Naar aanleiding van de bezuinigingsvoorstellen van de werkgroep Internationale Samenwerking belt Vice Versa met organisaties die worden genoemd in het rapport. Vandaag de reactie van de Wageningen University and Research centre (WUR). ‘Duidelijk een ambtenarenrapport.’

In de twee varianten waarin de WUR wordt genoemd (III, directe armoedebestrijding en V, Accra Agenda for Action) staat het hoger onderwijs en kennisontwikkeling niet meer op de eerste plaats. Ben Geerlings, communicatieadviseur van Wageningen International, reageert: ‘Het lijkt wel alsof deze ambtenaren het WRR rapport niet of nauwelijks hebben gelezen.’

Wat is uw eerste indruk van de vijf bezuinigingsvoorstellen?

‘Ik zie in alle vijf varianten weinig terug van de WRR ambitie (Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid). Er staat weinig concreets in. Er is weinig aandacht voor entrepreneurship in de landbouw en voor het belang van kennisontwikkeling en kennisoverdracht. Terwijl hier vanuit ontwikkelingslanden veel om gevraagd wordt. Zelfredzaamheid zie ik ook weinig terug in de voorstellen. Ik kan me iets voorstellen bij de keuze voor concentratielanden, maar dit moet wel in overeenstemming zijn met andere donoren, vooral in EU-verband.’

De Wageningen Universiteit wordt in twee varianten genoemd. Kwam dit als een verrassing?

‘Het kwam voor ons een beetje als een verrassing dat wij werden genoemd. Als je kijkt naar alle ODA middelen (official development assistance), dan is dit 4,7 miljard euro. Wij ontvangen per jaar 3 tot 5 miljoen euro van dat budget van DGIS (Directeur-Generaal Internationale Samenwerking). Deze bedragen zullen voor de bezuinigingen niet veel opleveren, dat is echt peanuts. Armoedebestrijding is niet onze corebusiness. Als je kijkt naar organisaties als het KIT (Koninklijk Instituut voor de Tropen) of het ISS (Institute of Social Studies), dan ligt dit heel anders.’

Wat zouden de consequenties voor uw organisatie zijn?

‘Het is heel vervelend als je niet het onderzoek zou kunnen doen dat vanuit overheidswegen gefinancierd wordt. Als deze voorstellen doorgaan, zullen we wellicht moeten schuiven in onze aandachtsvelden. Maar we zullen ons altijd bezighouden met de wereldvoedselproblematiek en verdelingsvraagstukken. Dat goede onderzoek willen we blijven doen. Bovendien onderstreept het WRR rapport het belang van kennis en hoger onderwijs. Als Wageningen University hopen we dan ook dat hier naar gekeken wordt.’

Wat is u nog meer opgevallen als u kijkt naar de bezuinigingsvoorstellen en het WRR rapport?

‘Je kunt zien dat de bezuinigingsvoorstellen door ambtenaren zijn geschreven. Deze ambtenaren zijn erg met politiek bezig, ze gaan allerlei wilde dingen doen. Het lijkt alsof deze commissie het WRR rapport niet of nauwelijks heeft gelezen. Dat is teleurstellend. De WRR kiest duidelijk voor een andere variant van ontwikkeling en niet in de eerste plaats voor armoedebestrijding. In het rapport wordt de vraag gesteld: hoe kan ontwikkelingssamenwerking worden verbeterd? De bezuinigingsvoorstellen lijken meer te kijken naar waar het meeste geschrapt kan worden. Gaan we kaasschaven of kiezen we voor de grove methode? Je kunt wel puur gaan bezuinigen, maar je wilt ook een echt ontwikkelingsbeleid hebben. Er staan ook voorstellen in die waarschijnlijk door niemand worden overgenomen. Maar dat is politiek en daar houden we ons gelukkig niet mee bezig.’

Maar als u de politiek een advies mocht geven, wat zou dat dan zijn?

‘Ik wens het nieuwe kabinet veel wijsheid. Zij zullen prioriteiten moeten stellen. Als er een ministerie van ontwikkelingssamenwerking blijft, dan zal de nieuwe minister naar beide rapporten moeten kijken. Je kunt je voorstellen dat hij of zij gaat shoppen uit de verschillende kastjes, om zo best of both worlds te krijgen. Daar zal toch wel iets uitkomen. Als DGIS blijft bestaan, dan zal zij echter wel moeten moderniseren en naar entrepreneurship moeten gaan kijken. Uiteindelijk vind ik dat de politiek de lijn van het WRR moeten volgen. Als ze puur voor de bezuinigingen gaan, zullen ze zichzelf in de vingers snijden. De goedkoopste variant nemen en alles uitbesteden aan het multilaterale kanaal is niet de manier. Goedkoop kan duurkoop zijn.’

Dit interview is naar aanleiding van het artikel: ‘Ontwikkelingssector wordt hard getroffen door bezuinigingsvoorstellen’.

Lees ook de reactie van Jan Donner (KIT), en Save the Children.