Geweld in Libië herinnert aan gevolgen van ongecontroleerde wapenhandel

Het geweld in het Midden Oosten herinnert aan de problemen van ongecontroleerde wapenhandel, waardoor ook wapens uit Nederland in de verkeerde handen vallen.  Zo leverde Nederland M-113 pantservoertuigen en Chinook helikopters, of onderdelen ervan, aan de autoriteiten van Tripoli en Bahrein. Deze autoriteiten zetten de afgelopen weken hun wapens in tegen hun protesterende burgers.

Afgelopen dinsdag stelden de organisaties Novib, Amnesty, Campagne tegen Wapenhandel en IKV Pax Christi de Nederlandse wapens in Libië aan de orde in een opinieartikel in de Volkskrant. In dit artikel stellen zij dat de Nederlandse overheid kleur moet bekennen door geen wapens meer te leveren aan ondemocratische regimes zoals Libië. Niet alleen levert Nederland wapens aan deze regimes, ook worden wapens van bondgenoten ongecontroleerd over Nederlands grondgebied vervoerd. Op deze manier werkt Nederland mee aan het leveren van wapens aan regimes waarvoor de Nederlandse regering zelf een vergunning zou weigeren.

Na gezien te hebben hoe ook Nederlandse wapens worden ingezet tegen opstandige burgers in Libië, kwam een wapenembargo tegen dit land tot stand. De organisaties noemen dit ‘mosterd na de maaltijd.’ Zij pleiten voor een zorgvuldige risicoanalyse voordat wordt overgegaan tot wapenhandel. In de risicoanalyse moet worden gekeken naar de kans dat te leveren wapens worden ingezet bij mensenrechtenschendingen.  Dit idee komt overeen met Europese afspraken waarbij de regel is dat landen een wapenexportvergunning moeten weigeren als risico bestaat dat de goederen worden gebruikt voor schendingen van mensenrechten of internationaal humanitair recht. Het lijkt er op dat deze afspraken in Europa zelf niet worden nageleefd. Verschillende EU-landen  leverden samen vanaf 2009  € 343,7 miljoen aan wapens aan Libië.

Niet alleen de Nederlandse overheid  wordt op de vingers getikt door de Nederlandse organisaties, ook banken worden gewezen op hun bijdrage aan wapens in Libië. Oxfam Novib publiceerde een artikel op de website waarin investeringen van ING en Robeco in wapenbedrijven worden bekritiseerd. Uit praktijkonderzoek in 2009 voor de Eerlijke Bankwijzer en IKV Pax Christi blijkt dat ING en Robeco nog altijd investeren in bedrijven die in recente jaren wapens hebben geleverd aan Libië. Hoewel beide banken hun wapenbeleid hebben verbeterd, gaan deze verbeterpunten volgens de Eerlijke Bankwijzer niet ver genoeg. Peter Ras van de Eerlijke Bankwijzer zegt hierover; ‘Fatsoenlijke banken investeren niet in bedrijven die wapens leveren aan dictators. Het maakt hierbij niet uit of het om investeringen met eigen geld of met geld van klanten gaat. En banken moeten niet wachten tot trage instituties als VN of EU een embargo instellen.’

In Europa, Nederland en het bedrijfsleven kan nog een hoop gedaan worden om ervoor te zorgen dat wapens niet in handen komen van regimes die deze wapens gebruiken bij mensenrechtenschendingen. Dat kunnen we concluderen uit de verschillende berichten die de afgelopen weken opduiken naar aanleiding van het geweld in het Midden-Oosten en Noord-Afrika. Het zou de Nederlandse betrokkenheid bij militair ingrijpen in Libië sieren als het daar geen eigen wapens zou tegenkomen. Daarvoor is het nu te laat. Vandaar dat Oxfam Novib terecht het Nederlandse wapenbeleid bekritiseert en pleit voor strengere regulering van wapenexport, zowel op Europees niveau als door een mondiaal wapenhandelsverdrag. Niet handelsbelangen maar mensenrechten moeten prioriteit zijn in het wapenbeleid van bedrijven en overheden.

Bronnen: