
Discussiebijeenkomst over Zuid-Soedan: ‘Een nieuw land is als een pasgeboren baby’
Foto: HP De Tijd
Afgelopen woensdag 29 februari organiseerde de Association of European Parliamentarians for Africa (AWEPA) een expert- en discussiebijeenkomst over Zuid-Soedan, ’s werelds jongste land. De focus ging uit naar het vredes- en democratiseringsproces in het land. Nog altijd beïnvloeden spanningen tussen bevolkingsgroepen het dagelijks leven van de Soedanezen. ‘Het nieuwe parlement heeft de expertise van Nederland nodig’, aldus Kon Kelei, voormalig kindsoldaat.
De Van Mierlozaal van de Tweede Kamer zat vol. De aftrap was wat chaotisch: Kathleen Ferrier, Kamerlid voor het CDA en voorzitster van de AWEPA sectie Nederland, kwam te laat en de apparatuur wilde niet meewerken. Kon Kelei, voormalig kindsoldaat uit Zuid-Soedan, beet daarom het spits af en vertelde zijn verhaal over de terugkeer naar zijn geboorteland.
Kon Kelei: ‘De situatie in Zuid-Soedan is vredig. De uitbarstingen van geweld die nu plaatsvinden zijn incidenteel. De problemen die speelden voor het referendum [sluiting referendum 15 januari 2011, red.], zoals veeroof en het afbakenen van tribale gebieden, worden echter nog niet aangepakt. De nieuwe universiteiten gaan niet open en er worden voornamelijk banen gecreëerd voor in het leger.’ Maar het leger in, dat wil Kelei niet. En met hem vele anderen. Kelei stelde in zijn betoog dat de Zuid-Soedanese parlementariërs met andere dingen bezig zijn dan democratisering, terwijl de bevolking bewust en mondig is en graag wil stemmen. Volgens de voormalige kindsoldaat heerst er desalniettemin optimisme in het land. Kelei vraagt daarom Nederland om hulp: ‘Het nieuwe parlement heeft de expertise van Nederland nodig bij het afronden van het vredes- en democratiseringsproces. Het is te vroeg om Zuid-Soedan daarin alleen te laten.’
AWEPA
Vervolgens nam Jan Nico Scholten, erevoorzitter en politiek coördinator Zuid-Soedan van AWEPA (Association of European Parliamentarians for Africa), het woord. ‘AWEPA en de Nederlandse overheid zijn altijd erg toegewijd en aanwezig in Afrikaanse staten die onafhankelijk zijn geworden. Om Zuid-Soedan te ondersteunen gebruiken wij de geleerde lessen uit het verleden en met deze bijeenkomst willen wij bewustzijn creëren bij Nederlandse parlementariërs. AWEPA heeft een bevoorrechte positie bij het nieuwe parlement in Zuid-Soedan. We hebben het vertrouwen van de nieuwe regering, we krijgen ondersteuning vanuit de regio en we hebben de nodige expertise.’ Al met al wilde Scholten ‘Nederland er op wijzen dat we onmisbaar zijn in Zuid-Soedan.’
Paneldiscussie
Kathleen Ferrier, Tweede Kamerlid voor het CDA, gaf vervolgens het woord aan de panelleden. Lotje de Vries, promovendus aan het Afrika Studie Centrum (ASC) in Leiden op het onderwerp staatsopbouw in Zuid-Soedan: ‘We moeten ons voornamelijk focussen op de rol van de parlementariërs in het land. Dit is echter een uitdaging, want er zijn veel spanningen tussen verschillende stammen. Die verdeeldheid zal niet bijdragen aan het vredes- en democratiseringsproces.’
Jort Hemmer, werkzaam als onderzoeker bij Clingendael Conflict Research Unit, reageerde op Kon Kelei. ‘Kelei zei dat het nu vredig is in Zuid-Soedan, maar we moeten realistisch zijn. De samenleving is gefragmenteerd en het is een uitdaging om de spanningen van de verdeeldheid te sussen. Dat is de taak van de Zuid-Soedanese overheid, maar ik vraag me af of deze hiertoe in staat is. De huidige regering bestaat uit het voormalige rebellenleger. Bovendien staan de regels en wetten nu wel op papier, maar de uitvoering en handhaving ervan laat te wensen over. We moeten geduldig zijn en de vorderingen afwachten.’
Monique Vogelaar, trainster bij het International Republican Institute, benadrukte vooral ‘dat de vrouwen van Zuid-Soedan meer invloed moeten krijgen in de samenleving, want zonder de vrouwen zou het land niet onafhankelijk zijn geworden. De vrouwen hebben een erg belangrijke rol gespeeld aan de onderhandelingstafel. Ze speelden bijvoorbeeld een leidende rol in het creëren van connecties en forums voor de oplossing van het interetnische conflict wat resulteerde in een aantal vredesakkoorden.’
Zetje in de rug geven
Na het afronden van de paneldiscussie kwamen er ook aanwezigen uit de zaal aan het woord. Skip Springer, voormalig beleidsadviseur in gender bij het Ministerie van Defensie, merkte op dat Nederland vaak niet geduldig genoeg is om de resultaten van interventie af te wachten. ‘Een nieuw land is net als een pasgeboren baby. Je moet stapje voor stapje afwachten en begeleiden tot het zelf leert lopen.’
Monique Vogelaar van het International Republican Institute: ‘Er moet wel snel iets gedaan worden. Zuid-Soedan heeft daarom een klein zetje in de rug nodig om de maatschappij te organiseren.’ Jort Hemmer haakte daarop in: ‘Ik deel het optimisme van deze avond, maar het is een langdurig en moeilijk proces. Er moet hulp komen om het proces te begeleiden. De bevolking van Zuid-Soedan moet nog de voordelen zien van het leven in vrede.’ Lotje de Vries was het met hem eens. ‘De mensen weten inderdaad niet wat het is om in vrede te leven. Er moet eerst bewustzijn komen voordat zij daarvan kunnen profiteren’, aldus de PhD studente.
De bijeenkomt verliep wat rommelig en er was te weinig tijd om alles te bespreken. Om toch een afsluiting te geven aan de avond concludeerde Chantal Gill’ard, secretaris-generaal van AWEPA: ‘Er is genoeg gezegd om over na te denken. Gelukkig is er vanwege het vredesakkoord een sterke verbintenis tussen Nederland en Zuid-Soedan. Het geeft ons tijd om ons te verdiepen in de problemen en de daarbij horende oplossingen. Er is veel potentie en optimisme in Zuid-Soedan en de Nederlandse en Afrikaanse partners zijn bereid om te assisteren.’