
Kinderrechtenhuis
Na zestien jaar onderhandelen met de gemeente Leiden ziet Nico van Oudenhoven (68), oprichter van International Child Development Initiatives (ICDI), zijn droom gerealiseerd. Hij heeft een plek waar verschillende organisaties die zich met kinderrechten bezighouden, samenkomen en hun krachten en expertise kunnen bundelen.
‘Toen we ICDI jaren geleden oprichtten, zochten we naar een locatie die bij onze doelstelling paste’, vertelt Nico van Oudenhoven. ‘We zetten ons in voor het welzijn van kinderen die wereldwijd opgroeien in moeilijke omstandigheden en doen dat voor én met hen vanuit het perspectief van hun rechten. We zochten in Europa naar een plaats die betekenis heeft voor kinderen en voor Wie met hen werken. Hier kwamen we terecht, in dit voormalige weeshuis in Leiden.’
In het pand zijn zes organisaties ondergebracht: IREWOC (International Research on Working Children), Defence for Children, Kinderrechtswinkel Leiden, Fice Nederland, het Meldpunt Kinderporno en ICDI. Het kinderrechtenhuis gaat zich profileren als expertisecentrum op het gebied van kinderrechten en krijgt daarnaast een doorverwijsfunctie. De organisaties zetten zich gezamenlijk op lokaal, nationaal en internationaal vlak in voor kinderrechten.
Het weeshuis oogt aan de buitenkant historisch, maar is van binnen heel modern en functioneel. Van Oudenhoven: ‘We kunnen hier internationale conferenties houden en mensen naar ons toe trekken uit binnen- en buitenland. Er zijn vergaderzaaltjes en een groot auditorium, maar ook een speelzolder, keukentjes en twee oude regentenkamers. In de bibliotheek is alles te vinden over kinderen en hun rechten.’
In de tijd van gedwongen allianties vanuit het beleid van minister Koenders is het opmerkelijk dat deze organisaties er bewust voor kiezen om hun krachten te bundelen. Van Oudenhoven: ‘Het vergroot onze zichtbaarheid en relevantie. Zeker in ons werk zie je dat je vaak achter mensen aan moet lopen, bijvoorbeeld voor subsidie. Nu merken we dat mensen naar ons toe komen. Bij de opening op 28 mei kwam minister André Rouvoet. Hij vindt het belangrijk. Hetzelfde geldt voor de burgemeester van Leiden.’
Tussen de organisaties is nu al een enorme synergie ontstaan, zegt Van Oudenhoven.‘We kunnen projecten opzetten met verschillende snijvlakken en met gebruik van wederzijdse expertise. De andere organisaties kijken met een frisse en deskundige blik naar onze projecten en zo scherpen we elkaar wederzijds aan. Maar we blijven als zelfstandige organisaties functioneren en hebben zo geen last van interne kwesties. Deze samenwerking heeft dus veel voordelen.’
Uiteindelijk wil Van Oudenhoven graag dat alle organisaties die actief zijn op het gebied van kinderrechten een plaats in het kinderrechtenhuis krijgen. ‘Grote clubs zoals Save the Children, de Bernard van Leer Foundation en Plan Nederland kunnen hier bijvoorbeeld maandelijks kennis uitwisselen en overleggen. Het kinderrechtenhuis moet een soort buitenverblijf worden voor dit soort organisaties. Het moet dé plek worden waar je naartoe gaat als je je wilt verdiepen in kinderrechten.’
Uitkijkend op de tuin met daarachter het oude centrum van Leiden, vertelt Van Oudenhoven: ‘Mensen uit andere culturen hebben vaak meer gevoel voor de historie van gebouwen. Als je ze vertelt dat dit ooit een weeshuis was, zijn ze onder de indruk en begrijpen ze de keuze voor deze locatie heel goed. Bovendien genieten bezoekers erg van de plek, midden in een oude Hollandse stad. Dat kun je van veel conferentieoorden niet zeggen. Mensen die hier werken gaan ook met een rechtere rug lopen. Organisaties die zich voor kinderen inzetten moeten soms harder vechten om serieus genomen te worden. Maar wat we doen wordt nu meer op waarde geschat. Met dit gebouw zijn we een emancipatieproces ingegaan.’