Vrijdagmiddagborrel: Fotograferen in opdracht van een ngo

Vorige week schreef Vice Versa over de relatie tussen ngo’s en journalisten. De relatie tussen ngo’s en fotografen blijkt nog veel inniger te zijn.  Over de wenselijkheid hiervan vond afgelopen dinsdag een interessant debat plaats. Marc Broere was erbij en reflecteert verder op het onderwerp. ‘Fotografen spelen een enorm belangrijke rol in de beeldvorming van niet-westerse landen en ook in het beeld dat ontwikkelingsorganisaties willen uitstralen. Veel te lang is dit door fotografen niet erkend en vond er te weinig reflectie over dit onderwerp plaats.’

Afgelopen dinsdagavond was ik in een vol Pakhuis de Zwijger bij een bijeenkomst over ‘fotograferen voor ngo’s.’ Ik was geprikkeld door de uitnodiging. ‘In tijden van crisis bij traditionele opdrachtgevers keren steeds meer fotografen zich tot ngo’s (non-governemental organizations). Deze instellingen kunnen visuele ondersteuning van hun werk vaak goed gebruiken. Keerzijde is dat het werken voor ngo’s een groeiende invloed heeft op de fotojournalistiek.’

De avond was een initiatief van Arno Haijtema die voor de Volkskrant over fotografie schrijft en voorzitter is van de Zilveren Camera. Tegen presentator Bahram Sadeghi vertelde hij dat het hem bij een recente campagne van Artsen zonder Grenzen was opgevallen dat de foto’s veel ‘journalistieker’ waren dan normaal. Haijtema stelde zichzelf de vraag: hoe zit het met de vermenging bij fotografen van journalistiek werk en werk in opdracht van ngo’s?

Sluipende verschuiving

Sadegi vroeg of we nu een probleem hebben. ‘Ja’, antwoordde Haijtema. ‘Er bestaan al heel lang contacten tussen ngo’s en fotografen. Daar is niks mis mee en het levert mooi werk op. Toch is er een probleem, namelijk een sluipende verschuiving in de taak van de media die nu door hulporganisaties wordt overgenomen.’

Daarbij stipte Haijtema nog een tweede probleem aan. ‘De houding van ngo’s heeft tot een zekere luiheid van fotoredacties bij kranten en tijdschriften geleid. Waarom spannen we ons nog in om budget voor fotoreportages te vinden als ngo’s het toch wel willen betalen? Fotoredacteuren mogen zich het aantrekken dat ze dit hebben laten gebeuren.’

Defensieve fotografie

Een van de ngo’s die veel opdrachten verstrekt aan fotografen is Artsen zonder Grenzen. De organisatie was de eerste ngo die zelfs een speciale beeldredacteur in dienst nam. Op dit moment is dat Olga Overbeek. Zij vertelde dat het voor haar vooral belangrijk is dat het werk van Artsen zonder Grenzen goed in beeld wordt gebracht door de fotografen die worden ingehuurd. ‘Dat is belangrijker dan de mooie foto. Het mooie plaatje staat op een belangrijke tweede plaats.’ Als fotografen voor Artsen zonder Grenzen op pad gaan, krijgen ze een duidelijke briefing mee over hoe ze het verhaal moeten fotograferen.

Evelien Schotsman is beeldredacteur bij OxfamNovib. Zij vertelde dat er een verschuiving gaande is in de relatie tussen ngo’s en fotografen. In de hoogtijdagen van de ngo-sector waren er veel opdrachten voor fotografen en werden ze ook redelijk vrij gelaten in hun journalistieke keuzes van het soort beelden. Tegenwoordig ligt de ngo-sector echter onder vuur en hebben ze te maken met forse bezuinigingen. ‘Als gevolg daarvan is de fotografie van ngo’s heel defensief geworden en op het voortbestaan van de ngo gericht’, aldus Schotsman.

Spanningsveld

Een bekende en veelvuldig onderscheiden fotograaf, die daarnaast voor verschillende ngo’s werkt, is Chris de Bode. Hij vertelde over het spanningsveld waar hij regelmatig mee te maken heeft. Soms maakt De Bode naast de opdrachtfoto’s voor een ngo ook journalistieke reportages op dezelfde reis, die hij aan kranten en tijdschriften verkoopt. ‘Maar dan word ik toch gevraagd door de ngo of ik mijn contacten bij die krant of dat tijdschrift wil gebruiken om te regelen dat er nog een kadertje over de hulporganisatie bij het verhaal komt.’

Op de vraag of hij hier dan ook gehoor aan geeft, was De Bode stellig: ‘In mijn praktijk kan ik bijna niet anders dan me hiervoor in te spannen.’ Toen Bahram Sadegi hem hier kritisch over doorvroeg, maakte De Bode een duidelijk statement. ‘Kom op zeg, ik werk niet voor een farmaceut. Je werkt voor liefdadigheidsorganisaties. Hoe fout kan dat nu zijn?’

Kijkje in de keuken

Fotografe Marieke van der Velden had in tegenstelling tot De Bode wel met ethische dilemma’s te maken. Ze heeft veel gewerkt voor Unicef, Care, Amref Flying Doctors en Rutgers WPF.  In totaal maakte ze 25 reizen voor ngo’s en zo kreeg ze een uitvoerig kijkje in de keuken van de fondsenwervers van deze organisaties. ‘Ik was van Schiphol tot Schiphol in dienst van de hulporganisatie’, vertelde ze. Sadegi vroeg haar of je als fotograaf een objectief beeld kunt geven van een land als je in dienst bent van een ngo. Van der Velden antwoordde eerlijk: ‘Nee, want de opdrachtgever heeft belangen bij de beelden die ik maak. Ik was voortdurend bezig om langs het alledaagse leven in een land heen te scheuren. In dat alledaagse leven zit voor de ngo namelijk geen urgentie.’

Ze neemt het de ngo’s niet kwalijk. ‘Zij hebben hun legitieme doeleinden. Daar huren ze ons voor in. Het is de fout van de media om deze foto’s vervolgens ook nog als journalistieke foto’s te gebruiken.’

Daar komt bij dat het voor de gemiddelde  Nederlandse lezer bijna niet mogelijk is om foto’s in dienst van de fondsenwerving en journalistieke foto’s uit elkaar te halen. Van der Velden: ‘Het gevolg daarvan is dat het Nederlandse publiek een heel eenzijdig beeldverhaal over Afrika krijgt voorgeschoteld, namelijk dat van honger en ellende. Net als bij het Midden-Oosten altijd bomaanslagen en rouwende familieleden.’

Van der Velden liet een serie prachtige foto’s zien van de alledaagse werkelijkheid in Afrikaanse landen, foto’s die van de ngo’s niet gepubliceerd mochten worden omdat ze niet voldeden aan het beeld dat deze ngo’s van Afrika naar buiten wilden brengen. Inmiddels is ze bewust gestopt met het fotograferen voor ngo’s en komt ze nu pas toe aan het maken van de beelden die ze echt wil maken. Ze illustreerde dat met een prachtige fotoserie over het alledaagse leven in Bagdad.

Op een matje slapen

In een rondetafelgesprek gingen Evelien Schotsman (OxfamNovib), Olga Verbeek (Artsen zonder Grenzen), Sybrand Hekking (Amnesty International) en Robbert Bodegraven (War Child) dieper in op hun beleid ten opzichte van fotografen. Bodegraven nam in het gesprek een duidelijk andere positie in dan zijn tafelgenoten. De voormalige fotograaf, die nu hoofd-communicatie is bij War Child, benadrukte dat ngo’s niet de ambitie moeten hebben om de rol van journalisten over te nemen. Ook geeft War Child geen betaalde klussen aan fotografen. Wel wordt de organisatie regelmatig benaderd door topfotografen die op eigen initiatief het werk van War Child willen fotograferen, zoals Pep Bonet en Robin Utrecht.

‘Dan mogen ze met ons mee, en regelen we dat ze op een matje in onze veldkantoren mogen slapen. Maar meer niet.’

Naast het trieste verhaal van Marieke van der Velden over haar foto’s die ‘verboden’ werden door ngo’s,  was er nog een anecdote die bleef hangen en verteld werd door Sybrand Hekking. Hij vertelde over een Nederlandse topfotograaf die in opdracht van Amnesty International het moeilijke onderwerp van ‘verkrachtingen als oorlogswapen’ in Kongo in beeld moest brengen. Toen Hekking de beelden terugzag, vond hij dat de fotograaf niet het complete verhaal had. De ziekenhuisbeelden ontbraken. En wat bleek na enige doorvragen? De fotograaf had deze ziekenhuisbeelden wel, maar had voor dit deel van het verhaal een aparte opdracht afgesloten met ……Artsen zonder Grenzen.

Is dit hilarisch of eigenlijk schandelijk? In ieder geval ben ik blij dat deze discussie nu ook eindelijk in de wereld van de fotografie wordt gevoerd. Fotografen spelen een enorm belangrijke rol in de beeldvorming van niet-westerse landen en ook in het beeld dat ontwikkelingsorganisaties willen uitstralen. Veel te lang is dit door fotografen niet erkend en vond er te weinig reflectie over dit onderwerp plaats. Ik hoop dat deze uitstekende discussie snel een vervolg krijgt. En misschien werd hier na de pauze al over verder gediscussieerd. Dat kon ik helaas niet meer meemaken, omdat ik wegmoest om op tijd naar het debat in Pauw&Witteman over ontwikkelingssamenwerking te kunnen kijken.

Auteur
Marc Broere

Datum:
30 maart 2012