
Hulpverlening in Somalië is moeilijk, maar niet onmogelijk
Foto: Michael Goldfarb / MSF
Deze week geen vrijdagmiddagborrel, maar een opiniestuk van Arjan Hehenkamp, directeur van Artsen zonder Grenzen. Hulpverlening in Somalië is moeilijk maar niet onmogelijk, betoogt hij. De hulpverlening moet professioneel, onafhankelijk en neutraal zijn.
Door Arjan Hehenkamp, directeur van Artsen zonder Grenzen
Het is crisis in de Hoorn van Afrika. We zien dagelijks de beelden van vluchtelingen in Kenia en Ethiopië.
Maar de meest urgente noodsituatie bevindt zich in Somalië, waar het aantal ondervoede, zieke kinderen met de dag stijgt. De bevolking van Somalië kampt met een tragische opeenhoping van langdurig onheil, waarbij oorlog, onveiligheid en gebrekkige hulp resulteren in een chronische noodsituatie van de ergste soort.
De huidige droogte doet hier nog een stevige schep bovenop. Het droevige resultaat zien wij nu: wijdverspreide honger en ondervoeding die tienduizenden Somaliërs huis en haard doet verlaten op zoek naar voedsel en veiligheid. Honderdduizenden Somaliërs verblijven in vluchtelingenkampen als het Keniase Dadaab en het Ethiopische Dolo Ado. Het is echter belangrijk te beseffen dat hun rampspoed niet alleen aan droogte en onveiligheid te wijten is, maar ook aan politieke keuzes van Somalische strijdende partijen, buurlanden en de internationale gemeenschap.
Beperkt toegang geven
Zo kiest Al Shabaab, één van de belangrijkste milities van Somalië, ervoor om internationale organisaties en internationale hulpverleners slechts beperkt toegang te geven tot gebieden die zij in handen heeft. Dit vanuit haar eigen radicale overtuigingen, maar ook vanwege vrees voor militaire infiltratie en gepolitiseerde hulp.
Vervolgens voeren Kenia en Ethiopië, uit angst voor terreuraanslagen, een actief ontmoedigingsbeleid ten aanzien van Somalische vluchtelingen, met streng bewaakte grenzen en een ondermaatse capaciteit in de officiële vluchtelingenkampen. Dit betekent dat de vluchtelingen, nadat ze alles hebben geriskeerd om Somalië te verlaten, slechts op een beperkt aantal plekken in Kenia and in Ethiopië assistentie kunnen vinden, wat hun tocht nóg langer en gevaarlijker maakt.
Foto: Michael Goldfarb/MSF
En tóch komen ze, verzwakt en uitgeput als ze zijn: één op elke drie kinderen lijdt aan acute ondervoeding. Eindelijk aangekomen duurt het veelal maanden voordat ze als vluchteling geregistreerd worden, met als gevolg dat ze langdurig van broodnodige hulp verstoken blijven.
Ten derde heeft het feit dat Al Shabaab als een terroristische organisatie wordt aangemerkt ertoe geleid dat westerse overheden en donoren strikte voorwaarden aan humanitaire hulp in Somalië hebben gesteld, waardoor deze uit Al Shabaab gebieden werd teruggetrokken. De angst dat er geld bij een terroristische organisatie terechtkomt heeft daarmee een remmende werking op hulp aan mensen die deze dringend nodig hebben.
Een tergende houdgreep
Gevoed door politiek belang en wederzijds wantrouwen houden Al Shabaab, de buurlanden en de internationale gemeenschap elkaar in een tergende houdgreep. Het gevolg is honger en ellende. De huidige hulp is ontoereikend en mensen gaan onnodig dood. Het bieden van effectieve medische en humanitaire noodhulp is daarom juist nu en in deze situatie van het allergrootste belang. Natuurlijk onderkent Artsen zonder Grenzen dat er grote politieke belangen gemoeid zijn met Somalië, maar deze zorgen ervoor dat er onnodig mensenlevens verloren gaan.
Om dit te voorkomen moet de hulpverlening professioneel, onafhankelijk en neutraal zijn. Al Shabaab moet deze hulp gaan toelaten en internationale hulpverleners van Artsen zonder Grenzen toestaan. Artsen zonder Grenzen werkt al sinds 1991 onafgebroken in Somalië en is nu ook ter plaatse actief, maar alleen met Somalische staf. Om onze huidige activiteiten op grote schaal uit te breiden hebben onze toegewijde en capabele Somalische medewerkers de expertise en coördinatie van ervaren, buitenlandse hulpverleners nodig.
De internationale gemeenschap moet het recht bevorderen dat Somalische burgers hun eigen land vanwege oorlog en rampspoed kunnen ontvluchten. Dat betekent dat Kenia en Ethiopië hun grenzen open moeten stellen, en dat deze landen genereus geholpen moeten worden.
Ten laatste moet het Westen beperkingen gaan opheffen zodat de broodnodige hulp aan de Somalische bevolking kan worden gegeven. Ook aan mensen die in gebieden leven onder de heerschappij van Al Shabaab.
Noodzaak en urgentie groot
Dat hulp in Somalië moeilijk is, trek ik niet in twijfel. In 1992 heb ik met eigen ogen de gevolgen van een burgeroorlog en een schreeuwend tekort aan voedsel in Somalië aanschouwd. Ook toen was hulpverlening moeilijk, gevaarlijk en gecompliceerd. Maar het was niet onmogelijk en we hebben vele tienduizenden van een zekere dood gered. In 2011 is hulpverlening in Somalië zeker niet makkelijker geworden. Maar de noodzaak en urgentie is groot: honderdduizenden hebben nú hulp nodig. Die hulp is mogelijk: de teams van Artsen zonder Grenzen bewijzen dit elke dag opnieuw. Juist omdat hun situatie zo nijpend en gevaarlijk is verdienen de Somaliërs grootse inspanningen en effectieve noodhulp, los van welke politieke agenda dan ook. Noodhulp is noodzaak. Zeker nu en zeker in Somalië.
Foto: Yahya Dahiye/MSF