Ambassadeur kan MVO in Afrika een impuls geven

Thomas de Man

Heineken is al meer dan een halve eeuw actief in Afrika en heeft brouwerijen in dertien verschillende landen. Zakken geld worden hiermee verdiend. Maar Heineken biedt ook werkgelegenheid, betrekt lokale boeren bij de productieketen, genereert economische activiteit en draagt belasting af aan overheden. Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) dus. Op de Afrikadag van de Evert Vermeer Stichting werd gediscussieerd over hoé maatschappelijk verantwoord Heineken is en wat de bijdrage is aan ontwikkeling.

‘Afrikanen zijn echte bierdrinkers’, vertelt Thomas de Man (Regional President Africa & Middle East Heineken). ‘Heineken produceert 22 hectoliter bier per jaar waarvan 20 miljoen voor een serie lokale merken.’  Het feit dat Afrika’s bevolking groeit en met name het percentage onder de 25 jaar, draagt bij aan de enorme afzetmarkt in het ‘donkere continent’. Heineken heeft 15.900 medewerkers in de regio Afrika en het Midden Oosten. De Man benadrukt dat er winst wordt gemaakt maar dat we dit niet geheel wegsluizen: ‘Een heel groot deel wordt opnieuw in investeringen gepompt, waardoor het blijft waar het vandaan komt.’

People, planet en profit

MVO houdt in dat je als ondernemer streeft naar zowel winst als naar positieve effecten voor het milieu en de mensen binnen en buiten de onderneming. Het gaat erom een balans te vinden tussen people, planet en profit. Frank Heemskerk (Oud staatssecretaris van Economische Zaken) doet zich voor als advocaat van de duivel: ‘In MVO zit iets van je chique en verantwoord voelen terwijl je ondertussen heel veel geld verdiend.’

‘Het gaat om inclusive business’, reageert Dirk Elsen (Directeur SNV). ‘De vraag is hoé mensen met lage inkomens betrokken kunnen worden bij bedrijfsmatige processen.’  Ook De Man zegt dat de lokale producenten beschermd moeten worden omdat ze anders kapot geconcurreerd worden door de multinationals. ‘Wij nemen grondstoffen af van lokale boeren.’

Heerlijk ‘helder’ Heineken?

Gespreksleider en journalist Marcia Luyten vraagt in hoeverre rekening wordt gehouden met het milieu. De Man: ‘Heineken veroorzaakt weinig schade omdat de grondstoffen van bier biologisch afbreekbare producten zijn. Verder hebben we bijna bij iedere brouwerij een waterzuiveringsinstallatie.’

Iemand in de zaal vraagt onder welke arbeidsvoorwaarden lokaal personeel werkt. Elsen en Heemskerk leggen uit dat het salaris afhangt van de lokale arbeidsmarkt: ‘We moeten ons houden aan de lokale wet. Te lage lonen werkt ook corruptie in de hand.’ De Man vertelt trots dat er pensioen-, opleidings- en gezondheidsvoorzieningen bestaan en dat zelfs ziektekostenverzekeringen worden opgezet. ‘Deze voorzieningen zijn nodig om mensen succesvol te laten zijn’, beantwoordt De Man de vraag of dit soort dingen nodig zijn om Heinekens ondernemerschap MVO te noemen.

De Heineken Africa Foundation is misschien wel het boegbeeld van het maatschappelijk ondernemerschap. ‘De Stichting verbetert de gezondheid van mensen in de gemeenschappen waar Heineken actief is door middel van financiële steun aan gezondheidprojecten’, aldus De Man. ‘Zo heeft elke brouwerij een eigen kliniek waar werknemers en hun gezin terecht kunnen.’ Grinnikend voegt De Man hieraan toe dat er wel een limiet gesteld moest worden aan de grootte van het gezin: ‘Dit kan in Afrika behoorlijk de spuigaten uitlopen.’  De Man benadrukt dat op een gegeven moment de geldkraan wordt dichtgedraaid, dan moet de lokale NGO het weer alleen zien te rooien.

Belangrijke rol voor ambassadeurs

De Man vertelt dat Heineken voornamelijk samenwerkt met lokale organisaties. Het is moeilijk om te coöpereren met internationale NGO’s omdat zij op hun beurt vaak overheidssubsidies krijgen. ‘Voor Buitenlandse Zaken is het uitgesloten dat zij een project ondersteunen dat gedeeltelijk door Heineken betaald wordt’, verduidelijkt Elsen. ‘Ik ben er niet vies van’, zegt Heemskerk over de samenwerking tussen internationale NGO’s en grote multinationals op het vlak van ontwikkelingssamenwerking. Elsen geeft aan dat SNV bijvoorbeeld wel kan helpen om boeren te organiseren om zo onderdeel te worden van de productieketen van Heineken.

Marcia Luyten vraagt de heren hoé de overheid MVO in Afrika kan bevorderen. Heemskerk constateert dat de verschillende ministeries onvoldoende samenwerken. Zo geeft hij aan dat Economische en Buitenlandse zaken veel meer zij aan zij moeten werken op dit terrein. ‘Fijn dat ik hier nu zo vrijuit over kan praten zonder dat Maxime Verhagen in mijn nek hijgt’, zegt Heemskerk lachend. De Man vindt dat ambassades een belangrijkere positie moeten innemen als het gaat om MVO: ‘Maar ja, er zijn ambassades en ambassades.’

Heemskerk bevestigt dit: ‘Sommige ambassadeurs snappen het belang van bedrijven niet. Ambassades moeten dynamischer zijn. Nederlandse ambassadeurs bezoeken wel iedere Nederlandse gevangene in het buitenland maar de bedrijven krijgen geen aandacht. Verder pleit ik ervoor dat Economische Zaken meer invloed heeft op de verkiezing en beoordeling van ambassadeurs.’ Heemskerks toevoeging katalyseert een lachsalvo in de zaal: ‘Ook hiermee scoorde ik niet al teveel punten bij Verhagen.’

Als we denken aan vernieuwing en modernisering van de sector, moeten we het dan meer zoeken in de hoek van maatschappelijk verantwoord ondernemerschap door grote en mindergrote buitenlandse bedrijven? Maakt de Africa Foundation Heineken wel écht maatschappelijk verantwoord? En in hoeverre is de steun aan lokale ontwikkelingsprojecten beter dan het werk van non-profit donoren? Is er überhaupt een verschil? Wat vinden de mensen er daar zelf eigenlijk van? Veel vragen blijven onbeantwoord…

Auteur
Eva de Vries

Datum:
26 april 2010
Categorieën:
Tags: