
Opinie: Knapen steeds sterker in zijn rol
Afgelopen maandag vond het Wetgevingsoverleg Ontwikkelingssamenwerking plaats in de Tweede Kamer. De verschillende woordvoerders van de politieke partijen kruisten de degens met staatssecretaris Ben Knapen. Marc Broere, hoofdredacteur van Vice Versa, volgde het debat en kon maar één conclusie trekken: Ben Knapen deed het net als in eerdere debatten wederom uitstekend.
Met veel interesse heb ik afgelopen maandag het wetgevingsoverleg over ontwikkelingssamenwerking gevolgd. En ik zeg het eerlijk: ik was onder de indruk van het optreden van staatssecretaris Ben Knapen. Hij stak vond ik met kop en schouders boven de rest uit. De belangrijkste conclusie van het debat, dat zeven-en-half uur duurde, was wat mij betreft dat de staatssecretaris inhoudelijk echt op een hoger niveau praat dan de Tweede Kamerleden die ontwikkelingssamenwerking in hun portefeuille hebben. Knapen heeft een helikopterview over de hele hulparchitectuur, terwijl de Kamerleden vaak blijven steken met vragen en opmerkingen over hun favoriete landen of speerpunten, zoals noodhulp, gender en SRGR. Het lukt de Kamerleden niet om een echte verdiepingsslag te maken in het debat, iets dat Knapen in toenemende mate wél lukt.
Positieve uitzondering
Een positieve uitzondering was GroenLinks-woordvoerder Arjan el Fassed die met zijn verhaal over de public bads (de schade die ontwikkelingslanden oplopen door een gebrek aan coherent beleid van Nederland) zijn unique selling point in het debat gevonden heeft. Met zijn sterke verhaal wist hij Knapen ook meteen op een positieve manier te prikkelen. De staatssecretaris vond dat El Fassed ‘iets intrigerends bij de hand had’ en wil als er goede methodieken zijn om dit te meten hier graag mee verder gaan.
Met El Fassed heeft Knapen ook een boeiende tafelgenoot. Hij schreef het veelbesproken boek ‘Niet iedereen kan stenen gooien.’ En door dit soort mensen wordt Ben Knapen, die zelf ook een intellectueel is, geprikkeld.
Ook tijdens het Eerste Kamerdebat over ontwikkelingssamenwerking, eerder dit jaar, viel het al op dat Knapen vooral sterk inhoudelijk van gedachten kon wisselen met Eric Smaling. De SP-senator is tevens hoogleraar duurzame landbouw en eveneens een auteur van boeken. Ook voor Cordaid-directeur René Grotenhuis schijnt Knapen een zwak te hebben. Niet verwonderlijk staat Grotenhuis bekend als dé intellectueel van de sector en heeft hij zijn visie op de toekomst van de Nederlandse ontwikkelingssamenwerking beschreven in twee boeken en in een recent uitgebrachte notitie over het nieuwe beleid van Cordaid.
Het valt me op dat de staatssecretaris in zijn rol als voor ontwikkelingssamenwerking verantwoordelijke bewindspersoon aan het groeien is. In het begin was er veel scepsis. Wie is die man? Hij heeft toch niets met ontwikkelingssamenwerking? De basisbrief en de focusbrief die Knapen lanceerde maakte het er niet beter op, omdat de inhoudelijke onderbouwing van de beleidskeuzes ontbrak.
Geen politieke gehaaidheid
Enerzijds profileert Knapen zich als iemand die ingehuurd is om een klus te doen. Ook dinsdag sprak hij weer over ‘een project’ dat hij tot een goed einde moet brengen. Een heel ander verhaal dan vorige bewindspersonen op dit terrein voor wie ontwikkelingssamenwerking ook een missie was. Knapen heeft de opdracht uit het regeerakkoord om te bezuinigen en om accentverschuivingen aan te brengen en dat probeert hij met minder middelen zo effectief mogelijk te doen. Verder is hij duidelijk ook geen man die de politieke gehaaidheid heeft van Verhagen, Bleker of Rosenthal. Ik geloof absoluut dat Knapen in politieke onderonsjes met deze collega’s het onderspit delft.
Maar Knapen is wel een man die zijn dossier ondertussen goed in de vingers heeft, die zijn beleid het afgelopen jaar moeiteloos door de Kamer heeft geloodst en die fier overeind blijft in politieke debatten. Uitgerekend op de Afrika-dag van de Evert Vermeer Stichting, het OS-bastion van de PvdA, gaf Knapen zijn visie op de internationale hulparchitectuur. Een toespraak waarvoor hij gisteren in het Kamerdebat nog een keer lof kreeg toegezwaaid van D66-woordvoerder Wassila Hachchi. Het tekent de inhoudelijke groei die hij doormaakt.
Langdradig
Soms kan hij langdradig zijn of moeilijke vragen omzeilen door te zeggen dat hij ‘er nog op terugkomt’, maar wanneer het over de echt belangrijke politieke zaken als publieke mondiale goederen gaat, of de internationale hulparchitectuur, dan is er vrijwel geen Kamerlid in staat om op niveau een discussie met hem hierover aan te gaan. Dan lijkt de kennis van onze woordvoerders ontwikkelingssamenwerking tekort te schieten. En dan is vragen om meer geld voor SRGR of Burkina Faso op de landenlijst houden inderdaad veel eenvoudiger. Maar het lijken wel in toenemende mate twee compleet verschillende werelden te zijn. En de wereld van Ben Knapen vind ik dan een stuk interessanter.
Na ruim een jaar Knapen is er zeker veel aan te merken op zijn beleid. Bovendien verkeert ontwikkelingssamenwerking in een hoogst onzekere politieke situatie. Maar in dat krachtenveld en dat politieke spel, waar Knapen zich weinig mee lijkt te bemoeien, is hij op zijn eigen vakgebied wel in toenemende mate interessant bezig.
Binnen afzienbare tijd wordt ook een discussiestuk van Knapen over de toekomst van het MFS-stelsel verwacht. Ik hoop van harte dat de ontwikkelingssector één ding vooral niet gaat doen, namelijk zeuren. Wat ze beter kunnen doen is de uitdaging aangaan voor een verdiepend gesprek. Daarmee, zo blijkt, kun je Knapen het beste prikkelen.
.