Malaria

Irene de Vries studeert geneeskunde en is afgestudeerd in de medische antropologie en sociologie. Voor Vice Versa houdt ze een weblog bij vanuit Suriname waar ze werkt als co-assistent. Met deze keer positief nieuws. Suriname is er in geslaagd om de malaria helemaal uit te bannen. ‘En als het Suriname lukt, dan moet het elders toch ook kunnen?’

Op 25 april was het wereldmalariadag. Op deze dag, in 2007 door de WHO uitgeroepen tot een jaarlijks en wereldwijd terugkerend evenement, staan we stil bij de verschrikkelijke feiten over malaria. Je kent ze wel: 350-500 miljoen besmettingen per jaar, ieder jaar 1 tot 3 miljoen doden ten gevolge van malaria en elke 30 seconden sterft er een kind aan de ziekte. Malaria is samen met HIV/AIDS goed (of eigenlijk erg genoeg) voor een plek tussen de millennium ontwikkelingsdoelen. Dat betekent dat malaria in 2015 een halt moet worden toegeroepen, hoe vaag de omschrijving van dit doel ook moge zijn.

In Suriname wordt op deze dag over malaria gesproken tijdens een symposium in het grootste hotel van het land. Vooraanstaande medici en politici zijn aanwezig om lezingen of toespraken te geven, maar bovenal om iets te vieren. Suriname heeft de afgelopen jaren namelijk een zeer succesvolle strijd tegen malaria geleverd. Zo succesvol dat er sinds 2006 geen dodelijke slachtoffers ten gevolge van de ziekte meer  zijn geweest. Enkele streken in het binnenland, eerder bekend als malariagebied, zijn al 2 jaar malariavrij en in andere delen van het land komt de ziekte nog slechts sporadisch voor. En dat terwijl Suriname in 2003 nog 14.000 malariagevallen telde. Een enorm aantal op een bevolking van 480.000 mensen waarvan minder dan de helft in het binnenland, daar waar malaria voorkomt, woont.

Spil in het web der malariabestrijding is de medische zending, een organisatie die zorg draagt voor de primary health care in het binnenland en 57 poliklinieken over het land verspreid heeft waar patiënten terecht kunnen met hun medische klachten. Het is mede door de unieke infrastructuur van deze organisatie dat malaria in Suriname daadwerkelijk een halt is toegeroepen. Zij hebben er voor gezorgd dat overal in het binnenland malariatesten en –medicijnen voorhanden zijn. In plaats van af te wachten tot patiënten doodziek hun kant opkwamen hebben ze active case detection toegepast: mensen oproepen om naar de polikliniek te komen, zich gratis te laten testen middels een dikke druppelpreparaat en vervolgens direct te kunnen behandelen.

Daarvoor was training nodig van de lokale gezondheidswerkers en microscopisten, dus ook dat werd verzorgd. Er is voor een nieuw antimalariamiddel gekozen, geïmpregneerde klamboes werden gratis gedistribueerd en in het gehele binnenland vonden intensieve & gestructureerde bespuitingen tegen de muskiet plaats. Daarbij werd niemand buitengesloten, dus ook de illegale goudzoekvelden, waar met name Brazilianen werken, maakten deel uit van de anti-malariacampagne. Immers, als de malariaparasiet daar blijft ronddolen, zoals gebeurt in landen waar geen zorg wordt verleend aan illegalen, komt deze vanzelf wel weer bij je eigen bevolking terecht.

Het heeft een hoop geld gekost. Maar, zo wordt terecht opgemerkt, het geld dat is uitgespaard door bijvoorbeeld de reductie van het aantal emergency flights naar de stad met ernstig zieke patiënten is net zo veel waard. Feit is dat Suriname er in is geslaagd haar millennium ontwikkelingsdoel te behalen en, belangrijker nog, dat er in dit land geen mensen meer sterven ten gevolge van malaria. Een bewijs dus dat het mogelijk is. En als het Suriname lukt, dan moet het elders toch ook kunnen?

Auteur
Irene de Vries

Datum:
28 juni 2010
Categorieën:
Tags: