Serie identiteit: ZOA: ‘Het draagvlak is er wel, je moet er alleen aansluiting bij zien te vinden’

Door het nieuwe ontwikkelingsbeleid worden ontwikkelingsorganisaties steeds verder teruggeworpen op de markt. ‘Identiteit’ lijkt hierbij het toverwoord te zijn. Hoe gaan verschillende organisaties hier mee om en investeren ze steeds meer in hun roots? Deze discussie zal de komende jaren een belangrijke rol binnen de NGO-sector spelen en Vice Versa wil actief bijdragen aan dit debat. Om warm te draaien maakte Vice Versa alvast een rondje langs acht medefinancieringsorganisaties. Met vandaag: ZOA.

Door Krista Russchen

De alliantie het ‘Dutch Consortium for Rehabilitation’ met ZOA als penvoerder, kreeg vanuit MFS II ruim 71 miljoen euro toegekend. Weliswaar minder dan de 96 miljoen die ze had ingediend, toch mag ZOA zich gelukkig prijzen: ze gaan er in vergelijking met voorgaande jaren in jaarlijkse subsidie ver op vooruit.

ZOA is een christelijke organisatie die gespecialiseerd is in noodhulp en wederopbouw in Azië en Afrika. In haar werk vormt de Bijbel een belangrijke inspiratiebron en christelijke waarden zijn hét leidmotief binnen de organisatie. ZOA is echter niet gebonden aan een religieus instituut, wel aan een protestants-christelijke achterban. En dit is ook het type achterban dat de organisatie zoekt: christenen zijn de algemene target-groep en daar ontleent de organisatie ook haar bestaansrecht aan.

Een christelijke achterban biedt volgens Ewout Suithoff, hoofd fondsenwerving bij ZOA, voordelen: ‘Christenen zijn goed te mobiliseren, ze vinden het leuk om iets te doen.’ Op de lange termijn ziet hij echter wel een bedreiging ontstaan voor de christelijke organisaties: ‘Waar gaan de christelijke organisaties hun groei vandaan halen?’

Achterban

De achterban is van wezenlijk belang voor de organisatie en Suithoff weet dan ook precies hoe deze eruit ziet: werken in werkgroepen is gebruikelijk en er zijn verschillende commissies die activiteiten organiseren rondom een noodhulpsituatie. Niet alleen bij grote evenementen zoals een opwekkingsconferentie, of een EO-Jongerendag, maar ook op campagne niveau komt dit op verschillende manieren tot zijn recht. Het starten van een comité of actievoeren ten behoeve van een noodhulpsituatie zijn hier enkele voorbeelden van. Herkenbare aspecten van een christelijke achterban, vindt Suithoff: ‘Christenen zijn goed te mobiliseren, ze vinden het leuk om iets te doen.’

ZOA probeert bij deze christelijke achterban aansluiting te vinden. ‘Zonder achterban zouden we er niet zijn en ook niet willen zijn’, aldus Suithoff. Deze aansluiting vindt ZOA door het organiseren van de sponsorloop Walk 4 Water en een terugkomavond rondom de Haïti-campagne. Met deze activiteiten probeert de organisatie haar achterban tevens met mensen in ´het zuiden’ te verbinden. Daarnaast nodigt ZOA de achterban bewust uit om tijd in te zetten voor de organisatie en vraagt hen ook hun netwerk in te zetten: ‘Wij profileren ons als: wij zijn van jullie en jullie kanaal om ontwikkelingshulp te doen in het zuiden. We hebben jullie nodig, qua tijd, qua gebed en qua financiële middelen. Dat zijn de pijlers waarop we staan’, aldus Suithoff.

Het aanspreken van een specifieke achterban kun je volgens Suithoff alleen maar doen als je heel helder bent over je identiteit. ‘Ik vind het heel logisch dat organisaties uitgenodigd worden om vooral te gaan staan voor identiteit en laten zien dat zij vanuit die identiteit een zekere achterban vertegenwoordigen. Zo kun je ook aan de overheid laten zien dat je een zekere achterban vertegenwoordigt’, aldus Suithoff.

Het zal dan ook geen verbazing wekken dat Suithoff zich goed kan vinden in de oproep van staatssecretaris Knapen om als ontwikkelingsorganisatie de banden met de samenleving te versterken. ‘Op het moment dat je alleen maar overheidssteun krijgt, hoe onafhankelijk ben je dan, hoe neutraal ben je?’ Toch wil ZOA zich ook in de toekomst blijven inzetten om overheidssubsidies in de wacht te slepen. Dit om de simpele reden dat een organisatie met meer geld, meer kan doen. Om de onafhankelijke positie van ZOA te waarborgen is het volgens Suithoff belangrijk een balans te vinden tussen de verschillende inkomstenbronnen: ‘Dus zorg voor een goede mix van donoren en als de achterban even hard meegroeit met overheidssteun, nou hup dan gaan we lekker weer voor overheidssteun.’

Groei

Hier ziet Suithoff echter wel een bedreiging voor de lange termijn ontstaan. Hij is van mening dat de vanzelfsprekendheid dat mensen naar een organisatie toe komen verleden tijd is. ‘De waarde trouw, dus je voor langere tijd binden aan een christelijke organisatie, en de vanzelfsprekendheid die over gaat van generatie op generatie, die zijn we kwijt. Waar gaan de christelijke organisatie hun groei vandaan halen? Het zal ergens onze organisatie raken en hoe dat er precies uit gaat zien, weet ik niet. Maar dat wordt nog wel eens spannend.’

Om de spanning te doorbreken wil ZOA mensen vooral blijven prikkelen op een manier die past bij deze tijd. En daar hoort volgens Suithoff een actieve benadering bij. ‘Mensen blijven zoeken, mensen blijven vragen.’ Want de bereidheid in Nederland om iets te doen voor het goede doel is er volgens Suithoff wel. ‘Zorg alleen dat je aansluiting vindt bij een type activiteiten dat bij de achterban leeft.’

Groeimogelijkheden ziet Suithoff vooral onder de doelgroep tot veertig jaar. ZOA gaat de komende beleidsperiode dan ook inzetten op die groep: deels om ‘high potentials’ te zoeken, deels om die specifieke doelgroep aan te schrijven als onderdeel van de achterban. Suithoff: ‘We zullen ons de komende jaren vooral gaan richten op werk in kerken, werk in scholen, afgestudeerden de gelegenheid bieden om bij ZOA via een traineeship aan de slag te gaan om uiteindelijk bij ZOA aan het werk te kunnen.’ Want de absolute groei moet wat Suithoff betreft uit de bestaande christelijke achterban komen: “Houd wat je hebt en blijf investeren in je bestaande achterban en ga niet proberen uitstapjes te maken.’

Aanstaande vrijdag komt Krista’s volgende blog.

Krista Russchen volgt momenteel de master Religie in de Moderne Wereld aan de Rijksuniversiteit te Groningen. De tour langs de verschillende ontwikkelingsorganisaties is onderdeel van haar afstudeerproject en de stage die ze bij Vice Versa heeft gelopen. Op dit moment werkt ze aan haar afstudeerscriptie waarin ze dit onderwerp verder zal uitdiepen en waarin ze zich voornamelijk zal bezighouden met organisaties die een religieuze achtergrond hebben. Tips en suggesties zijn van harte welkom op kristahrusschen[a]hotmail.com

Auteur
Krista Russchen

Datum:
02 november 2011
Categorieën: