
Edukans: Bezuinigen op onderwijs is kapitaalvernietiging
Edukans, een ontwikkelingsorganisatie op het terrein van onderwijs, is in actie gekomen tegen de geplande bezuinigingen op onderwijs. Ook daagt de organisatie staatssecretaris Ben Knapen uit met een aantal prangende vragen. Een opiniebijdrage.
De brief van Global Campaign for Education, waar Edukans onderdeel van uitmaakt, aan onze Tweede Kamer fracties was er één met een duidelijke boodschap. ‘Wanneer Nederland als kampioen-EFA (Education for All) het uitgerekend nú laat afweten op het gebied van onderwijs betekend dit kapitaalvernietiging, maakt het van Nederland een onbetrouwbare donor en betuigd het van slecht rentmeesterschap.’ Dat onderwijs niet relevant is voor de nieuwe ‘zelfredzaamheid’ en ‘economische ontwikkeling’ vinden zij klingklare onzin.
Onderwijs, meer dan persoonlijke ontwikkeling.
Het GCE benadrukt het feit dat onderwijs niet alleen van belang is voor de persoonlijke ontwikkeling, maar ook het fundament is voor een sociale, democratische samenleving en economische groei.
In het als leidraad gebruikte WRR-rapport, ‘Minder pretentie, meer ambitie’, wordt volgens GCE zonder gedegen onderzoek geconcludeerd dat onderwijs niet of nauwelijks bijdraagt aan economische ontwikkeling.
Dit terwijl er volgens de onderwijsvoorvechters wel degelijk in honderden studies een positief verband tussen onderwijs en economische groei is aangetoond. Zo noemen zij in de brief enkele ontwikkelingen met onderwijs als katalysator:
1) Geen enkel land heeft ooit stabiele en snelle economische groei bereikt zonder dat tenminste 40% van de volwassenen kon lezen en schrijven.
2) Een volwassene die basisonderwijs heeft gevolgd, verdient vaak 50% meer dan iemand die nooit naar school is geweest.
3) Een jaar onderwijs kan het inkomen dat mensen later in het leven verdienen met 5 tot 15% doen stijgen, voor meisjes zelfs nog meer.
4) ‘Basic education’ is ook een onmisbare factor voor succesvol beleid op andere, voor de regering prioritaire beleidsterreinen, zoals voedselveiligheid, landbouw, water en vrede en veiligheid. Zo is een boer(in) met vier jaar basisonderwijs gemiddeld 9% productiever dan een ongeschoolde boer(in).
5) Voorzieningen voor veilig drinkwater hebben pas echt effect, wanneer ze gepaard gaan met adequate educatie over het belang van hygiëne. In fragiele staten is onderwijs een belangrijk instrument voor verzoening en wederopbouw.
6) Ook doelstellingen als vermindering van de kinder- en moedersterfte en bestrijding van de HIV en AIDS vallen niet te bereiken zonder investeringen in ‘basic education’. Kinderen van moeders die onderwijs hebben gevolgd zijn beter gevoed en gezonder.
7) Meisjes die langer naar school gaan trouwen later en krijgen minder kinderen.
Vragen aan Knapen
Edukans heeft veel vragen met betrekking tot de Kamerbrief van staatsecretaris Ben Knapen. Dat hij onderwijs zomaar wegschuift wanneer te spreken over thema’s als zelfredzaamheid en economische groei wordt door hen niet begrepen. Edukans nodigt Knapen uit om antwoord te geven op de twee prangende onbeantwoorde vragen:
1) Op grond van welke overwegingen concludeert het Ministerie dat onderwijs onvoldoende relevantie heeft voor armoedebestrijding, groei en daarmee de zelfredzaamheid van ontwikkelingslanden (Basisbrief pag. 4), terwijl de meeste onderzoeken uitwijzen (zie ook het recente UNDP rapport) dat er een sterk positief verband is tussen onderwijs en economische groei?
2) Wat zijn de overwegingen om onderwijs in ontwikkelingslanden niet langer te beschouwen als een terrein, waarop NL meerwaarde heeft een herkenbaar profiel en daadwerkelijk verschil kan maken?
Nederland wordt internationaal beschouwd als toonaangevende donor en voortrekker van Education for All-doelstellingen en is bv. medebedenker en oprichter van het Fast Track Initiative. In de evaluatie van het Afrika-beleid van het IOB uit 2008, wordt (basis)onderwijs genoemd als een van de terreinen waarop Nederlandse hulp verschil heeft gemaakt. Een conclusie die wordt onderschreven door de uitkomsten van impact-evaluaties naar de onderwijssteun in Zambia en Uganda uit 2008.
In de Resultatenrapportage 2007-2008 (pag. 68) concludeert het ministerie zelf: Nederland heeft het afgelopen decennium internationaal zijn meerwaarde bewezen op het gebied van onderwijshulp, zowel financieel als inhoudelijk. Recent werd Nederland uitgeroepen tot beste onderwijsdonor door de Global Campaign for Education.
Dit wereldwijde netwerk beoordeelt bilaterale donoren jaarlijks op hun onderwijshulp, waarbij zowel wordt gekeken naar de omvang van de onderwijsportefeuille als de kwaliteit van de hulp. Nederland scoort hier al jaren zeer hoog met eerste, gedeelde eerste en tweede/vierde plaatsen.
In 2010 is Nederland uitgeroepen tot de “beste onderwijsdonor”. Aan welke voorwaarden zou de Nederlandse steun aan onderwijs nog meer moeten voldoen, om te vallen binnen de criteria die gelden voor prioritaire thema, zoals omschreven in de Basisbrief Ontwikkelingssamenwerking?’
* De Global Campaign for Education (GCE) is een internationaal netwerk van organisaties dat streeft naar goed onderwijs voor iedereen. In Nederland wordt GCE vertegenwoordigd door: Edukans, Oxfam Novib, Save the Children, Icco/Kerkinactie; en de onderwijsvakbonden: CNV-Onderwijs en Algemene Onderwijsbond.
** Voor de bronvermelding gaat u hier terug naar de originele tekst