
Vrijdagmiddagborrel: vreemde eend in de bijt
Foto: Lukas Kramer
Iedere vrijdagmiddag laat Vice Versa de revue in de sector passeren. Deze week onze nieuwe stagiair Jeroen Aerts over zijn eerste weken in de sector: ‘Ontwikkelingssamenwerking, ik had er wel een paar keer van gehoord.’
Een vreemde eend in de bijt, zo voel ik me soms in de ontwikkelingssector. Vandaag is mijn elfde dag in deze wereld, onbeschroomd kwam ik de sector binnen en nu begin ik me te nestelen.
Vreemd
Menig redactielid keek vreemd op toen ik voor het eerst plaatsnam achter een bureau op de redactie. ‘Een mannelijke stagiaire? Dat is lang geleden.’ En helemaal al toen ze mijn achtergrond hoorde, hbo-journalistiek en niet ontwikkelingsstudies of iets in die richting.
Ontwikkelingssamenwerking, ik had er wel een paar keer eerder van gehoord. Van de straatverkopers van Unicef tot aan de collectes aan mijn deur van Warchild. En bij het vak duurzaamheid vertelde mijn docent iets over de millenniumdoelen en de 0,7 norm van Tinbergen. En had ik niet de achterkant van het boek Dead Aid van Dambisa Moyo een keer gelezen?
Mijn docent duurzaamheid is journalist bij een landelijke krant. Hij deed een memorabele uitspraak een keer tijdens zijn college: ‘Ik heb ooit iets geschreven over duurzaamheid en nu ben ik de expert op dat terrein bij de krant.’
Toren van Broere
‘Als je dit leest en dit rapport en dit boek’, zegt hoofdredacteur Marc Broere terwijl hij een papieren toren voor mijn neus bouwt. Het is mijn eerste dag. Vol goede moed begon ik ’s ochtends met de uitspraak van mijn docent in mijn hoofd. Al snel krijg ik door dat een vakblad meer kennis vergt dan de krant waarvoor hij werkt. Of is de wereld van de ontwikkelingssamenwerking veel ingewikkelder?
Gedreven en hongerig naar kennis bouw ik de toren van Broere af. Een nieuwe wereld van jargon vol afkortingen opent zich, MFS-2, PPP, MOL, ORET, VMP, ITUC etc.. Een paar dagen verder op mijn eerste bijeenkomst in de sector herken ik al veel dingen die ik heb gelezen en als ik later iemand interview, dan zeg ik: ‘Het is mijn derde dag, waar staat deze afkorting voor?’
Ik ontferm me over steeds meer kennis van de sector. Maar al snel duikt het volgende probleem op, de veelzijdigheid van de sector, de verscheidenheid aan meningen en bovenal de belangen.
Belangen
Inmiddels heb ik een aantal mensen uit de top 40 meest invloedrijke os’ers gesproken. Ik hoorde een verscheidenheid aan meningen en op het eerste oog zijn ze bijna altijd logisch onderbouwd. Als journalist zoek ik altijd daarom naar de belangen die de persoon drijven. Wat wil deze persoon bereiken met zijn verhaal, wat is zijn belang om mij dit te vertellen?
Ik neem u mee op een uitstapje naar een achterkamertje in Den Haag. Twee dames, een fractiemedewerkster en een lobbyiste. Goed bevriend, beiden actief voor verschillende belangen. Er hangt een informele sfeer, maar ondertussen wisselen ze veel belangrijke informatie uit. Als journalist heb ik ook mijn belangen. Ik wil tips voor artikelen en informatie die ik normaal niet mag horen. Ik stel een directe vraag naar de dingen die ik wil weten, de lobbyiste kijkt me als een leraar aan, ‘dat was te direct’, maar kort daarna krijg ik het antwoord impliciet overhandigd.
Even later kijk ik terug op de bijeenkomst. Inmiddels heb ik mijn eigen belangen ontwikkeld. Waar ik een paar weken geleden als vreemde eend in de bijt binnenkwam, zonder echte kennis en belangen in de sector, integreer ik nu steeds meer in de sector. Afgelopen week maakte ik een portret over de politiek assistent van Knapen voor de Knaak van Knapen. Daarvoor moest ik een uitgestrekt netwerk van informanten creëren, dat nog steeds met de dag groeit voor het volgende portret. Natuurlijk valt er nog een hoop te leren over de sector, maar dit eendje begint zich te nestelen.
Jeroen Aerts (20) is redactiestagiaire bij de Vice Versa. Hij zit in het laatste jaar van zijn opleiding Journalistiek.