
Janneke Juffermans: We moeten de inspirerende voorbeelden niet kwijtraken
Janneke Juffermans was vorige week bij de uitreiking van de Kinderrechtenvredesprijs. Terwijl de prijs werd uitgereikt dacht ze na over het nieuwe beleid van staatssecretaris Ben Knapen. ‘Ik ben bang dat met de huidige plannen het beeld van mensen in ontwikkelingslanden weer wordt teruggebracht tot mensen die slachtoffer zijn of mensen die een potentiële afzetmarkt vormen.’
Precies een week geleden was ik bij de uitreiking van de kinderrechtenvredesprijs. Deze prijs, zes jaar geleden in het leven geroepen door Marc Dullaert van Kidsrights, kent een groeiende belangstelling. Elk jaar ontvangt een kind dat zich op uitzonderlijke wijze heeft ingezet voor de rechten van kinderen, de prijs uit handen van een laureaat van de Nobel prijs.
Francia, een meisje van zestien levend en in de Bateys ( arme wijken met bewoners van Haitiaanse afkomst) uit de Dominicaanse republiek, had geen geboortecertificaat en dreigde daarvoor van school gestuurd te worden. Ze wilde ongelooflijk graag leren – ze wil architect worden- en heeft erg veel moeite moeten doen om dat certificaat toch te bemachtigen. Sindsdien helpt ze andere kinderen en hun ouders bij het verkrijgen van een certificaat. Ze gaat met ze naar de rechter, helpt het formulier invullen, ziet erop toe dat het goed gedaan is en dat het kind en diens familie niet door de rechter gediscrimineerd worden, omdat dat risico bestaat vanwege hun minderheidspositie.
Kracht van kinderen niet onderschatten
In de Ridderzaal ontving ze, in een prachtige witte jurk met rode en blauwe accenten, de prijs uit handen van Rigoberta Menchú Tum, een Guatemalteekse mensenrechtenactiviste die in 1992 op 33 jarige leeftijd de Nobelprijs voor de vrede ontving. Er waren al veel speeches geweest. Minister Uri Rosenthal van Buitenlandse Zaken haalde via een video de traditie van Nederland op het gebied Internationale Juridische Orde en Het Internationaal Gerechtshof aan en plaatste de prijs in een vergelijkbare traditie. Gerdi Verbeet, voorzitter van de Tweede Kamer, zei dat we de kracht van kinderen niet moesten onderschatten en refereerde aan Anne Frank wiens dagboek zoveel invloed heeft gehad wereldwijd. Alles bij elkaar was het erg ontroerend, zeker ook de speech van Francia, die straalde van trots en in een interview met me vertelde dat ze gehuild had van blijdschap toen ze hoorde dat ze de prijs won.
Ondertussen, bijvoorbeeld tijdens de muziek van Karel Craayenhoff en zijn band, dacht ik na over de plannen van staatssecretaris Ben Knapen. Korten op onderwijs komt enigszins wrang over als je bedenkt dat dit nu is waar Francia zo ontzettend graag aan wilde deelnemen en gebruik van wilde maken. Net zoals zoveel andere kinderen met haar.
Inspirerende voorbeelden
Bovendien vroeg ik me af of de plannen niet ook zouden leiden tot een verschraling van het gezicht van ontwikkelingssamenwerking in Nederland. Zeker omdat er zo grondig gekort gaat worden op de NGO’s die juist werken met mensen zoals Francia. Het multilaterale en bilaterale kanaal speelt zich op een ander niveau af, een niveau waarin het steunen van krachtige individuen en lokale gemeenschappen minder centraal staan. De inspirerende voorbeelden, waar blijven die met de plannen van Knapen? De jonge ondernemers die zelf een handeltje hebben opgezet, de kinderen zoals Francia die zich inzetten voor andere kinderen. Ze zijn er wel, maar krijgen wij ze ook nog te zien? Als ons eigenbelang, groei én armoedebestrijding richtinggevend worden, lijkt het alsof het gaat om het ledigen van de ergste nood en creëren van goede voorwaarden voor economische groei.
Terwijl ontwikkelingssamenwerking mijns inziens juist ook gaat om het versterken en faciliteren van de kracht van mensen, zodat deze zich kan uitbreiden en anderen kan bereiken, net zoals bij Francia is gebeurd. Deze mensen inspireren en laten zien hoe je in moeilijke omstandigheden je kracht kunt aanwenden om het voor jezelf en anderen beter te maken. Ik ben bang dat met de huidige plannen het beeld van mensen in ontwikkelingslanden weer wordt teruggebracht tot mensen die slachtoffer zijn of mensen die een potentiële afzetmarkt vormen. Dat zou jammer zijn, omdat we daarmee ook de inspirerende en mooie voorbeelden kwijtraken. Misschien moeten we binnen Vice Versa een serie maken van mensen die iemand beschrijven die hen heel sterk geïnspireerd heeft in hun werk als ontwikkelingswerker. Gewoon om de verschraling tegen te gaan!