantie vermoedde hij bemoeienis van de Amerikaanse veiligheidsdienst CIA, omdat het leek of iemand de revoluties regisseerde. In gesprekken met verschillende groeperingen kwam echter niet de CIA, maar de naam van Gene Sharp naar voren. Toen Arrow in 2009 dezelfde geweldloze tactieken terugzag bij de ‘groene revolutie’ in Iran ging hij verder op onderzoek uit. Destijds was het enige beeld dat hij via internet van Sharp kon vinden een propagandafilm uit Iran, waarin Sharp ervan wordt beschuldigt lid te zijn van de CIA. Arrow werd nieuwsgierig naar de geschiedenis van Sharp en nam contact op met het Einstein Institute in Boston.

‘In eerste instantie was het Arrows bedoeling om Gene Sharp te interviewen en zo zijn verhaal de documenteren,’ vertelt Raqib. ‘Maar toen de Arabische Lente begon, veranderde dat en voegde hij de gesprekken met revolutionairen toe.’ Raqib en Sharp hadden verder weinig invloed op de film, wat hen wel ongerust maakte. Raqib: ‘we waren bang dat de film zou zeggen: hier is wat je moet doen, begin nu maar een revolutie. Dat zou heel gevaarlijk zijn. Er is veel meer genuanceerde informatie nodig.’ Bij de première van de film was Raqib opgelucht.

Revolutionairen

In de uiteindelijke film zitten een aantal casestudies. De kijker wordt meegenomen naar onder meer Birma, Servie, Oekraine, Egypte, en Syrie. Verschillende revolutionairen komen aan het woord. Zo vertelt Srdja Popovic, de leider van verzetsbeweging ‘Otpor!’ uit Servië, hoe hij via Bob Helvey in aanraking kwam met het werk van Sharp. ‘Ik schaamde me dat ik er nog nooit van had gehoord. Alle kennis over de werking van macht bijvoorbeeld was systematisch opgeschreven in één tekst. Anders hadden we door schande wijs moeten worden.’ Popovic: ‘We wisten dat de meerderheid van de bevolking tegen Milosevic was, we moesten elkaar alleen herkennen.’ Popovic vertelt over een vorm van geweldloos verzet. ‘Elke dag marcheren werd wat veel, dus gingen we naar huis en iedereen ging naar huis en maakte lawaai vanaf het balkon. Het gebeurde tijdens het staatsnieuws, dus we lieten horen: wij kijken niet naar jullie onzin.’

Naast anderen revolutionairen maakt de kijker ook kennis met Ausama Monajed uit Syrië. Hij gaat op bezoek bij Sharp en Raqib om advies te vragen. Raqib en Sharp willen echter nooit over een specifieke situatie praten omdat ze niet de indruk willen wekken dat zij de revolutie organiseren. Raqib: ‘We zijn een wetenschappelijke organisatie.’ Ze weten zelfs vaak niet wie ze precies voor zich hebben. Ook in email contact wordt vaak gewerkt met aliassen. ‘We weten niet precies welke mensen ons werk gebruiken in Egypte.’, aldus Raqib.

Ook voor financiering is de gevoeligheid van het werk van Sharp lastig. Veel ontwikkelingsorganisaties worden teruggefloten door advocaten als zij overwegen om het Einstein institute te steunen, vertelt Raqib. Het is moeilijk voor hen om Sharps werk te steunen zonder dat het lijkt of ze een regering omver proberen te werpen in plaats van een maatschappelijk middenveld opbouwen.

Verspreiding

From Dictatorship to Democracy is in meer dan 35 talen vertaald en verspreid over alle continenten. In veel landen met dictatoriale overheden is het inmiddels naast bekend ook berucht. In Birma wordt iemand in het bezit van dit boek van 130 pagina’s voor zeven jaar de gevangenis ingegooid. De twee onafhankelijke boekhandels die in Moskou het boek verkochten brandden vrijwel meteen af.

Sharp en Raqib hebben zelf weinig invloed op de verspreiding van hun werk. Voor maar enkele vertalingen hebben zij opdracht gegeven. Wel hechten ze aan overleg met mensen die uit zichzelf het werk vertalen: ‘Het is belangrijk dat het werk goed wordt overgebracht, anders kunnen er verschrikkelijke dingen gebeuren’, aldus Raqib.

De komst van het internet heeft de verspreiding van het werk van Sharp een stuk makkelijker gemaakt. Het aantal downloads van de Einstein Institute website neemt exponentieel toe. Het wordt zo snel overgenomen door andere websites dat het niet te volgen is waar het allemaal naartoe gaat. ‘Misschien willen we dat ook niet weten,’ zegt Raqib. Het internet heeft verspreiding makkelijker gemaakt, maar Raqib is bang dat het mensen ook minder voorzichtig maakt. Ze laat een versie van het boek zien met een valse omslag die iemand tekende om het werkelijke boek te verbergen en zegt: ‘Mensen waren altijd al erg creatief.’ Op de valse omslag wordt een wolf omringt door boze schapen.

Meest besproken

De meest besproken revolutie op dit moment is aan de gang in Syrie. Raqib zegt hierover dat geweld vanuit het regime te verwachten is: ‘Het regime in Syrie heeft wanhopig geprobeerd om het conflict te militariseren omdat ze zo makkelijker de tegenstand kunnen onderdrukken.’ Doordat de Syrische opstand voor het overgrote deel nog steeds geweldloos is kunnen zij volgens Raqib nog steeds winnen. Geweldloos verzet is veel moeilijker te onderdrukken en binnen geweldloos verzet kunnen de opstandelingen ook slimme keuzes maken geeft Jamila aan: ‘Er zijn methodes die kans op directe confrontaties en gewonden minimaliseren. Je kan bijvoorbeeld een staking houden waarbij iedereen thuis blijft, in plaats van recht op de machinegeweren af te marcheren.’

Militair ingrijpen van buitenaf vindt Jamila Raqib ook hier een slecht idee. Deel van de kracht van geweldloos verzet is, ook volgens Gene Sharp, dat mensen het resultaat ‘zelf bereiken.’ Bovendien, zegt Raqib, heeft recent onderzoek uitgewezen dat internationale militaire interventie om burgers te beschermen het geweld op korte termijn juist laat toenemen en burgeroorlogen verlengt.

Persoonlijk

Op de vraag welke revolutionaire beweging op het moment haar aandacht trekt geeft Jamila Raqib een persoonlijk antwoord: ‘Ik ga je een bevooroordeeld antwoord geven: Afghanistan.’ Raqib, geboren Afghaanse, schetst vervolgens de gewelddadige geschiedenis van het land. ‘Ik denk dat de mensen oorlog en geweld zat zijn.’ Maar, inmiddels is er een groep in Afghanistan die Sharps werk bestudeert. Raqib: ‘Dat is zo positief!’

Het verbaast Jamila Raqib dat in de internationale pers niets te lezen is over een grote bijeenkomst die recent werd gehouden in het Oosten, een Jirga. Dit is een oud gebruik waarbij leiders uit het hele land bijeenkomen om over problemen en oplossingen te praten. Voor deze Jirga kwamen ongeveer vijfduizend mensen bijeen. De Pashtun, een etnische groep, deelden een vertaling uit van From Dictatorship to Democracy. Raqib: ‘Er was internationale media aanwezig! Maar toch hoor je er niks over. Het verzet richt zich namelijk niet alleen tegen de Taliban, maar ook tegen de bezetters: de NAVO. Mensen kijken naar Afghanistan  als een veiligheidsprobleem. Buitenstaanders weten niet meer wat ze met het land aan moeten. Wat nou als de mensen het geweld zelf kunnen stoppen? Mensen kunnen heel goed zelf hun problemen oplossen. Laten we ze alleen laten!’

 

Hier kunt u het complete boek From Dictatorship to Democracy vinden. Klik hier voor de trailer van de film.