
Tweede Kamer loopt in Afrika warm voor hete politieke herfst
Vlak voor de start van het nieuwe politieke jaar, waarin belangrijke beslissingen genomen zullen worden over bezuinigingen op ontwikkelingssamenwerking, bezoekt een delegatie van de Tweede Kamer deze week Mozambique en Kenia. Nederlandse ontwikkelingsprojecten en de hongersnood in de Hoorn van Afrika zijn de belangrijkste thema’s van de reis. Wat komt er allemaal kijken bij de organisatie van een werkbezoek? Vice Versa nam een kijkje achter de schermen.
De vaste commissie voor Buitenlandse Zaken van de Tweede Kamer brengt één à twee keer per jaar een werkbezoek aan het buitenland. Doel van zo’n bezoek is om beter zicht te krijgen op de bilaterale relaties van Nederland.
Dit jaar dus in Kenia en Mozambique, waar de nadruk zal liggen op ontwikkelingssamenwerking. De parlementariërs zullen verschillende projecten bezoeken en met eigen ogen zien wat de effecten zijn van het Nederlandse ontwikkelingsbeleid.
Vol programma
De griffie van de commissie is de spin in het web bij de organisatie van het bezoek. Josine Wiskerke, adjunct-griffier van de commissie en verantwoordelijk voor de organisatie van het werkbezoek: ‘Wij zorgen vooral voor de coördinatie. De delegatie zelf beslist over het programma, de ambassades organiseren de daadwerkelijke bezoeken aan de projecten, en wij zorgen er voor dat de juiste informatie op de juiste plek terecht komt.’
Bij het werkbezoek zijn ook ontwikkelingsorganisaties betrokken. Zo zal de delegatie een bezoek brengen aan projecten van SNV en het Netherlands Institute for Multiparty Democracy (NIMD). Wiskerke: ‘Organisaties nemen ook vaak zelf het initiatief om ons te benaderen als ze lucht krijgen van een aanstaand werkbezoek. De Kamerleden maken uiteindelijk een keuze in afstemming met de ambassade die bekijkt wat praktisch mogelijk is.’
De delegatie kan rekenen op een drukke anderhalve week. In Mozambique zullen ze met UNICEF een veldbezoek brengen aan onder meer een sociaal kinderbeschermingsprogramma in Beira.
Water, één van de speerpunten van het Nederlands ontwikkelingsbeleid in Mozambique, speelt ook een belangrijke rol. De Kamerleden zullen onder meer een waterdistributiecentrum aandoen dat ondersteuning kreeg van het infrastructurele Chicambaproject, gefinancierd door het ORET-programma en de Nederlandse Ambassade.
In Kenia spreken de Kamerleden met de voornaamste partners uit het maatschappelijk middenveld over de huidige politieke situatie in het land. Daarnaast bezoeken ze onder meer een rozenplantage die mede gefinancierd is door het 2g@there-instrument van de EVD en een zuivelcoöperatie die samenwerkt met SNV om de melkproductie en bedrijfsvoering te optimaliseren.
In beide landen ontmoet de delegatie de ministers van Buitenlandse Zaken, parlementsleden en internationale donoren.
Hongersnood
Door de recente ontwikkelingen in de Hoorn van Afrika is het programma in Kenia op het laatste moment aangepast.
‘De nadruk komt in Kenia te liggen op de hongersnood en vluchtelingenproblematiek. Eigenlijk zouden de Kamerleden in Nairobi blijven, maar ze zullen nu ook naar Dadaab gaan en daar het vluchtelingenkamp bezoeken’, aldus Wiskerke. ‘Ook in gesprekken met ministers, parlementsleden en organisaties ter plaatse zal de hongersnood hoogstwaarschijnlijk een rode draad zijn.’
Delegatie
Henk Jan Ormel (CDA) is delegatieleider, omdat de voorzitter (Nebahat Albayrak) en vice-voorzitter (Alexander Pechtold) van de commissie die deze taak normaal gesproken op zich zouden nemen andere verplichtingen hebben. ‘De heer Ormel heeft als oud-voorzitter van de commissie veel ervaring in de rol van delegatieleider’, zegt Wiskerke.
In principe gaan alle woordvoerders ontwikkelingssamenwerking mee met het werkbezoek. Ewout Irrgang laat deze reis echter aan zich voorbij gaan, omdat hij in mei nog een bezoek bracht aan Kenia met een delegatie van de SP. Ook ChristenUnie, SGP en de Partij voor de Dieren hebben besloten niet deel te nemen. Naast Henk Jan Ormel zal ook Kathleen Ferrier namens het CDA deelnemen aan het werkbezoek.
Verder zullen Ingrid de Caluwé (VVD), Sjoera Dikkers (PvdA), Wassila Hachchi (D66), Arjan El Fassed (GL) en Johan Driessen (PVV) aan het werkbezoek deelnemen.
Landenkeuze
Waarom is eigenlijk gekozen voor Kenia en Mozambique? ‘De delegatieleden moeten gezamenlijk bepalen waar het werkbezoek plaatsvindt. Daar gaat dus wat discussie aan vooraf’, zegt Wiskerke.
‘Uiteindelijk is gekozen voor deze twee landen, omdat het allebei partnerlanden blijven. Daarnaast hebben ze een verschillend profiel.’ Mozambique is een zogenaamd profiel 1 land met lage inkomsten waar ontwikkelingssamenwerking een grote rol speelt, terwijl Kenia onder profiel 3 valt: de hulp zal verder afnemen omdat de verwachting is dat het steeds meer in staat zal zijn de eigen ontwikkeling vorm te geven.
Ten slotte speelde ook een praktisch argument mee. Wiskerke: ‘De landen moesten natuurlijk wel in één bezoek te combineren zijn.’
Het werkbezoek aan Kenia en Mozambique vindt plaats tussen 20 en 29 augustus.